Herlees hier ons interview met ‘Drive My Car’-regisseur en Oscarwinnaar Ryusuke Hamagachi
De Oscar voor beste internationale film ging dit jaar naar Ryusuke Hamaguchi’s Drive My Car, een mysterieuze film vol gemijmer in een rode Saab 900. Spike Lee en Barack Obama zijn fan.
Als u van de chef film van Knack Focus niet aanneemt dat Drive My Car een uitstekende adaptatie is van een kortverhaal van meesterverteller Haruki Murakami (zie pagina 43), neem het dan van Spike Lee aan. Onder zijn voorzitterschap bekroonde het festival van Cannes de Japanse regisseur Ryusuke Hamaguchi met de prijs voor beste scenario. Als u Spike Lee niet gelooft, geloof dan Barack Obama, die Drive My Car opnam in zijn lijstje met de beste films van 2021. Of de Academy die de Japanse film nomineerde voor vier Oscars: beste film, beste internationale film, beste scenario en beste regie. Hamaguchi kan na de Chinese Chloé Zhao met Nomadland en de Zuid-Koreaan Bong Joon-ho met Parasite de derde Aziaat op rij worden die de belangrijkste filmprijs van Amerika wint. Het zou een primeur zijn voor een Japanse filmregisseur.
Ik heb nog maar drie keer met de auto gereden en twee keer kwam er een ongeval van.
Toch is Hamaguchi geen topfavoriet. Het is zelfs al spectaculair dat hij meedingt naar een Oscar. Sensuele en ongehaaste zwijgfilms over rouw, spijt, seks en het verglijden van de tijd die Murakami verweven met Oom Wanja van de Russische toneelreus Anton Tsjechov, zijn zelden het kopje thee van de Academy.
In het onbestemde maar o zo verfijnde Drive My Car ligt een theateracteur- en regisseur in de knoop met het heengaan van zijn vrouw, een succesrijke scenariste met de gewoonte om na het vrijen in een schrijfroes te belanden. Voor een opvoering van Oom Wanja – met in de hoofdrol een jonge tv-ster die misschien een affaire met zijn vrouw had – trekt hij naar Hiroshima. Een gereserveerde, vrouwelijke chauffeur rijdt hem elke dag van zijn hotel naar de repetitieruimte, terwijl hij op de achterbank van de rode Saab 900 naar geluidsopnames van zijn overleden echtgenote luistert. Langzaam maar zeker lukt het de gekwetste zielen om in de intimiteit van de Saab onverbloemd te spreken over geheimen, verdriet en al wat het hart bezwaart.
Na de wereldpremière op het festival van Cannes, prees de internationale filmkritiek Drive My Car de hemel in. Sindsdien is het eigenlijk alleen maar bergop gegaan. En toch lijk je het hoofd erg koel te houden.
Ryusuke Hamaguchi: Ik ben wel degelijk heel blij met de ontvangst van mijn film. Dit overtreft mijn stoutste dromen. Maar ik probeer het langs twee kanten te bekijken. Ofwel is de grote bijval oprecht en terecht, en heb ik inderdaad een goeie film gemaakt. Uiteraard stemt die gedachte me vrolijk. Maar het blijft een optie dat ik gewoon een film heb gemaakt die in de smaak valt van het huidige publiek, de huidige journalisten en de huidige jury’s, en niet meer dan dat. Omgekeerd willen slechte kritieken soms alleen maar zeggen dat je een riskante film hebt gemaakt. Ik heb enorm veel respect voor wie risico’s neemt, los van het feit of het resultaat mee- of tegenvalt.
Maar dat neemt toch niet weg dat de prijzenregen en de enorme bijval een zegen kunnen zijn voor je verdere carrière?
