Guido Lauwaert

Theater: In ongenade, Toneelgroep Amsterdam

Guido Lauwaert Opiniemaker

Deze voorstelling is verplichte kost voor elke toneelliefhebber. Sta op en ga. Kijk, luister en stem.

Een kind van deze grond

Omstandigheden maken de geschiedenis, niet de mens. Hij maakt de cultuur vanuit de omstandigheden. J.M. Coetzee laat daar in zijn roman In ongenade geen twijfel over bestaan. Opgezet als een culturele thriller is de roman een politiek verhaal over Zuid-Afrika in ontwikkeling. Waar die ontwikkeling toe leidt, blijft onduidelijk. Coetzee is zich daarvan bewust en weet dat de lezer daar ook van overtuigd is. Hij wil dat bewustzijn echter op zijn eigen manier vertellen via een alledaagse gebeurtenis. Regisseur Luk Perceval en bewerker Josse de Pauw hebben die gebeurtenis in beeld gebracht, vanuit een zekere afstandelijkheid. Want net als de lezer moet de toeschouwer zijn stem uitbrengen.

In ongenade

David Lurie [52] komt als docent in opspraak wegens een affaire met een studente. Voor de tuchtcommissie stelt hij zich arrogant op, zodat hij ontslagen wordt, hoewel de commissie hem een nieuwe kans wil geven, na een afkoelingsperiode [ons kent ons]. In ongenade besluit hij vanuit Kaapstad zijn dochter te bezoeken die op het platteland een boerderij runt. Vader en dochter denken verschillend. Haar cultuur komt vanuit de grond, die van hem zit geblokkeerd in de geest. Beiden blijven op hun standpunt staan, zelfs nadat zij overvallen worden door drie zwarten. Hij houdt er brandwonden aan over. Zij een verkrachting door het trio. De standpunten verscherpen omdat zij geen aangifte doet. Hij vertrekt. Zij blijft. Terug in Kaapstad wil hij eindelijk schuld bekennen en zoekt de ouders van de studente op. Een verzoening zit er niet in. Zowel de docent als de ouders denken verschillend vanuit hun westerse cultuur. Hij keert terug naar zijn dochter. Zij blijkt in verwachting te zijn. Bovendien heeft zij besloten met haar zwarte buurman een schijnhuwelijk aan te gaan. In ruil voor land zal zij zijn bescherming genieten. Na het verlies van zijn maatschappelijke positie, is hij ook zijn sociale status kwijt. Hij is geen vader meer, slechts de verwekker van een kind. Zij zal een kind baren. ‘Uiteindelijk zal het een kind van deze grond zijn.’

De hulpeloosheid

De laatste zin is een citaat uit het laatste hoofdstuk. Hij komt niet voor in de voorstelling en dat is jammer. Onder het basisverhaal schuilt de evolutie naar een nieuwe wereld, vanuit de vermenging van de rassen, de culturen en de generaties. Een logische conclusie voor de lezer/kijker, maar een lichte nadruk had gemogen. Iedereen zegt graag wat de ander al weet. In een interview, gepubliceerd in het Kwartaaljourmaal van de Amsterdamse stadsschouwburg, zegt regisseur Luk Perceval ‘Uiteindelijk rest hem [de docent, gl] alleen nog de hulpeloosheid. … vooral de aanvaarding van die hulpeloosheid vind ik mooi.’ Het is een bevestiging van de omslag in het denken van de docent. Perceval geeft die omslag gestalte. In tegenstelling tot wat men zou denken is die omslag geen cultuuromslag. De docent aanvaardt slechts wat er is, niet hoe het is. Telkens hij met het ‘wat’ van het ‘hoe’ in conflict komt plooit hij terug op een boek dat hij wil schrijven. Een libretto op basis van het leven van de romantische dichter Byron. Maar ook in die rimboe loopt hij verloren.

