De quasi plotloze romans van Sagan zijn moeilijk te verfilmen, al hebben velen het – met wisselend succes – geprobeerd.

1. BONJOUR TRISTESSE

(1958; Columbia-Tristar/Franse import) In zijn geroemde afstandelijke stijl observeert Otto Preminger de machinaties van een onschuldig ogend zeventienjarig meisje (Jean Seberg) die haar vader (David Niven) en zijn nieuwe maîtresse (Deborah Kerr) uit elkaar wil drijven. De onmiskenbare incestueuze ondertoon geeft een wrange bijsmaak aan de zonnige flashbacks – in Technicolor en glorieuze Cinemascope – aan de Franse Rivièra. De allereerste en nog altijd beste Saganverfilming.

2. AIMEZ-VOUS BRAHMS?

(1961; UA/MGM) Ingrid Bergman is de interieurarchitecte van middelbare leeftijd die terwijl haar vaste partner Yves Montand op zakenreis is, een gedoemde romance beleeft met de melancholische zoon (Anthony Perkins) van een rijke cliënte. Anatole Litvak toont het uitzichtloze van hun onmogelijke verhouding op de droefgeestige tonen van Brahms derde symfonie.

3. LANDRU

(1963; Franse import) Weinig uiterlijke wreedheid, maar des te meer visuele shocks – die pastelkleurtjes! – en sardonische humor in dit portret van de legendarische Franse vrouwenmoordenaar. De Blauwbaard van de Eerste Wereldoorlog wordt met maniakale maniertjes gespeeld door Charles Denner. Claude Chabrol schreef het originele scenario in samenwerking met Sagan.

4. LA CHAMADE

(1968; Lime-Lights Pictures) Alain Cavalier maakt optimaal gebruik van Catherine Deneuves haast onwezenlijke schoonheid en de raadselachtige ‘leegte’ die ze toen uitstraalde. Ze portretteert een vrouw die door haar oudere rijke levensgezel (een ontroerend lucide Michel Piccoli) in de watten wordt gelegd, hem verlaat voor een jonge, armere minnaar (Roger Van Hool), maar in feite niet weet wat ze wil. Zoals zo velen van Sagans heldinnen laat ze zich meeslepen door wat er op haar weg komt.

5. UN PEU DE SOLEIL DANS L’EAU FROIDE

(1971; Franse import) Jacques Deray castte zijn vrouw, ex-Bondgirl Claudine Auger ( Thunderball) als een jonge burgertrut uit Limoges die via een avontuurtje met een jonge Parijzenaar (Marc Porel, de vroeg gestorven jeune premier uit de jaren 70) uit haar luxueuze gevangenschap wil losbreken. Zoals in de meeste Saganverfilmingen gebeurt er uiterlijk heel weinig: het zit allemaal in de onderhuidse spanningen en het oproepen van een gevoel van malaise.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content