Portret Jef Geeraerts: Van vuilschrijver tot monstre sacré

Jef Geeraerts © BELGA

Jef Geeraerts schudde Vlaanderen wakker met zijn Congolese ‘Gangreen’-cyclus in de jaren 60 en was de eerste Vlaamse thrillerschrijver, die naam waardig. Een portret.

Geeraerts was voorbestemd om koloniaal ambtenaar te worden. Hij kreeg een degelijke opvoeding in een jezuïetencollege. Na studies aan de Koloniale Hogeschool leek hij af te stevenen op een veilige carrière als ambtenaar in Congo, Belgiê’s ‘gordel van smaragd’ aan de evenaar. Maar zijn zevenjarig verblijf in Congo in de jaren 50 als assistent gewestbeheer in Bumba (met ook militaire taken) besliste er anders over. Jagen op groot wild en erotische avonturen met de plaatselijke schonen maakten de macho in hem wakker en vooral zijn hang naar authenticiteit. Terug thuis na het uitbreken van de Belgische onafhankelijkheid in juni 1960, voelde hij zich ontheemd en begon hij te schrijven aan zijn evangelie van het ongebonden, vrije leven in direct contact met de natuur.

Van vuilschrijver tot monstre sacré

‘Ik ben maar een neger’, zijn debuutroman uit 1962, zorgde voor opschudding in de Nederlandstalige literatuur omwille van de rauwe, openhartige manier waarop Geeraerts de schoonheid en wreedheid van het koloniale leven bezong. ‘Black Venus’, het eerste deel van de Gangreen-cyclus, vestigde in 1968 definitief de literaire faam van Geeraerts: de sensuele, erotische scènes waren du jamais lu in de Nederlandstalige literatuur.

Na aanvankelijke verwijten van pornografie en sensatiebelustheid zwegen de fatsoenrakkers toen de volgende drie delen van Geeraerts’ meesterwerk verschenen. De heel aparte vertelstijl en beeldspraak bewezen dat hier geen vuilschrijver aan het woord was maar een missionaris van het natuurlijke, echte leven. Literaire prijzen volgden en Geeraerts , het monstre sacré, besefte dat het tijd werd om zich als auteur opnieuw uit te vinden.

Het volle leven

Bijna elk jaar slaagde hij erin om tegen de Boekenbeurs een thriller klaar te hebben.

‘Kodak.58’, zijn eerste thriller uit 1979, was een schot in de roos. Geeraerts verraste vriend en vijand met een puntgave thriller waarin wapens en grizzlyberen in Alaska de hoofdrol vertolkten. Geeraerts ging er prat op dat zijn thrillers berustten op degelijk vooronderzoek. Hij ging altijd eerst te rade bij ballistiieke experten en rechercheurs die het crimineel milieu kenden. Zo ontwierp hij geleidelijk aan zijn schrijverscredo dat auteurs eigenlijk de betere journalisten moeten zijn die met hun voeten in het volle leven staan.

Bijna elk jaar slaagde hij erin om tegen de Boekenbeurs een thriller klaar te hebben. Hij schreef er een tiental, met als bekendste: ‘De coltmoorden’ (1980), ‘De Zaak Alzheimer ‘ (1985) en ‘Dossier K’ (2002) . Zijn thrillers – en Geeraerts reputatie van thrillerauteur – kregen een tweede leven toen zijn misdaadromans met groot succes werden verflimd. ‘De zaak Alzheimer’, met een beklijvende Jan Decleir in de hoofdrol, betekende de doorbraak van de Vlaamse crimifilm.

Man met de zweep

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Na zijn thrillerbestaan werd het tien jaar geleden stil rond Geeraerts. Hij trok zich terug in het huiselijk geluk met zijn vrouw Eleonore. Klassieke muziek, lekker uit eten en een kleine schare vrienden, met onder anderen Erwin Mortier en Jan Haerynck, waren de constanten in zijn bestaan. De dood van Eleonore in augustus 2008 veroorzaakte een schokgolf in die idylle. Geeraerts besloot de pen aan de wilgen te hangen. Hij liet zich op vraag van de VRT op sleeptouw nemen door zijn vriend Erwin Mortier om in 2010 ter gelegenheid van vijftig jaar Congolese onafhankelijkheid opnieuw voet aan wal te zetten in de ex-kolonie.

Geeraerts’ opmerkingen over de luie zwarte bevolking die alleen met de zweep kon worden geactiveerd zorgde voor een mediarelletje. Zijn dochter Ilse was niet mals voor haar vader: “Hij speelt nog altijd de rol van koloniale macho. Zijn bijnaam was de man met de zweep. Na vijftig jaar is hij daar nog altijd trots op. Is het onderhand geen tijd om tot inzicht te komen? Ik vind het een schande dat iemand met de intelligentie van mijn vader niet over zijn lippen krijgt dat hij mee schuldig is aan de puinhoop die Congo vandaag is.”



Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content