Vlaamse Luk Perceval brengt ‘Blikken Trommel’-bewerking op Hamburgse planken

Beeld uit de film van Die Blechtrommel (1979) © .

Het nieuwe stuk van de bekende Vlaamse theaterregisseur Luk Perceval, een interpretatie van de wereldberoemde roman “Die Blechtrommel” van Günter Grass, gaat vandaag, aan de vooravond van Percevals 58e verjaardag, in het Thalia Theater in Hamburg in première.

Sinds het seizoen 2009/2010 is Perceval artistiek leider van het Hamburgse ensemble. Perceval bewerkte de roman, de bekendste uit de Danziger Trilogie, samen met dramaturge Christina Bellingen. Zij deden dat na eerst met Grass overlegd te hebben. De Nobelprijswinnaar gaf hen evenwel volledig de vrije hand, zei Perceval.

800 pagina’s in 1 avond

De uitdaging bestond er in, een turf van 800 bladzijden in één theateravondje te proppen. Dat was zelfs filmregisseur Volker Schlöndorff niet gelukt in zijn adaptatie: de prent uit 1979, Palmwinnaar in Cannes, duurt drie uur, maar stopt na ongeveer twee derde van het boek – het moment dat protagonist Oskar Matzerath besluit toch te gaan groeien. Op zijn derde had Oskar namelijk besloten, uit protest tegen de wereld klein te blijven.

De rol van Oskarchen, het kind dat met zijn stem én zijn als collectief geweten fungerend speelgoedtrommeltje alles kan breken, wordt op de bühne gestalte gegeven door de 72-jarige (!) actrice Barbara Nüsse.

Grass schreef “Die Blechtrommel” in 1959. Met die roman zette hij de Duitse literatuur weer op de wereldkaart. De roman speelt zich af in het Poolse Gdansk (Danzig in het Duits) en omspant de periode van de jaren ’30 (de opkomst van het nazisme), de tweede wereldoorlog en het tijdperk-Adenauer. Thema’s zijn het kleinburgerlijk denken en het individuele en collectieve schuldgevoel.

Eerder regisseerde Perceval in Hamburg al “Jeder stirbt für sich allein” (Alone in Berlin), naar de gelijknamige roman van Hans Fallada, “Die Brüder Karamasow” (naar “De Gebroeders Karamazov” van Fjodor Dostojevski) en “Front Polyphonie“, over de eerste wereldoorlog en gebaseerd op “Im Westen nichts neues” (Van het westelijk front geen nieuws) van Erich Maria Remarque. Voor zijn Fallada-adaptatie werd hij geëerd met de gerenommeerde Faustprijs. “FRONT” regisseerde hij in samenwerking met het NTGent.

De in Lommel geboren Perceval, medeoprichter in 1984 van de Blauwe Maandag Compagnie en in 1998 van Het Toneelhuis (een fusie van de BMC en de Antwerpse KNS), dankt zijn onsterfelijkheid in Vlaanderen aan “Ten Oorlog”, een adaptatie door hem in samenwerking met Tom Lanoye van enkele koningsdrama’s van William Shakespeare. Dat stuk kreeg, onder de naam “Schlachten”, ook opvoeringen in Hamburg, in het Schauspielhaus.

(Belga/LP)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content