‘GEEF ONS EEN HOND EN WE ZIJN BLIJ’

© © KLAUS THYMANN

Met Present Tense maakte Wild Beasts waar wat ze zelf onmogelijk achtten: een doorbraak, én een toptienquotering in Engeland. We gaven ze vier sterren, het had er eigenlijk één meer moeten zijn, want dit jaar wist vooralsnog geen enkele andere plaat zo schoon te slaan en zalven. ‘Veel songs op deze plaat gaan over neuken en vechten.’

Net zoals ze elkaar op plaat en podium afwisselen en aanvullen aan de microfoon, zo houden de twee frontmannen Hayden Thorpe en Tom Fleming vast aan hun rolverdeling binnen Wild Beasts: Fleming de zachtmoedige bink die met horten en stoten zijn goede hart openstelt, Thorpe de spichtige, scherpe spraakwaterval die Henry Miller en D.H. Lawrence citeert – ‘grandiose’ is een woord dat vaak valt. Beiden nemen geen blad voor de mond. Een gesprek over primitieve driften, over arrogantie, over Kanye West, over henzelf en hun relatie met de muziekpers.

De meeste artiesten beweren dat ze hun reviews niet lezen.

TOM FLEMING: Wij lezen ze wel. Muziek is tenslotte geen eiland, maar een manier om te communiceren. Dus, als de mensen die onze muziek horen iets terugzeggen, moeten we luisteren, vind ik.

HAYDEN THORPE: Wat we niet doen, is de criticus bekritiseren. Die cultuur van het laatste woord willen hebben vind ik maar niks. Reviews moet je benaderen met een klinische mindset, een soort morbide nieuwsgierigheid. Het is zoals je eigen operatie zien terwijl die aan de gang is: je kunt er niks aan doen, je vindt het een beetje vies en griezelig, maar je moet erdoor. Want god weet dat we al heel wat klop en slaag met een bot voorwerp hebben overleefd, maar we krijgen ook hartverwarmende, heerlijke opstekers. In de meeste gevallen krijgen we het voordeel van de twijfel, en dat is positief. Goede, creatieve ideeën moeten het voordeel van de twijfel krijgen, zo krijgen ze ruimte om te groeien. Bij deze plaat waren we vooraf wel nerveus.

Waarom?

FLEMING: Omdat we zo lang weggeweest waren. Dit album duurde langer om te maken dan we verwacht hadden, en dat is niet altijd een goed teken. Zenuwen horen er sowieso bij, want tegenwoordig mag je als band inpakken wanneer voldoende mensen je plaat niet goed vinden. Het is belangrijk voor ons dat er genoeg volk mee aan boord stapt en luistert naar wat we te zeggen hebben.

THORPE: Het is trouwens grappig dat veel critici nu pas lijken te begrijpen wie we zijn en waar we voor staan, terwijl wij net wat afstand proberen te nemen van ons verleden. Het mocht deze keer wat minder intellectueel en meer vanuit de buik, en toch lezen we de meest gewichtige theorieën over deze plaat. Blijkbaar is het minder makkelijk om oude gewoonten af te leren dan we vooraf dachten. Henry Miller zei ooit dat hoe meer we leren en hoe meer ervaring we opdoen in ons leven hoe minder het primitieve verlangen opspeelt om te vechten en te neuken. En veel songs op deze plaat gaan over vechten en neuken. Of op zijn minst over primitieve verlangens.

Hoeveel dubbele bodems zitten er in de albumtitel, Present Tense?

THORPE:(lacht) Ach, albumtitels blijken altijd zulke lompe, lelijke dingen zodra je er één gekozen hebt, en pas later kleef je er allerlei betekenissen op. Present Tense gaat over het nu, wij – als groep – in het nu. Oké, er is de knipoog naar de wereldwijde spanning die tegenwoordig heerst, maar dat is niet bedoeld als een groot, politiek statement. Het is vooral een persoonlijke inventaris van vier kerels, late twintigers, jong genoeg om vooruit te denken en doelen te hebben, maar oud genoeg om zich bewust te zijn van het gebrek aan het eeuwige.

Dit is een coming-of-age-plaat?

FLEMING: Ze is een beetje volwassener, wijzer en evenwichtiger, ja, maar zonder onze scherpte te verliezen. We blijven meegaan met onze tijd, en het mocht vooral niet te beleefd klinken.

THORPE: Beleefdheid is het iemand comfortabel willen maken, en na drie albums moesten we daarvoor oppassen. Onze vorige albums waren soms pijnlijk openhartig en confronterend, maar zelfs dat gaan mensen op den duur van je verwachten. We moesten dus een stapje verder gaan. De eerste single van Present Tense, Wanderlust,hebben we bewust gekozen omdat het een van de minst makkelijk verteerbare songs op het album is.

Er is nogal wat te doen over de tekst van die song, zoals de regels ‘Don’t confuse me with someone who gives

a fuck / In your mother tongue, what’s the verb ’to suck’?’

FLEMING: Het is provocerend, en arrogant, maar ook een reactie op arrogantie. Wanneer je vaak op een podium en met je gezicht in tijdschriften gaat staan, krijg je een stortvloed aan meningen over je heen. ‘I don’t give a fuck’ is de laatste verdedigingslijn daartegen.

THORPE: Een soort spirituele conclusie, zou ik het zelf noemen. We spenderen allemaal een groot deel van ons leven aan tobben over andermans mening. Die chaos van opinies werkt verstikkend, en het enige wat je kunt doen om eruit te raken, is het je allemaal niet aantrekken. Simpel, logisch, maar voor veel mensen onbegrijpelijk of ondoenbaar.

Jullie haalden al Yeezus van Kanye West – ook een provocateur – aan als inspiratiebron.

THORPE: Ik vind Yeezus een perfect tijdsdocument. Het is een klungelige, abstracte en lelijke plaat – deliberately incompatible, net als de groteske figuur Kanye zelf. Hij is soms vreselijk om bezig te zien, maar toch word je door hem aangetrokken. Ik moet aan de grote meesters denken bij zijn manier van werken. Die signeerden alle werken wel, maar schilderen deden ze niet helemaal zelf, daar bestond personeel voor. Die manier van ideeën spontaan laten opborrelen, ze verzamelen en herschikken, zonder dat iemand ze claimt, dat hebben we ook gedaan.

FLEMING: Een plaat als Yeezus is een scharniermoment in de popmuziek, de invloed van Kanye zal zich nog lang en ver laten gelden.

‘Ik zou willen dat het pop is, het zou pop moeten zijn, maar één salvo commerciële radio dat uit een winkel komt geknald, zal u leren dat zoiets niet toegelaten is’, schreef de blog The Quietus. Niet over Kanye, maar over Present Tense. Volmondig mee eens, trouwens.

FLEMING: Ik ook. Ideeën als de onze, en geluiden zoals de onze, zouden toegelaten moeten zijn, zouden niet moeilijk mogen zijn. Want het ís niet moeilijk. Mensen worden voor de domme gehouden door de mainstreamradio en grote platenfirma’s. Het is haast niet te geloven dat in 1992 Nirvana de grootste groep op de planeet was. De alternatieve stemmen worden tegenwoordig opnieuw weggedrukt.

THORPE: Ach, popmuziek hoeft toch geen Grammy’s te winnen om popmuziek te zijn? We maken wel degelijk popmuziek, vind ik, popmuziek voor de onaangepasten.

Onaangepast, maar passioneel en fanatiek?

THORPE: We moeten niet rekenen op de zwevende kiezer, zoveel is waar.

FLEMING:We don’t play for the casual listeners. En wat een voordeel is: niemand die tijdens onze concerten op de hits staat te wachten, want we hebben er geen. (lacht)

Hayden, jouw androgyne stem en manier van zingen zijn een belangrijk onderdeel van jullie sound, maar ook iets waar veel mensen op afknappen. Kun je dat begrijpen?

THORPE: We hebben het in elk geval vroeg ondervonden, door de verwarde, verschrikte, soms gedegouteerde blikken tijdens onze eerste liveshows. (lacht) In het begin was mijn manier van zingen bedoeld als een statement, een soort dadaïstische expressie. Mijn stem is als het urinoir van Marcel Duchamp, ze dwingt je een mening te vormen en maakt vastgeroeste dogma’s een beetje belachelijk. Maar tegenwoordig sloof ik me een pak minder uit, hoor.

‘Niemand die het woord desire op zo’n schijnbaar achteloze en tegelijk perverse wijze uit de strot geperst krijgt’, schreef ik naar aanleiding van jullie vorige album, Smother. En wat hoor ik op Present Tense? In Mecca doe je het opnieuw: ‘We move in fear, or we move in desire.’

THORPE:(lacht) En het is zo’n beladen, kapot gebruikt woord. Desire, fire, liar, higher… je blijft er als songschrijver beter van weg.

FLEMING: Och, ik heb op deze plaat daughter doen rijmen op water, dát is pas een doodzonde.

THORPE:Mecca is een van die songs over primitieve emoties en instincten. Uit verlangen zou je een schedel kunnen verbrijzelen, uit angst evenzeer. Een tijdloos thema, lees er Lady Chatterley’s Lover van D.H. Lawrence maar op na. Iedereen is in staat tot ontzaglijke daden in naam van de lust en de liefde, wat de kost ook moge zijn.

A Dog’s Life is een buitenbeentje op de plaat, een korte schets van het leven van een hond.

FLEMING: Daar zeg je het: een kort leven. We vinden onszelf allemaal de held in ons verhaal, het middelpunt van de wereld. Maar alles is zo snel voorbij, alsof het nooit is gebeurd. A Dog’s Life kan over ieder van ons gaan, het gaat over leven.

THORPE: De hond is de mooiste representatie van de mens, naast de mens zelf. De hond is een menselijke uitvinding, wij hebben de soort geschapen om in onze noden te voorzien: zorg dragen voor iets, iets in de ogen kijken en zien dat we onvoorwaardelijk geliefd zijn.

De hond in jullie nummer wordt op het einde achtergelaten en vergeten.

FLEMING: Liefde is vaak zelfzuchtig.

THORPE: En weet je, wie zoals ons op tour dag in, dag uit in naar pis en alcohol ruikende kelders speelt, wordt automatisch aangetrokken tot schattige, donzige dingen. Geef ons dan maar een hond en we zijn blij.

PRESENT TENSE Uit via Domino. Wild Beasts concerteert op 15 april in de Botanique, botanique.be

DOOR JONAS BOEL

Hayden Thorpe ‘WE SPENDEREN ALLEMAAL EEN GROOT DEEL VAN ONS LEVEN AAN TOBBEN OVER ANDERMANS MENING. ‘I DON’T GIVE A FUCK’ IS IN DIE ZIN EEN SOORT SPIRITUELE CONCLUSIE.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content