Maximalisme leidt in popmuziek zelden tot verheffende resultaten, maar wanneer The Besnard Lakes al hun registers opentrekken, kun je niet anders dan gefascineerd de oren te spitsen. Op het podium in Brussel creëerde de Canadese band dan ook zijn eigen kaleidokopische universum.
DA GIG: The Besnard Lakes in de Rotonde van Botanique, Brussel op 7/4.
IN EEN ZIN: De Canadezen bouwden een veelkleurige wall of sound waarop het, zeker voor lieden met een hang naar geestverruimend spul, heerlijk balanceren was.
HOOGTEPUNTEN: ‘Like the Ocean, Like The Innocent Pt. 2: The Innocent’, ‘Devastation’, ‘Golden Lion’, ‘People Of The Sticks’, ‘Disaster’…
DIEPTEPUNTEN: geen.
QUOTE van Jace Lasek: “We’re very happy to play in the Botanic dome of psychedelic smoke and fog”.
De songs van The Besnard Lakes hebben veel weg van mini-symfonieën: het zijn epische suites waarin, net als bij Brian Wilson, de studio als een volwaardig instrument wordt aangewend. Om zijn veelkleurige wall of sound te construeren, gebruikt het gezelschap uit Montréal bouwmaterialen die het uit verscheidene tijdperken betrekt: de introverte shoegaze van My Bloody Valentine, de droompop van Beach House en Mercury Rev, de meerstemmige koortjes van The Beach Boys, de epische progrock van Pink Floyd. Dat leidt steevast tot ambitieuze, gelaagde en rijk geïnstrumenteerde muziek die baadt in reverb en dermate is doordrongen van psychedelia dat je geest er, tijdens het luisteren, wel eens oververhit van dreigt te raken.
Sinds hun debuut uit 2003 voegen The Besnard Lakes gemiddeld om de drie jaar een nieuwe langspeler aan hun oeuvre toe. Hun vijfde, ‘A Coliseum Complex Museum’ ligt sinds januari in de winkel. Centraal in de groep staat het echtpaar Jace Lasek (zang en gitaar) en Olga Goreas (zang en bas). De eerste werkt ook als producer en geluidstechnicus in zijn eigen Breakglass Studios en in die hoedanigheid heeft hij de jongste jaren bijgedragen tot cd’s van stadsgenoten als Patrick Watson, Wolf Parade, Land of Talk en Stars. Net als Arcade Fire zijn The Besnard Lakes doe-het-zelvers die ieder onderdeel van hun muziek volledig onder controle hebben. Op hun platen zijn de contouren van hun filmische nummers niet altijd even scherp, maar op het podium van de Botanique kwamen de muzikanten iets directer en geprononceerder uit de hoek.
De donkere kant van de maan
Eigenlijk zijn de Lakes een sextet, maar aangezien gitarist Richard Laing in 2014 aankondigde niet langer te willen toeren, moeten ze het live met zijn vijven zien te rooien. Pittig detail: de huidige line-up vertoont sterke gelijkenissen met die van Fleetwood Mac ten tijde van ‘Rumours’: met toetsenspeelster Sheenah Ko en gitarist Robbie MacArthur telt de groep namelijk nog een tweede stel in de rangen. We stellen ons zo voor dat drummer Kevin Laing over de kwaliteiten van een topdiplomaat moet beschikken.
Opener ‘Like the Ocean, Like The Innocent’ liet, met zijn lyrisch gitaarwerk en uitgesponnen structuur, de toeschouwers al meteen de donkere kant van de maan zien. Opvallend daarbij was vooral de etherische falset van Jace Lasek, die ongeveer de helft van de songs domineerde. Op de momenten waarop Olga Goreas de leadstem verzorgde, zoals in het kolkende ‘Devastation’, werd de muziek, ondanks het veelvuldige gebruik van rookmachines op het podium, aanzienlijk minder zweverig.
The Besnard Lakes ontlenen hun naam aan een écht meer in de wildernis van Saskatchewan, waar ze iedere zomer naartoe trekken om er, ver van alles en iedereen, aan nieuw materiaal te werken. Dat verklaart waarom dieren en de natuurelementen in de songs uit ‘A Coliseum Complex Museum’ alomtegenwoordig zijn. Dat bleek in Brussel bijvoorbeeld uit het vrij compacte en directe ‘Golden Lion’ en het vaag aan Low verwante ‘Nightingale’.
De nieuwe nummers van de Lakes klonken iets gebalder dan gewoonlijk: in ‘Pressure of Our Plans’ stoeide Ko met oriëntaals aandoende synthmotiefjes en toonde McArthur zich uitermate eloquent op de snaren. ‘The Plain Moon’ en ‘People Of The Sticks’ daarentegen dreven op een meeslepende basgroove die zonder gêne de heupen van de toeschouwers masseerde. Telkens wanneer de muziek zich in ijle hoogten dreigde te verliezen, fungeerde de ritmesectie dus als de magneet die haar tijdig weer naar beneden trok.
Verleidingsdans
Met het in sixtiessferen ondergedompelde ‘Disaster’, dat klonk als iets uit ‘Pet Sounds’ met Roy Orbison in een vocale gastrol, bewezen The Besnard Lakes dat ze, desgewenst, in staat zijn uiterst toegankelijke popliedjes te schrijven. Op andere momenten, zoals in ‘Albatross’ en ‘Tungsten 4 – The Refugee’, gingen de muzikanten helemaal los en haalde excessieve gitaarnoise de bovenhand. Op een bepaald moment kruisten Jace Lasek en Olga Goreas hun instrumenten in een intieme verleidingsdans waarvan we vermoeden dat die later op de avond wel een vervolg zal hebben gekregen. Na de officiële set volgden nog vier bissen, samen goed voor een extra half uur, die zo lang werden uitgerekt dat het de spankracht niet altijd ten goede kwam. Maar wie in de trip zat, vond het allemaal best.
Zes jaar na hun memorabele concert in Trix bewezen The Besnard Lakes andermaal hun uitzonderlijke muzikale bedrevenheid. En ook al bereiken ze op hun nieuwe plaat nooit het niveau van ‘The Dark Horse’ of ‘The Roaring Night’ (waar in de Botanique trouwens rijkelijk uit werd geput), deze Québecois verdienen méér luisterende oren dan u er aan uw hoofd heeft staan. Laat u daardoor vooral niet ontmoedigen: alle beetjes helpen.
DE SETLIST: Like the Ocean, Like The Innocent Pt. 2: The Innocent / Devastation / Golden Lion / Pressure of Our Plans / The Plain Moon / People Of The Sticks / Albatross / Disaster / Nightingale / Tungsten 4: The Refugee / And You Lied to Me // Land Of Living Skies Pt. 2: The Living Skies / In The Forest / Necronomicon / Four Long Lines.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier