Theater: Voorbij het (kinder)misbruik
Remy Jacobs werd als kind en jongere misbruikt door de plaatselijke priester. Pas nu – op 45-jarige leeftijd – komt hij met zijn verhaal naar buiten. Niet via de media, maar via het theater. En of ‘Als ik de liefde niet heb’ treft.
The Play = Als ik de liefde niet heb
Gezelschap = Ro Theater / Marjolijn van Heemstra
In een zin = Je hebt zo van die dagen dat theater een plek wordt waar op een speelse, straffe en dwingende manier een ontstellend helder beeld van én een heling voor een gruwelijke wonde in een maatschappij aangereikt wordt. Uit liefde.
Hoogtepunt = Het moment waarop – na wat te veel gepalaver en getreuzel – Jacobs zijn pluchen leeuwenmasker over zijn hoofd trekt en rustig vertelt over de meest gruwelijke periode uit zijn leven. Iedereen in het publiek houdt de adem in. De ingehouden woede, de onthutsing en het respect voor Jacobs is haast tastbaar.
Score = * * * *
Je hebt zo van die dagen dat je de foute telefoons, mails en brieven krijgt en je wagen ook nog eens compleet fout getimede signalen over platte banden en lege batterijen aangeeft. Op zulke dagen, waarop echt alles misloopt dat maar kan mislopen, snak je meer dan ooit naar de donkere intimiteit van de theaterzaal, waar je je ver weg van alles kan verschansen, troost zoeken én – in het geval van Als ik de liefde niet heb (de titel is een citaat uit Paulus’ legendarische eerste brief over de liefde aan de Corinthiërs) – geraakt kan worden door iemands verhaal dat zo hartverscheurend is dat jouw foute dag ineens peanuts wordt.
Op zo’n dag zag ik Als we de liefde niet hebben van Marjolijn van Heemstra. Vorig jaar vroeg Remy Jacobs haar om samen een voorstelling te maken. Of beter: om samen een mis in het theater te organiseren, opgedragen aan de slachtoffers van het kindermisbruik in de katholieke kerk en vertrekkende vanuit zijn eigen pijnlijke ervaringen daarmee. Hij had daar ook een boek over kunnen schrijven maar Jacobs wilde een voorstelling maken omdat het theater, aldus Jacobs, de enige plek is waar mensen nog echt samenkomen om te kijken naar een verhaal dat iets over de realiteit vertelt. van Heemstra ging de uitdaging aan, legde de scène vol rotsblokken en met water gevulde kristallen glazen en stopte Jacobs een pluchen leeuwenmasker in de handen (en verwijst hiermee naar de leeuw van Aslan, zo zitter er wel meer verwijzingen naar religieuze helden in deze slimme voorstelling verwerkt.)
De twee komen in zijdeachtige, lange, witte vormeloze gewaden op. Jacobs draagt het pluchen masker en doet dat pas af wanneer de voorstelling door van Heemstra op kruissnelheid is gebracht en ze vertelde wat Jacobs al heel zijn leven moet verbergen. Niet zijn gezicht, iets veel erger. Ze vertelt over de brief die Jacobs haar schreef, over hun ontmoeting en de twijfels tijdens het creatieproces maar evengoed over hoe zo een voorstelling – of beter: ‘rebelse misviering’ – er dan wel uit moet zien. Ze speelt enkele pogingen na als ‘opwarming’. Een te lange opwarming, overigens. Pas wanneer van Heemstra doet waarin ze het beste is: de werkelijkheid – in dit geval het leven van Jacobs – met een korrel humor, een snuifje tederheid en een scheut spelplezier opkloppen tot een prachtige toneelscène, krijgt de voorstelling vaart.
Heel secuur wordt Jacobs’ familiegeschiedenis uit de doeken gedaan, vaak door van Heemstra, soms door Jacobs zelf, die raar genoeg pas in de cruciale scène – waarin hij, met berenmasker, vertelt hoe hij misbruikt werd – een soort rust, vrijheid en naturel in zijn stem terugvindt. Te midden het decor van rotsblokken en kristallen glazen ondergaat Jacobs een transformatie van iemand die breekbaar als een kristalglas in het leven staat tot iemand die een rots in de branding wil zijn voor alle andere slachtoffers.Hij kiest niet voor haat maar voor transparantie en (naasten)liefde. Een keuze die wel meer mensen zouden mogen maken.
Je hebt zo van die dagen waarop theater als een mens- en wereld verbeterende daad van liefde aanvoelt. Zoals de dag waarop je dit opmerkelijk moedige en eerlijke ‘Als ik de liefde niet heb’ bijwoont.
Els Van Steenberghe
Meer info: www.rotheater.nl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier