HET GESLACHT DER ENGELEN. TONY KUSHNERS RAZEND AMBITIEUS, EPISCH TONEELSTUK OVER AIDS, SEKS, RELIGIE EN POLITIEK TIJDENS DE REAGANJAREN, werd door Mike Nichols even meeslepend als onevenwichtig verfilmd.

FILM: *** extra’s: 0 (warner home video)

Angels in America (2003)

In de openingsbeelden van de zes afleveringen van de miniserie Angels in America klieft de camera door de wolken en scheert hij dwars over Amerika, van San Francisco naar New York. Deze hemelse kijk op de twee meest getroffen steden van de aidsepidemie in de jaren tachtig vat meteen ook de ambitie en de reikwijdte van Tony Kushners gelijknamige toneelepos. ‘A Gay Fantasia on National Themes’, zo noemde Kushner zelf zijn tweedelig opus uit 1993 (Millennium Approaches en Perestroika), waarin hij een woedende, provocerende en hartverscheurende kroniek schetst van Amerika tijdens de Reaganjaren en hij mainstream Amerika een agressieve gay-sensibiliteit door de maag splitst.

Ook in de filmversie snijdt Mike Nichols voortdurend heen en weer tussen drie verhaallijnen: de verhouding tussen Prior (Justin Kirk) die aids krijgt en door zijn minnaar Louis (Ben Shenkman), spreekbuis van de auteur, in de steek wordt gelaten; de echtelijke perikelen van de latente homo Joe (Patrick Wilson) en zijn valiumslikkende vrouw Harper (Mary-Louise Parker); en het bijna Shakespeariaanse drama van de demonische (en écht bestaande) Roy Cohn (Al Pacino). Deze machtige advocaat en gewezen handlanger van McCarthy wordt nu zelf door de ‘homoziekte’ geveld, maar zweert bij hoog en laag dat hij leverkanker heeft. De stervende Cohn wordt bovendien heen en weer geslingerd tussen zijn zwarte verpleger Belize (Jeffrey Wright) die hij veracht, en de geest van Ethel Rosenberg (Meryl Streep in een van haar drie rollen) die nu de man die haar tot de elektrische stoel veroordeelde tijdens zijn laatste uren komt kwellen.

Kushner, die zelf het filmscript schreef, neemt heel wat hooi op zijn vork in dit wervelend, verbaal briljant steekspel dat cultuur, politiek, seksualiteit, religie, soap opera en geschiedenis met elkaar laat botsen, fictieve personages mengt met historische figuren, het ideologische en het metafysische door elkaar draait, voortdurend switcht van realiteit naar droom en verhuist van de aarde naar de hel en het hiernamaals. Zoals destijds de Broadwayopvoering wordt ook deze HBO-productie gedomineerd door de vertolkingen van een rijkelijk divers ensemble, bestaande uit overweldigend Broadwaytalent, grote Hollywoodsterren die zichzelf overtreffen en verbazende nieuwkomers. Allemaal zetten ze vraatzuchtig hun tanden in flamboyant theatrale confrontaties en ze debiteren met aanstekelijke gretigheid Kushners virtuoze tirades, die gaan van high camp(‘you know you hit rock bottom when even drag is a drag’) over morbide poëzie (‘de wijnrode kus van de engel des doods’, zo noemt Prior de eerste manifestatie van kaposisarcoom op zijn lichaam) tot verwarrende sermoenen over spirituele desintegratie en hemelse verlossing.

Waarom is deze film dan geen onverdeeld succes? Omdat de mankementen van Kushners verbazende maar schizofrene toneelcreatie op film nog sterker in het oog springen. En ook omdat Nichols alleen de teugels stevig in handen houdt bij de scènes waarin de personages met hun beide voeten op de grond staan, maar faalt wanneer de karakters aan het dromen of hallucineren slaan, door een engel (Emma Thompson) worden bezocht of openbaringen en profetieën op ons loslaten. Dan krijg je een dodelijke combinatie van schrale en kitscherige verbeelding en nodeloze special effects. Je mag er niet aan denken wat Robert Altman (die oorspronkelijk Angels zou verfilmen en net uitmunt in het creëren van werelden tussen waan en realiteit) er had van kunnen maken. Patrick Duynslaegher

Patrick Duynslaegher

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content