DE PANAMARENKO VAN HET WITTE DOEK

ROMAIN DURIS en AUDREY TAUTOU op een wolk in L'ÉCUME DES JOURS. 'Als je iets in de lucht gooit, lijkt het, net voor het terugvalt, even te zweven. Dat moment moet je filmen.'

Met L’Écume des jours is de Michel Gondry van Eternal Sunshine of the Spotless Mind en The Science of Sleep terug, deze keer met een verhaal van Boris Vian met doorzichtige auto’s en cocktailpiano’s. ‘Ik ben een geprivilegieerde klootzak. Enfin, misschien geen klootzak.’

L’ÉCUME DES JOURS

Vanaf 24/4 in de bioscoop.

Google vooral de naam Michel Gondry (°1963) niet als u geen uur of twee de tijd hebt. Voor je het weet, ben je al zijn videoclips nog eens aan het bekijken, want daar zitten nogal wat pareltjes tussen (zie kader). In 2001 waagde de creatieve Fransman zich ook aan een langspeelfilm, Human Nature. Het grote publiek haakte nog af bij de kronkels en rariteiten daarvan. Maar na Eternal Sunshine of the Spotless Mind (2004), zijn tweede langspeelfilm, opnieuw naar een scenario van Charlie Kaufman, was hij gelanceerd. Al bleek het niet vanzelfsprekend om daarna opnieuw het niveau te halen van die film, waarin Jim Carrey de fout maakt Kate Winslet volledig uit zijn geheugen te laten wissen. Superheldenkomedie The Green Hornet bewees twee jaar geleden nog dat Gondry niet voor blockbusters in de wieg gelegd is.

In L’Écume des jours kan Gondry zijn talent voor visuele spielereien en inventief knutselwerk opnieuw botvieren. De Franse schrijver, chansonnier en jazzliefhebber Boris Vian liet in de gelijknamige roman ook al zijn fantasie los op het existentiële, tragische liefdesverhaal van de rijke, vrolijke jongeman Colin die alles verliest wanneer zijn grote geliefde Chloé ernstig ziek wordt.

Boris Vian en Michel Gondry: voor elkaar geboren?

MICHEL GONDRY: Zo lijkt het wel. Maar vinden we onszelf niet nogal snel de geknipte persoon voor iets? Mijn oordeel is met andere woorden gekleurd. Onderschat daarbij vooral de goesting niet om een film te maken. Een film maken blijft een uitzonderlijke gebeurtenis. Gekozen worden om de regie te mogen doen, met acteurs mogen samenwerken, decors die voor je gebouwd worden: het blijft een groot voorrecht.

Ik wist heus wel dat er valkuilen waren, dat het niet zonder gevaar is een roman te bewerken die zo’n belangrijke plek bekleedt in het Franse collectieve bewustzijn. Maar het aanbod om L’Écume des jours te verfilmen was veel te verleidelijk. Zo’n mooie kans om al die ideeën uit te werken en een sterk verhaal te vertellen, laat ik niet liggen.

Zie je een verband tussen de Colin die Romain Duris speelt in deze film en de Joel die Jim Carrey neerzette in Eternal Sunshine of the Spotless Mind?

GONDRY: Het zijn twee romantische verhalen die deels over de strijd tegen het vergeten gaan. Ze moeten wel enigszins verwant zijn, want ik leg altijd iets van mezelf in mijn personages. Ik probeer coherent met mezelf te zijn. Ik werk niet met personages met wie ik me niet kan identificeren. Ik heb het voor de antiheld en vraag de acteurs om zichzelf gedeeltelijk opnieuw uit te vinden.

Deel je het fatalisme van het boek?

GONDRY: In de Verenigde Staten had ik een vriendin die zwaar ziek was. Omdat ze geen ziekteverzekering had, moest ik hard werken. De scènes waarin Chloé zo agressief is tegen Colin komen niet uit het boek maar uit mijn leven. De persoon die je redt, de persoon die zich uitslooft voor je genezing wordt door de zieke gelinkt aan de ziekte. Op die manier kan de redder de zondebok worden. Dat siert de mens niet, maar het is wel zo. Ik heb dat meegemaakt. Dat is pijnlijk, maar ik wilde het toch tonen. Het toont wat ziekte met de mens doet. En accepteren dat hem de huid vol wordt gescholden, maakt deel uit van Colins toewijding.

Wanneer heb je zelf met de eindigheid van het bestaan leren leven?

GONDRY: Er is niet één bepaald moment geweest waarop de eindigheid van de mens plots tot me doordrong. Ik was daar al op erg prille leeftijd mee bezig. Als het paradijs bestaat, wat voor kleren dragen we daar dan? Als ik na de dood iets word, wat ben ik dan vóór dit leven geweest? Dat soort gedachten boezemden me veel angst in, maar wezen me ook op de onwaarschijnlijkheid dat ons leven niet eindig is. Ik maakte me als kind ook al zorgen om het verlies van onschuld en naïviteit.

Is die vrees terecht gebleken?

GONDRY: Volwassen worden was niet mijn grote specialiteit. Je moet jezelf enige naïviteit en onverantwoordelijkheid gunnen. Op een verantwoordelijke manier. Het is een evenwicht dat je moet vinden. Je moet jezelf kunnen wijsmaken dat de dingen mogelijk zijn ook al zijn ze dat misschien niet. Obstakels kunnen te groot zijn, maar je overwint ze hoe dan ook makkelijker met een beetje naïviteit. Denken dat het wel zal loslopen omdat je wilt dat het wel zal loslopen.

Vian transformeert in zijn boek de werkelijkheid naar believen. Hij veroorlooft zich absurde woordgrapjes, laat huizen krimpen, verzint de gekste dingen. Frappant is dat je zijn wereld fysiek, niet met een digitale trukendoos, gereconstrueerd hebt.

GONDRY: Makkelijk was dat niet. De meeste dingen waren niet gemaakt om langer dan een ogenblik mee te gaan. Het kwam erop aan om alles en iedereen op elkaar af te stemmen, de handen weg te trekken en rap rap te filmen voor alles weer in elkaar stuikte.

Je kunt het hiermee vergelijken: vlak voor een voorwerp dat je in de lucht gooit weer naar beneden komt, lijkt het even te zweven. Dat moment film je. Het probleem was dat we meerdere dingen tegelijk de lucht in gooiden en dat die allemaal op hetzelfde moment moesten zweven. Ik was op de set de koning te rijk, maar ik heb me ook meermaals lelijk opgewonden. Dat gaat altijd samen.

Waarom verkies je mechaniek boven digitale trucage?

GONDRY: Neem nu dat ritje met de wolk boven Parijs. Natuurlijk kun je met een wattenwolk en een green screen werken. Maar ik zag meer in het idee van de wolk als een soort van kermiswagentje. Vastgemaakt aan kabels maar in staat om overal naartoe te vliegen. Iets waarvan je je min of meer kunt voorstellen dat het echt mogelijk is, is opwindender. Dat prikkelt de verbeelding zoveel meer.

De doorzichtige auto, de cocktailpiano: wat is er na de opnames met al die decorstukken en uitvindingen gebeurd?

GONDRY: We proberen ze te bewaren, stellen ze hier en daar tentoon. Sommige functioneren ook enigszins. De cocktailpiano maakt niet echt cocktails op basis van de muziek die je speelt, maar je kunt er wel echt op spelen. Ook de lichtjes, de rook en de druppelende vloeistoffen zijn echt. Dat maakt dat je die spullen wilt bewaren.

Ik heb jammer genoeg geen archief. Er zijn best wel wat dingen die ik graag bewaard had. Ik denk aan de gebreide voorwerpen, muziekinstrumenten en figuren die ik destijds voor een clip voor de Nieuw-Zeelandse band Steriogram heb gemaakt (voor het nummer Walkie Talkie Man, nvdr.). We hebben ze even proberen te bewaren, maar ze raakten bedolven onder het stof.

Je grootvader heeft een van de eerste synthesizers uitgevonden.

GONDRY: Klopt. Constant Martin vond de clavioline uit. Op dat moment bestond de ondes-Martenot (een van de vroegste elektronische muziekinstrumenten, nvdr.) wel al, net als de theremin. Hij bracht zijn uitvinding op de markt in 1947, het jaar waarin ook L’Écume des jours verscheen.

Mijn zoontje wil uitvinder worden. Ik dacht tot nog toe dat hij dan wetenschapper of ingenieur moest worden, maar als ik je zo bezig zie, wordt hij misschien beter kunstenaar.

GONDRY: Dat hangt ervan af wat voor uitvindingen hij wil maken. De mijne werken niet. Of ze werken wel, maar slechts even: als de camera loopt. Sommigen zijn wel echt. De stoel die volledig in elkaar klapt, hebben we echt gebouwd. We werkten met kabels onder de vloer die we strakker of minder strak konden aanspannen. Die uitvinding is dus echt, maar ze zal onze manier van leven niet ingrijpend veranderen.

Als kind wilde ik uitvinder worden. Maar het vliegtuig was al uitgevonden en zelfs televisie bestond al. (lacht) Er is natuurlijk altijd iets nieuws uit te vinden. Ik heb zelfs een paar ideetjes. Maar ik heb de indruk dat uitvindingen steeds minder materieel zijn. Uitvinden is abstracter en minder individueel geworden. Het is groepswerk. Er wordt meer geïnnoveerd dan uitgevonden. Maar kan dat kwaad? Nogal wat ingrijpende uitvindingen brengen ook heel negatieve zaken mee. Internet is bijvoorbeeld fantastisch, de mobiele telefoon een gemak, maar de autoriteiten proberen er controlemiddelen van te maken.

Je hebt een grafische opleiding genoten. Heb je daar vandaag nog wat aan?

GONDRY: Tekeningen zijn een gemakkelijk universeel communicatiemiddel. Na een uur praten over een object of de mise-en-scène kan het nog altijd niet duidelijk zijn wat je precies bedoelt. Maar teken het en je idee is meteen voor iedereen duidelijk. Nu moet ik wel zeggen dat ik geleerd heb de mise-en-scène toch niet volledig vast te leggen in tekeningen. Ik maak geen storyboards voor de stukken waar louter acteurs bij betrokken zijn. Ik wil hen geen te strikt kader opdringen. Ik gun hen de mogelijkheid om zelf te bepalen waar ze gaan staan. Wel maak ik de ene schets na de andere voor alle voorwerpen en decors die we op voorhand maken. Dan werpt die opleiding haar vruchten af. En tegelijk ook weer niet, want ik heb altijd veel en graag getekend. Daar was geen opleiding voor nodig. Het belangrijkste aan die studie was misschien nog wel dat ik er een heleboel vrienden aan overgehouden heb die net als ik artiest geworden zijn, Étienne Charry bijvoorbeeld. Hij componeerde de muziek voor L’Écume des jours. In 1978 zaten we samen op de tekenschool en nadien zaten we allebei in de muziekgroep Oui Oui.

Jij draaide de clips van Oui Oui. Björk was onder de indruk, vroeg je voor haar clips en de rest is geschiedenis. Mogen we nog muziekvideo’s van jou verwachten?

GONDRY: De goesting is er nog altijd. De tijd ontbreekt soms. De voorbije vijf jaar heb ik niettemin nog een clip per jaar gemaakt. De laatste is anderhalf jaar oud, Crystalline van Björk. Ik heb me daarin kunnen uitleven. Ik denk dat ik er binnenkort nog een maak. Clips blijven me interesseren. Sommige ideeën lenen zich beter voor een clip, en je hebt géén last van de enorme machinerie die bij een langspeelfilm hoort.

Verzin je die clips helemaal zelf? Hoe verloopt de samenwerking met de muzikanten?

GONDRY: Ik laat me inspireren door de dingen die ik voor me zie terwijl ik naar het nummer luister, maar ook door te praten met de muzikant. Van de ene is de inbreng groter dan van de andere. Ik heb twee clips voor Beck gemaakt en die gaf me carte blanche. Ook The White Stripes legden weinig ideeën op tafel. Björk is zeer visueel ingesteld en barst dan weer van de ideeën. Mij maakt het niet uit of de muzikant veel of weinig inbreng wil, zolang als het vertrouwen wederzijds is. De suggesties en ideeën van Björk verplichten me om te reageren, naar creatieve oplossingen te zoeken om die ideeën te realiseren. Dat is niet altijd evident, maar oplossingen moeten vinden, stimuleert me.

Je sprak daarnet over de machinerie die bij deze film hoort. Hoe kijk je terug op The Green Hornet, de superheldenfilm die je voor Sony hebt gemaakt?

GONDRY: Tijdens de opnames heb ik enorm veel dingen kunnen uitproberen die ik wilde uitproberen. Het is pas tijdens de montage dat ik gevoeld heb dat er een studio over mijn schouders meekeek. Mijn eerste versie was hectischer, chaotischer, creatiever. Maar de producenten en de studiobonzen hebben de film naar hun hand gezet. Misschien was ik ook iets té goed omringd. Seth Rogen was én de hoofdrolspeler én de scenarist én de producent. Dat was een beetje veel. Als die macht wat meer verspreid was, had ik wellicht iets meer onafhankelijkheid gehad. Dat, niet eens controle, zou goed geweest zijn. Nu was het bijna absurd. Ik heb me niet voluit kunnen uitdrukken. Vooral in de Verenigde Staten was men teleurgesteld. Hier kreeg de film betere recensies. Zo negatief is de balans dus niet. Het was een dure film en hij was niet verlieslatend. Bovendien heb ik er een tijdje rijkelijk van kunnen leven.

Hoe sta je tegenover geld? In L’Écume des jours staat hoofdpersonage Colin er niet bij stil tot zijn lief zwaar ziek wordt en hij de meest deprimerende jobs moet doen om aan geld voor haar verzorging te raken.

GONDRY: Geld is voor mij nooit een reden om een project al dan niet te aanvaarden. Maar als het concreet wordt, gebeurt het wel dat ik me bewust ben van mijn waarde en een verloning vraag die overeenstemt met wat ik kan en doe. Vergeleken bij andere beroepen gaat dat soms over absurde bedragen. Ik ben me ervan bewust dat ik een geprivilegieerde klootzak ben. Enfin, bon, misschien geen klootzak, maar zeker wel geprivilegieerd.

DOOR NIELS RUËLL

Michel Gondry ‘MIJN UITVINDINGEN WERKEN NIET. OF BETER: ZE WERKEN WEL, MAAR SLECHTS HEEL EVEN, ALS DE CAMERA LOOPT.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content