Sacha Polak herlanceert de Nederlandse cinema: ‘Met de Vlaamse film gaat het ook niet zo fantastisch’

De cameraman van Dirty God is Belgisch, de hoofdrolspeelster Engels en het decor zo Londens als de Tube, maar over dat soort details gaan we niet zaniken nu we met Sacha Polak eindelijk nog eens een straffe Nederlandse cineast kunnen voorstellen. ‘Soms heb ik het gevoel dat Nederlanders in het moeras zitten en elkaar naar beneden trekken.’

Zo enthousiast als de Vlaamse jeugd fuift op de nederhop van Lil’ Kleine en co., zo onbemind zijn de Nederlandse filmregisseurs. Tweede bizarre vaststelling: als er dan toch eens een film van een noorderbuur een eerlijke kans krijgt in de Belgische bioscopen, dan wordt er vrijwel geen Nederlands in gesproken. Isabelle Huppert beet in het Frans van zich af in Elle van Paul Verhoeven, Guy Pearce bromde hoofdzakelijk Engels in Brimstone, de wraakwestern van Martin Koolhoven.

Ook van Dirty God zou je nooit raden dat de regisseur een onderdaan van koning Willem-Alexander is. De film laat je intens meeleven met een pittige, jonge Londense vrouw die het slachtoffer is geworden van een aanval met zoutzuur. Na een lang verblijf in het ziekenhuis de draad weer oppikken is makkelijker gezegd dan gedaan, want kun je ooit wennen aan mensen die naar je verminkte gezicht staren of geschrokken wegkijken? Wie niet beter weet, schrijft Dirty God toe aan een volgeling van de grote Britse cineaste Andrea Arnold, maar de film werd gemaakt door Sacha Polak, een 36- jarige vrouw uit Amsterdam-Noord.

De tijd is er rijp voor om mensen die er anders uitzien een podium te geven.

Nederlandse regisseurs zijn zelden van de partij op de grote, internationale festivals. Waar loopt het fout?

Sacha Polak: Dat debat is aan de gang. Er is net een enquête geweest en het Nederlandse Filmfonds heeft met een heleboel actoren gesprekken gevoerd. Zelf heb ik het gevoel dat we te negatief doen over de Nederlandse film. We zitten gewoon in een mindere periode. We hebben geen Lars von Trier of een aanjager die iedereen op sleeptouw neemt, maar dat geldt voor veel landen. Over de Vlaamse of Belgische film kun je ook niet beweren dat het zo fantastisch gaat.

Ik zie dat de nieuwe generatie Nederlandse filmmakers toffe dingen maakt. Spelen we naarmate we ouder worden te makkelijk op veilig, maken we dan saaiere dingen? Ik zou het niet weten, ik vind dit een ingewikkelde zaak. Maar dat velen de schuld bij het Filmfonds leggen is bizar. Het fonds gunt regisseurs net een grote vrijheid. Voor Dirty God heb ik met het British Film Institute samengewerkt. Geloof me: hun bemoeienis was vele malen groter. De klagers zouden dus beter naar zichzelf kijken en zichzelf een schop onder de kont geven in plaats van hun papa en mama – het Filmfonds – de schuld te geven. Iets meer lef en durf kan geen kwaad.

Heb je opzettelijk voor een buitenlands avontuur gekozen?

Polak: Voor schilders is het heel gewoon om bijvoorbeeld in Frankrijk te schilderen en een Franse periode te hebben, maar voor een filmmaker ligt dat blijkbaar anders. Die moet in zijn landje blijven of er wordt vreemd opgekeken. Ik begrijp dat niet. Het was een verademing om ergens anders te werken, deels omdat alles nieuw is en niet iedereen je kent.

In Nederland ben je van in het begin gewend om heel klein te denken. Niets kan. Je kunt wel een kostuumdrama maken, maar dan wordt het een lelijk kostuumdrama want er is geen geld voor. Het enige dat écht wringt, is dat ik soms het gevoel heb dat we elkaar wegdrukken. We zitten met z’n allen in het moeras en in plaats van elkaar te helpen, trekken we elkaar naar beneden in de hoop zo meer plaats voor onszelf te creëren. Soms hou je jezelf als land klein. Daar hou ik niet van.

Moet je de lat juist heel hoog durven te leggen?

Polak: Ja. De bioscoopprogrammatie zit overvol. Als je geen ambitie hebt, waarom zou je dan de bioscoop vervuilen? Ik denk dat Nederlandse regisseurs iets meer van zichzelf mogen verlangen. Misschien doen ze dat ook – ik kan niet voor iedereen spreken -, maar met subsidies een film maken waar niemand een boodschap aan heeft, kan niet de bedoeling zijn.

VICKY KNIGHT (rechts): 'Sinds Dirty God ziet ze haar littekens als een kunstwerk.'
VICKY KNIGHT (rechts): ‘Sinds Dirty God ziet ze haar littekens als een kunstwerk.’

De concurrentie onder de Britse filmregisseurs is moordend, maar daar heb jij je lekker niets van aangetrokken. Je trok naar Londen en filmde in het hol van de leeuw. Dat kan niet makkelijk zijn geweest.

Polak: Dat was het ook niet. Veel producenten zouden ‘dit lukt je nooit’ hebben gezegd, maar mijn producent, Marleen Slot, stelde voor om het te proberen. ‘We slapen wel in stapelbedjes in de jeugdherberg’, zei ze. Hebben we ook gedaan. Het was lang niet duidelijk of het wel zou lukken om de film te maken. ‘Het BFI moet al geloven dat je de nieuwe Jane Campion bent voor het een buitenlander geld toestopt’, zei onze Engelse scriptcoach. We hebben ongelofelijk veel mazzel gehad.

Vicky Knight acteert erg goed. Je had dus gelijk om niet met een professionele actrice te werken, maar met een ervaringsdeskundige, iemand die sinds een brand met een verminkt gezicht door het leven moet. Was dat een gok?

Polak: Nee. Nog voor er geld was, nog voor het script af was, zijn we met de casting begonnen. Ik wilde zo snel mogelijk weten of mijn plan een kans op slagen had, en ik wilde niet naar een beroemde actrice met make-up kijken. Je moet haar pijn zien en voelen omdat die echt is.

In Amerika kreeg Girl kritiek omdat Lukas Dhont de hoofdrol niet aan een transgender had toegekend. Wat denk jij daarvan?

Polak: Ik vind dat Lukas Dhont mag casten wie hij wil. Girl is prachtig gedaan. Het is onzin dat je een personage enkel mag laten spelen door iemand die hetzelfde heeft meegemaakt. Dat idee heeft bij mij niet gespeeld.

Ik weet wél dat vrouwen met littekens heel fel onder de indruk zijn van mijn keuze om samen te werken met iemand met littekens. Ze noemen het een openbaring. De I Am Not Your Villain-campagne, die niet wil dat films mensen met littekens als booswichten opvoeren, was zeer enthousiast over Dirty God. Vicky’s leven is veranderd door de keuze om in mijn film te acteren. Zij speelt nu mee in een kortfilm van Lynne Ramsay (de regisseur van onder meer We Need to Talk About Kevin en You Were Never Really Here , nvdr.). De tijd is er rijp voor om mensen die er anders uitzien een podium te geven. Daar ben ik wél een voorstander van.

Dirty God begint met een extreme close-up van de littekens. Ze vormen een landschap. Wilde je de kijker meteen met de neus op de feiten drukken?

Polak: Dat openingsshot nodigt uit om even heel goed naar de littekens te kijken. Eens je ze gezien hebt, kun je naar de mens kijken.

Je toont ook onbeschroomd de seksualiteit van je personage.

Polak: De seksualiteit van mensen die er anders uitzien wordt vaak weggestopt, maar uiteraard blijft seks een onderdeel van je leven. Je drang naar verdwijnt niet als je verminkingen hebt. Internetseks is bevrijdend voor mijn personage. Ze geniet en ze heeft de controle: ze kan de laptop dichtklappen wanneer ze dat wil. Zo wordt seks weer behapbaar. Van fysiek contact is ze aanvankelijk bang. Mensen met gezichtslittekens doen heel emotioneel over die scènes. Het gaat niet enkel om die seksscènes, maar om Vicky’s openheid.

Sacha Polak herlanceert de Nederlandse cinema: 'Met de Vlaamse film gaat het ook niet zo fantastisch'

Respect daarvoor. Evident kunnen die seks- of naaktscènes voor je actrice niet geweest zijn.

