Guido Lauwaert

Theaterfestival 2011: Berckmans, De Tijd

Guido Lauwaert Opiniemaker

Het Theaterfestival ging van start met een filosofische parel, gespeeld door topacteur Jurgen Delnaet als J.M. Berckmans.

THEATERFESTIVAL 2011: Berckmans, De Tijd

Goed dat er een theaterfestival is. Beter dat er een degelijke jury is. Zo kan je alvorens het echte theaterseizoen van start gaat snoepjes die je gemist hebt alsnog consumeren. Ook critici kunnen niet alles zien. Want al is theater je leven, vanaf een zekere leeftijd wil je ook eens een avondje thuis zijn. Om te doen waar u geen zaken mee hebt. Gisterenavond was Berckmans aan de beurt.

J.M Berckmans

J.M Berckmans heb ik redelijk goed gekend. Je wist nooit of hij het wel of niet voor je had. Je kon hem toevallig ontmoeten en dan begon hij je uit te schelden. Zonder aanleiding. Of de aanleiding moest zijn dat je in het verleden te weinig aandacht aan hem had geschonken. Hij kon ook bijzonder charmant zijn, je knuffelen, de loftrompet steken, in een goedgevulde kroeg. Wat vaak gênant was. Want de lof kroop tot tegen het plafond, vulde de ruimte en verstikte je haast. Lof als littekenweefsel. Dit als schets om aan te geven dat ik hem graag mocht maar altijd op mijn hoede was, en met de jaren afstand nam. Ik kon de aftakeling niet langer aanzien. Wat had ik moeten doen? Elke hulp was een aanslag op zijn vrijheid. Jean-Marie Berckmans was een dichter die de langzame zelfdoding nodig had om onsterfelijke, beklijvende, rauwe en scherpe literatuur te schrijven. De burgerij komt er niet goed uit. En terecht. Het wentelt zich in zelfgenoegzaamheid en egocentrisme.

Wonderwel geslaagde voorstelling

In een productie van het gezelschap De Tijd heeft Jurgen Delnaet een selectie uit het werk van Berckmans gehaald en daar via de collagetechniek een voorstelling van gemaakt. Een wonderwel geslaagde collage. Het is trouwens de enige literaire techniek om de zielenroerselen van Berckmans puntgaaf weer te geven. Want Jean-Marie sprong in zijn [meestal] cafémonologen van de hak op de tak. Wie echter goed luisterde vond een systeem in zijn waanzin. Die in wezen wat hem betreft geen waanzin was. De brave burgers waren waanzinnig omdat ze kakken drukken noemden, ze spraken als ze beter hun mond hielden en hun mond hielden als ze beter op het bakkes hadden geklopt van de burgemeester, de paus, de koning, de bankbediende wiens schuld het nooit is als er wat fout gaat met een verrichting, ik doe gewoon mijn werk, meneer. Uit Berckmans’ geschriften kon de betere verstaander bovendien opmaken welke burger in stilte toch nog een zwaard in de hand had in plaats van een zapper.

De muziek bij deze voorstelling is treffend, zowel qua keuze als volume. Ook de kostumering is verantwoord. Het voordurend wisselen van hemd en jasje typeert zijn eeuwigdurend zoektocht naar het juiste psychologische kostuum van zijn gedrag dat paste bij zijn humeur van de dag of de plaats waar hij zich bevond. De blote borst tonen was bij Berckmans geen gepronk met zijn torso, maar een hulpkreet. Ik ben naakt. Help mij niet want ik wil naakt zijn. Telkens van het naakte beginnen, dat spookte dag en nacht door het hoofd van Jean-Marie Berckmans.

Het sterkste deel van de voorstelling is de Ierse passage. Ze speelt zich af in Shannon een plaats in county Clare in Ierland die vernoemd is naar de rivier er vlak bij. De rivier, eender welke, is ook een veelzeggende metafoor in zijn werk. De rivier staat voor het bloed in zijn aders, dat steeds het kookpunt benadert. Zijn hoofd was een hogedrukpan die voortdurend op ontploffen stond. De wijze waarop Jurgen Delnaet vanuit zijn diepste wezen Berckmans’ Shannon bracht, haalde The Dead van James Joyce naar boven en de passage aan het slot van dit korte verhaal. Een fragment: ‘Yes, the newspapers were right: snow was general all over Ireland. Its was falling on every part of the dark central plain, on the treeless hills, falling softly upon the Bog of Allen and, farther westward, softly falling into the dark mutinous Shannon waves.’

Jean-Marie Berckmans is geen James Joyce en toch is hij het bij momenten wel. Het sneeuwde in zijn hoofd, het sneeuwde op zijn tong. Het sneeuwde in de zaal gisterenavond. Het vreemde was dat de sneeuw de toeschouwer niet koud maakte, aangreep dat wel, maar ontzettend verwarmde. Tijdens het applaus, dat wat mij betreft staande had mogen gebeuren, o wat zijn Vlamingen toch preuts, ze kijken altijd naar wat hun buren gaan doen, zodat er uiteindelijk niets gebeurt, tijdens het applaus dus dacht ik dat een academische analyse van het werk en het leven van Jean-Marie Berckmans prutswerk is in vergelijking met deze voorstelling. Dat deze voorstelling door elke school met een maatschappelijk opleiding in zijn lessenpakket zou moeten worden opgenomen. Maar ook, dat elk geschrift van een criticus niet op kan tegen de goudwaarde van deze productie. Chapeau voor Jurgen Delnaet, dank je wel gezelschap De Tijd en proficiat Theaterfestival en zijn jury.

Extra: gratis tekstboekje!

Extraatje: uitgever Harold Polis van De Bezige Bij Antwerpen [voorheen Meulenhoff-Manteau] heeft vijf exemplaren geschonken van het laatste boek van Jean-Marie Berckmans, Vier laatste verhalen. Het boek verscheen in 2009. Aankoopprijs 19,95 euro. De eerste vijf lezers die reageren op deze recensie krijgen een exemplaar gratis toegestuurd. Succes en veel leesplezier.

Guido Lauwaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content