Hamaguchi: Het is nog te vroeg om het effect van Drive My Car in te schatten. Maar ik beaam wat je zegt. Toen ik Murakami’s kortverhaal Drive My Car in 2013 las, zag ik er meteen een film in. Maar op dat moment kon ik er alleen nog maar van dromen om een verhaal van Murakami te verfilmen. Mijn leven veranderde toen het festival van Cannes Asako I & II selecteerde. De pers was lovend en de film deed het goed in de Franse bioscopen. Dat bleef ook in Japan niet onopgemerkt. Ineens werd het voor mijn producer wel haalbaar om een Murakami-film te initiëren.
Waarom wilde je Haruki Murakami verfilmen? Dat lijkt me helemaal niet zo gemakkelijk. Al was het maar omdat de schrijver achter Kafka op het strand en Norwegian Wood zo bedreven verbeelding en realiteit verstrengelt.
Hamaguchi: Klopt. Geen enkel boek is makkelijk om te zetten in film, maar de vuistdikke romans van Murakami spannen de kroon. Hij vermengt de fantasiewereld met de echte wereld. Een camera kan enkel de werkelijkheid vatten. Om in een film tussen beide werelden te navigeren, heb je zowel een enorm budget als een sterk ontwikkeld artistiek gevoel nodig. Het zou kunnen dat Murakami daar ook zo over denkt, want hij staat huiverachtig tegenover verfilmingen. Alleen voor kortverhalen maakt hij uitzonderingen. Denk maar aan Burning van de Koreaan Lee Chang-dong. Gelukkig heeft hij véél prachtige kortverhalen geschreven.
Hoe wordt een kortverhaal een film van meer dan drie uur?
Hamaguchi: Je kan het verhaal op verschillende manier uitbreiden. Ik wilde trouw blijven aan de spirit van Murakami en heb elementen overgenomen uit twee andere kortverhalen uit de bundel Mannen zonder vrouw: Scheherazade en Kino. Murakami is daar op de hoogte van. Ook Oom Wanja kreeg een grote plaats. Al die nevenverhalen verduidelijken wat er werkelijk gaande is in het hoofdverhaal. Ik heb niet geprobeerd om Murakami’s woorden in beelden om te zetten en zelfs niet om zijn zinnen een plek te geven. Daar maak je geen goeie film mee, hoe fantastisch hij ook schrijft. Je moet niet op de tekst voortgaan, maar op de emoties die je tijdens het lezen ervaart. Je moet het kerngevoel proberen te vatten.
Waarom sleur je er Tsjechov bij?
Hamaguchi: Tsjechov is een belangrijke auteur voor Murakami. Hij citeert hem vaak in zijn romans. De twee hebben meer gemeenschappelijk dan je denkt. Tsjechov voert gekrenkte personages op. Ze moeten na een tragische gebeurtenis of grote teleurstelling verder met hun leven. In het echte leven is vrijwel niemand zo miserabel en zo wanhopig als een personage van Tsjechov. Maar het noodlot kan op elk moment toeslaan, en dan bereiken we dat niveau van wanhoop misschien ook. Zowel Tsjechov als Murakami kunnen in die wanhoop een glimp van hoop tonen. Een kwaliteit die universeel in de smaak valt. De personages strijden. Door verder te doen, aan de slag te gaan en samen te werken, kan je de wanhoop overwinnen. Of het leed toch verzachten.
Dat autogesprekken erg intiem kunnen worden, is de joint de culasse van Drive My Car.
Hamaguchi: Inderdaad. (lacht) Een autorit is een speciale situatie. Je zit samen in een afgesloten ruimte, maar je wordt niet verondersteld om elkaar aan te kijken. Je bent beiden in transit. Het landschap schiet aan je voorbij, en dat hypnotiseert. Het geluid van de motor kan de stilte niet helemaal verdoezelen. Die warme, veilige situatie is perfect om diepere gedachten te verwoorden en te delen met anderen. Niet onbelangrijk is de lichte druk om het gesprek en het onderwerp af te ronden voor de bestemming wordt bereikt.
Kruip jij soms louter voor het plezier achter het stuur?
Hamaguchi: Nooit. Ik heb een rijbewijs, maar ik vertrouw mezelf niet achter het stuur. Ik heb nog maar drie keer in mijn leven met de auto gereden en twee van die drie keer kwam er een ongeval van. Ik ben een warhoofd, ik zou iemand kunnen doodrijden. Het leek me dus het verstandigst om te stoppen met autorijden. Vreemd genoeg zit ik wel graag in de auto. Ik heb dan medelijden met de chauffeur die gefocust moet blijven en al het werk doet. Als passagier moet ik alleen maar wat praten zodat de chauffeur niet in slaap valt.
In je film moeten de repeterende theateracteurs de tekst van Oom Wanja emotieloos voorlezen tot ze erbij neervallen. Past u die methode ook toe tijdens het regisseren?
Hamaguchi: Ja. Ik heb geen ervaring met de regie van een toneelstuk. Ik wilde geen werkmethode laten zien die ik zelf niet begrijp. Dus vraag ik mijn acteurs om de scènes te lezen zonder intonatie, nuance of emotie, zoals je in de film ziet. Ze doen dat zo vaak ze kunnen en zuigen zo de woorden in zich op. Na een tijdje rolt de tekst er vanzelf uit. Eens de camera loopt, mogen ze uiteraard wel alle gevoelens en nuances tonen. Ik paste de methode ook op mezelf toe. Ik heb de kortverhalen van Murakami en Oom Wanja van Tsjechov herlezen tot ze in mijn hoofd zaten. Op die manier greep ik er tijdens het schrijven van het scenario spontaan naar terug.
Je bent een leerling van Kiyoshi Kurosawa. Welke films hebben van jou een cinefiel gemaakt die zelf films wil maken?
Hamaguchi: De Amerikaan John Cassavetes was mijn eerste grote filmliefde. Ik was een jaar of twintig en ineens was film geen aangenaam tijdverdrijf meer en wilde ik niets liever dan mijn leven aan cinema wijden. Ik vind A Child Is Waiting en Minnie and Moskowitz erg goed, maar vooral van Husbands was ik ondersteboven. Drie veertigers willen een gestorven vriend eren door drie dagen te feesten, te drinken en achter de vrouwen aan te zitten. Cassavetes vat in zijn films de realiteit beter dan wij zelf. Ik vond het leven van zijn personages echter en levendiger dan het mijne. Dat kunnen alleen de grote regisseurs. Voor alle duidelijkheid: nadien heb ik me ook in de Japanse filmgeschiedenis verdiept. We hebben een traditie waar we trots op mogen zijn. Mikio Naruse was bijvoorbeeld een heel grote filmregisseur.
In België zal jouw vorige film, het in Berlijn met de Zilveren Beer bekroonde Wheel of Fortune and Fantasy, pas zeven weken ná Drive My Car uitkomen.
Hamaguchi: Dat is in wel meer landen zo. Wheel of Fortune and Fantasy was een onafhankelijke film. De eerste twee delen draaide ik in 2019 met een erg kleine ploeg. In maart 2020 begon ik aan Drive My Car. Maar omwille van de pandemie werd de productie maandenlang stilgelegd. Ik riep de kleine filmploeg weer samen en maakte van Wheel of Fortune and Fantasy een drieluik. Wist ik veel dat we er de Zilveren Beer mee zouden winnen.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Drive My Car
Vanaf 2/3 in de bioscoop.
Wheel of Fortune and Fantasy
Vanaf 20/4 in de bioscoop.
Ryusuke Hamaguchi
Geboren in 1978 in Japan.
Is een leerling van Kiyoshi Kurosawa en een grote bewonderaar van John Cassavetes.
Draaide drie documentaires over de nasleep van de rampen die Japan in 2011 teisterden.
Won vorig jaar met Wheel of Fortune and Fantasy de Zilveren Beer op het festival van Berlijn en beleeft nu zijn grote, internationale doorbrak.
Werd met Drive My Car genomineerd voor de Oscars voor beste film, beste internationale film, beste scenario en beste regie. Een unicum voor een Japanse film.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier