Strings of the Storm (Last Call / Bang!)

Elliott Murphy is een messcherpe observator, kroniekschrijver van zijn generatie, mateloos beïnvloed door literaire grootmeesters. Destijds ingehaald als de nieuwe Bob Dylan heeft hij dat juk afgelegd en dankzij zijn verhuis naar Parijs heeft het Europese vasteland hem warm in de schoot opgenomen.

Bij een dubbelalbum ga je algauw denken dat het een conceptplaat is.

Murphy:Strings of the Storm definieert mijzelf zeer nadrukkelijk, omdat het zowel de typisch Amerikaanse, elektrische gitaren uit mijn beginperiode uitstalt, alsook mijn Europese invloeden, mede dankzij de gitaarpartijen van Olivier Durand, die bijna klinken zoals Django Reinhardt.

Je verwacht wel veel van de luisteraars, niet alleen door de hoeveelheid nummers, maar ook door je omstandige teksten. Hoop je dat ze die bestuderen, met het blad op de schoot?

Murphy: Laat muziek vooral geen studie zijn. Op een bepaald moment in de geschiedenis van de rock-‘n-roll zijn er artiesten opgestaan die zowel belang aan muziek als aan tekst gingen hechten: The Beatles, Neil Young, Bob Dylan, Van Morrison. Rock werd een emotionele, maar ook een intellectuele bevrediging. Als luisteraar wilde je zowel dansen als denken.

In dat verband heb je onlangs een fijnzinnige quote laten vallen: ‘Literature is my religion and rock-‘n-roll is my addiction’. Wil je daarmee aangeven dat literatuur je eerder een intellectuele bevrediging schenkt en rock-‘n-roll een emotionele?

Murphy: Precies. Rock-‘n-roll is een heel onmiddellijke emotie. Huilen bij mooie muziek overkomt iedereen wel eens, maar tranen laten bij het lezen van een goed boek is eerder zeldzaam. Voor mij is de combinatie van prachtige teksten met intens mooie muziek het summum van emotionele impact. De muziek geeft de woorden vleugels. Ik heb ook altijd gedacht dat het muziek geweest is die de Berlijnse muur heeft neergehaald.

Het zal me benieuwen of muziek ook het conflict in Irak zal oplossen. Als geboren New Yorker kon je niet om 9/11 heen. ‘Strings of the Storm’ sluit af met ‘Ground Zero’, een reflectief lied, waarin je geen standpunt inneemt, noch tegenover de terroristen, noch tegenover Bush.

Murphy: Ik heb heel sterke politieke gevoelens en ideeën. De Twin Towers werden gebouwd toen ik even verderop mijn eerste album maakte. Ik heb ze van heel dichtbij zien verrijzen. Toen ik Ground Zero bezocht, was ik vooral geëmotioneerd door de duizenden kleine symbolische tekens die mensen achterlieten voor hun verloren familieleden en vrienden.

Het is misschien dankzij die menselijke factor dat Bush zich die oorlog in Irak kan permitteren. Zijn discours is: ‘In naam van alle slachtoffers van 11 september is een oorlog gerechtvaardigd.’ En het Amerikaanse volk ziet het blijkbaar ook zo.

Murphy: Minder en minder! De New Yorkers zijn zelfs de felste tegenstanders. Voor het eerst vindt meer dan 50 % van de Amerikaanse bevolking dat de troepen moeten terugkeren uit Irak. Ik ben blij dat te constateren. Het Amerikaanse volk heeft altijd een geïsoleerd bestaan geleid. Ze krijgen bijzonder weinig input van de buitenwereld. Maar ik blijf optimistisch. In de jaren ’60 heb ik de strijd voor gelijke rechten meegemaakt. Daar was aanvankelijk heel veel weerstand tegen, maar nu zijn die helemaal ingeburgerd. Ik heb het gevoel dat een gelijkaardige mentaliteitsverandering zich ook nu kan ontwikkelen. (E.H.)

door peter van dyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content