De vierde beweging

Luk Perceval vertrekt van de kaalheid en Katrin Brack, zijn vaste scenografe, is hem daarin gevolgd. Geen decor. Alles moet uit de grond, de aarde komen. Dat wordt benadrukt door een honderdtal zwarten. Het zijn poppen maar ze lijken verduiveld goed op mensen. Ze staan kriskras door elkaar. Ze zijn onderweg. Vanuit het niets naar het iets. Wat dat iets wordt zal hun een zorg wezen. De blanke doet van alles, heel vaak met fatale gevolgen. De zwarte respecteert de tijd en wacht af. Vanuit een vierde, de stilstaande beweging. Perceval heeft de aarde als enige en ware inspiratiebron extra benadrukt door de acteurs met beide voeten op de grond te houden. Letterlijk en figuurlijk. Ze lijken niet te acteren maar een discussie met elkaar aan te gaan. Het acteren ontdoen van zijn wetten en trucs maakt de kaalheid maar bloter. De stem is de vorst, de lichaamstaal de bijhorende hofhouding. Het minimale maximaliseren wordt verbeeld door een stoel. Tijdens de hoorzitting is hij de troon van de docent. Driekwart van de voorstelling ver wordt hij kapotgeslagen door een zwarte. Einde oude wereld. Hoe je het draait of keert, de Nieuwe Wereld is Afrika. De ‘eerste’ mens komt uit Afrika, de ’tweede’, die is ook uit dit continent afkomstig. Een kind van deze grond.

De natuur van de geest

De acteurs zijn allemaal evenwaardig. Ook al is hun rol klein. Zelden zulke grootsheid in bescheiden aandeel gezien. Het moet zijn door respect voor elkaar. Een familiale band die Perceval hen bijgebracht heeft in functie van het geheel. Ze hadden die band al, want stijl en klasse zijn niet te maskeren door spel, maar hebben die genadig geleend tot wat de auteur heeft bedoeld: de cultuur moet het altijd afleggen tegen de natuur. Ook de natuur van de geest.

Gijs Scholten van Aschat is David Lurie, de docent. Je zou hem af en toe willen toeschreeuwen: ‘Man! Je bent geen docent maar een levend fossiel!’ Maar je doet het niet omdat je weet dat hij ook wel weet wat voor docent hij kopieert. Het machtige in zijn spel is dat hij de evolutie in het gedrag van Lurie een koelte meegeeft die van fel licht naar lichte duisternis gaat. Janni Goslinga blaakt van energie als zijn dochter Lucy. Een elektrische ontlading is haar spel, oprijzend uit de Afrikaanse grond die zij aanvoelt en begrijpt. Felix Burleson als de buurman van Lucy, is, mijns inziens, de grote verrassing. Wat een uitstraling, een waardigheid dat die man heeft. Zijn tempo en klemtoon luistert naar de hand van de regisseur, zodat hij de dirigent van het hele verhaal wordt. Chris Nietvelt als Bev Shaw, de vriendin van Lucy, die na lang voorbehoud door David niet aanvaard maar gedoogd wordt, is de oermoeder. Zij regeert vanuit de kelder van haar talent. Ik ben er omdat ik ben zoals ik ben, of niet ben.

Geen kwaad woord over de overige acteurs. Niks parade, nergens façade. Hun rollen kleven aan hun lijf. En dat ten bate van het concept en het verhaal.

Sta op en ga

Er zijn veel slordige voorstellingen en weinig verzorgde. Toneelgroep Amsterdam [TA] kent geen slordige. Het talent van artistiek directeur Ivo van Hove verschilt echter grondig van dat van Luk Perceval. Toch zijn er raakpunten. Ze liggen binnen eenzelfde sociale opstandigheid. Het maakt dat In ongenade ( * * * * * ) van Perceval precies past in het kostuum van TA. Deze voorstelling is verplichte kost voor elke toneelliefhebber. Sta op en ga. Kijk, luister en stem. TA verdient het, de regisseur, de acteurs, de bewerker, alle medewerkers groot en klein, en u.

Guido Lauwaert

IN ONGENADE – naar de gelijknamige roman van J.M. Coetzee – productie Toneelgroep Amsterdam – te zien in Amsterdam en tussendoor op reis in Nederland, Frankrijk, Duitsland en België [NTGent en De Singel, Antwerpen] – www.tga.nl

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content