Groen en SP.A zijn niet ontevreden over de cultuursubsidies

Yamila Idrissi (SP.A) en Bart Caron (Groen) laten zich voorzichtig positief uit over Schauvlieges beslissing inzake de cultuursubsidies.

Groen en SP.A reageren gematigd positief op het door de Vlaamse Regering goedgekeurde voorstel van minister Schauvliege voor de meerjarige subsidiëring van kunstenorganisaties. ‘Want een samenleving met een rijke cultuur is een gelukkiger samenleving’, aldus Yamila Idrissi (Vlaams Volksvertegenwoordiger SP.A). Ook Bart Caron (Vlaams Volksvertegenwoordiger Groen) stelt verheugd vast dat de Vlaamse Regering hiermee toont dat ze inziet ‘hoe belangrijk een sterk kunstenveld is voor een dynamisch en rijk Vlaanderen’.

Beide politici loven het vrijmaken van 3,3 miljoen Euro voor de organisaties die door de commissies (artistiek) en de administratie (zakelijk) positief werden beoordeeld. Caron: ‘De ranking die de beoordelaars moesten opmaken, is daardoor totaal overbodig gebleken. Dit instrument, in opdracht van minister Joke Schauvliege gehanteerd, deugt niet voor een kunstenbeleid. De ranking staat ook niet in het Kunstendecreet’. Ook Idrissi vond het een verkeerd signaal om cultuurorganisaties met een goed rapport op droog zaad te zetten.

Caron is minder enthousiast over het opvissen van een aantal organisaties. ‘In dat lijstje van 2,6 miljoen euro is niet meteen een rode draad te vinden. Het probleem is dat het hier om een politieke beslissing gaat, geen formele beslissing van de regering. (…) Over de reden van dit warrige lijstje had ik graag klaarheid gekregen. Welke zijn de motieven van de minister?’ Idrissi vat het positiever op: ‘sp.a heeft altijd gepleit voor een divers en kwalitatief kunstenlandschap. Beleidsmakers moeten zich de vraag stellen welk kunstenlandschap ze beogen voor Vlaanderen en dienen bij te sturen waar nodig. Naast puur artistieke en zakelijke criteria is ook het belangrijk om ook rekening te houden met factoren als publieksbereik, participatie, laagdrempeligheid, inbedding en kwetsbaarheid. De 2,5 miljoen die wordt uitgetrokken voor dit soort bijsturingen zorgt ervoor dat de diversiteit in het kunstenlandschap kan gevrijwaard blijven’.

Zowel Caron als Idrissi vinden dat de sociaal-artistieke sector er bekaaid van af komt. Caron: ‘Er vallen onnodige slachtoffers. De minister heeft niemand met een kritisch advies een nieuwe kans gegeven. Jammer voor zo’n jonge sector. Ik ben wel blij voor Rataplan, een kunstencentrum met een sterke sociaal-artistieke hart, maar voor de rest wordt doorgroei van die sector geblokkeerd.’ Ook Idrissi betreurt dat er binnen de sociaal-artistieke sector enkele waardevolle projecten hun subsidies verliezen. ‘De middelen zijn beperkt en jammer genoeg zijn er, ondanks de extra middelen nog altijd verliezers. Voor hen is er nog de mogelijkheid om via projectsubsidies middelen aan te vragen’.

Een ding staat volgens beide politici vast: na deze tumultueuze, ’transparante’ ronde is het hoog tijd om een grondig debat te voeren over het Kunstendecreet. ‘Daarom wil ik de minister oproepen om dit momentum aan te grijpen en een dialoog op te starten met de sector’, besluit Idrissi.

Els Van Steenberghe