Polak: Ik besef héél goed wat ik van Vicky verlangde. Ze heeft vijftien jaar lang haar lichaam verborgen. Op de warmste zomerdag liep ze met lange mouwen rond. Om zich dan naakt te laten filmen…Uiteraard heb ik haar niet op de eerste draaidag gezegd: dit is het script, ga nu maar uit de kleren voor de camera. Gedurende een heel lange periode heb ik met Vicky aan een vriendschaps- en vertrouwensband gewerkt. Bovendien is men in Engeland preutser en angstiger dan in Nederland.

Ook jij deinst er niet voor terug om iets intiems te delen met een groot publiek. Zes jaar geleden besprak je in je documentaire Nieuwe tieten de optie om je borsten preventief te amputeren. Word je daar nog vaak op aangesproken?

Polak: Ik dacht dat ik ervan af was. Ik was net verhuisd, had nieuwe buren en niemand wist nog van Nieuwe tieten. Tot Nederlandse journalisten die film weer ter sprake brachten naar aanleiding van Dirty God, dus nu weet iedereen het wél weer. Maar goed, dat heb ik ook aan mezelf te danken. Bovendien vind ik het niet erg, ik schaam me er niet voor. Het is niet iets waar ik op wil worden vastgepind, maar ik sta nog altijd achter Nieuwe tieten. Ik krijg nog steeds verzoeken van mensen die de film willen zien. Ik had destijds graag een soortgelijke film gezien, maar zo was er geen. Daarom heb ik hem gemaakt.

Het hoofdpersonage in Dirty God zoekt zich op internet suf naar oplossingen en vindt schimmige dokters die mirakels beloven, maar de harde waarheid is dat ze er nooit meer zal uitzien zoals voor de zoutzuuraanval.

Polak: Vicky heeft een soortgelijk parcours achter de rug. Zij ging ook wanhopig op zoek naar een dokter die haar kon helpen. Vroeger was ze suïcidaal, vandaag maakt ze er een punt van dat being different oké is. Ze ziet haar littekens als een kunstwerk, wat niet wegneemt dat ze zichzelf nog elk dag moed moet inspreken om de deur uit te gaan. Op de kutdagen krijgt ze een scheve opmerking of gelach over zich heen. Dat blijft moeilijk. Maar ze voelt zich comfortabeler dan voorheen en maakt mensen nu bewust van hun gestaar. Ze heeft liever dat je vraagt wat er met haar is gebeurd dan dat je staart.

Dirty God is heftig en rauw maar uiteindelijk ook positief. Dat is jouw keuze. Het kan perfect dat je niet de kracht of de persoonlijkheid hebt om je erdoor te slaan.

Polak: Klopt, maar dat geldt voor iedereen. Je wordt op aarde gedumpt, je moet je maar zien te redden en dan ga je dood. (lacht) Daar kan je depressief van worden of positief mee omgaan. Ik ben blij dat ik leef, ook al is het leven zinloos. Ook al gebeurt er veel akelige shit, ik ben blij dat ik het meemaak.

Mijn vorige film, Zürich, is donkerder uitgevallen dan ik wilde. Ik had het gevoel dat ik aan de uitgang van de zaal ijsjes moest uitdelen om het een beetje goed te maken tegenover de kijker. (lacht) Dat mocht me geen tweede keer overkomen. Ik wilde geen deprimerend kitchen sink-drama. Zo zijn er al genoeg. Ik wilde geen rauw realisme, het moest realistisch en een tikje verheven zijn: niet te zwaar, energiek en kleurrijk.

Dirty God

Nu in de bioscoop.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Sacha Polak

Geboren in 1982 in Amsterdam.

Debuteerde in 2012 met Hemel, het portret van een jonge vrouw met een grote seksuele appetijt.

Maakte in 2015 de intense roadmovie Zurich, waarin een ontredderde vrouw optrekt met vrachtwagenchauffeurs.

Opende met Dirty God het filmfestival van Rotterdam en trok meteen daarna naar Sundance.

Kreeg het idee voor Dirty God toen ze op het Lowlands-festival zag hoe vaak een jonge vrouw met littekens werd aangestaard.

Werkte voor de tweede keer samen met Ruben Impens, de vaste cameraman van Felix Van Groeningen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content