Els Van Steenberghe

Theater: The Brodsky Concerts, LOD

Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Ooit al op de vleugels van een havik door de lucht gevlogen? Neen? Grijp dan nu uw kans!

Noordwestenwind tilt hem op tot hij, de vleugels wijd,

ver boven de loodgrijze, lila, scharlakenrode

Connecticut Valley hangt. Zo hoog is hij

dat hem een van hen ontgaat die deftig schrijdt

over het erf van een haveloze

hoeve, en een haas op de hei.

Zo begint Herfstkreet van de havik, een gedicht dat Joseph Brodsky in 1975 schreef. Het gedicht zorgt voor een prachtmoment tijdens de voorstelling The Brodsky Concerts ( * * * 1/2) van het Gentse muziektheaterhuis LOD. De voorstelling ging midden september in première tijdens La Bâtie – Festival de Genève en trok dan naar Nederland alvorens, vanaf 2 oktober 2010, thuis te komen in Vlaanderen.

En al zaten we in Theater aan het Spui in Den Haag toen acteur Dirk Roofthooft het gedicht over de havik aanvatte, we waanden ons vooral hoog in de lucht. Ons vastklampend aan de vleugels van een havik. Met dank aan het exquise verteltalent van Roofthooft én het buitengewone pianoklankenlandschap dat Kris Defoort schiep.

Raspaarden

Daar stonden ze. Op een lege scène met slechts een zwarte vleugelpiano voor Defoort en een muziekstandaard voor Roofthooft. Twee volbloedkunstenaars. Elk met een passie voor (onder meer) de breekbare en sfeervolle poëzie van Nobelprijswinnaar Joseph Brodsky. Brodsky (1940 – 1996) werd in Leningrad (het huidige Sint-Petersburg) geboren. Hij verkaste in 1972 naar Amerika. Daar pende hij een rijk literair oeuvre bij elkaar dat hem in 1987 de Nobelprijs voor Literatuur opleverde. Desondanks is Brodsky verre van een bekende dichterstem. ‘Vergeten stem’ komt aardiger in de buurt van de waarheid. ‘Tijd voor herwaardering!’, dachten Roofthooft en Defoort. Met de voorstelling vervullen ze meteen een levenswens van de dichter. Brodsky meende dat zijn poëzie het best tot uiting kwam wanneer de woorden werden voorgedragen in de plaats van in stilte gelezen. Hijzelf kon zijn vormelijk speelse maar inhoudelijk vaak donkere en melancholische gedichten voordragen als geen ander. Tot zijn gedichten het pad van Roofthooft en Defoort kruisten…

Die getalenteerde tandem boog zich over Brodsky’s werk en selecteerde de gedichten als songs. Niet moeilijk. Brodsky bouwde zijn gedichten als liederen op. Het ritme van de taal was van even – misschien zelfs groter – belang dan haar inhoudelijk boodschap. Een gedicht over een vogel, zoals de havik, moest vleugels hebben (en geven). Een gedicht over een vlinder moest fladderen. En een mijmering over het ouder worden, moest langzaam schuifelen. In schokjes. Die muzikaliteit vormt de basis van The Brodsky Concerts.

De structuur van de voorstelling is deze van een intiem salonconcert. De ‘songs’ portretteren het bewogen leven en het innemende werk van deze auteur. Die auteur wordt ingetogen en toch met vinnige bravoure vertolkt door Roofthooft. De acteur balanceert hiervoor vervaarlijk tussen afstandelijke voordracht en voorzichtige vertolking. Hij voert die delicate evenwichtsoefening perfect uit. Hij hapt als een oude, kortademige man naar lucht, zet soms enkele achterwaartse voetstappen en schuifelt dan weer naar voren. En hij weet met opgetrokken schouders en schuin hoofd meteen het juiste gevoel bij het juiste woord op te roepen. Grandioos om zien. Hij maakt van zijn spelvirtuositeit het perfecte vehikel dat Brodsky’s poëzie tot leven wekt.

Jazzpianist en componist Kris Defoort doet hetzelfde aan het klavier. Hij omhult Roofthooft met warme, mijmerende klanken. Of hij vertolkt met staccatotonen de fladderende vlinder van het gedicht Vlinder (1972). Defoort speelt met muziek én met stiltes. Korte stiltes, zachte stiltes, ongemakkelijke stiltes, ondeugende stiltes. Zo construeert hij de gepaste tweede stem tegen wie Roofthooft zich als Brodsky kan wenden of hij speelt de zinderende muzikale stem die Brodsky’s denken bekrachtigt.

Beide heren, tussen wie een prettige chemie bestaat, dragen loszittende, grijze kostuums die nooit naar aandacht dingen maar wel de intieme sfeer intensifiëren. Het maakt The Brodsky Concerts tot een ingetogen mijmering over het passeren van het leven. Roofthooft en Defoort schetsen niet enkel Brodsky’s werk en leven. Ze verklanken diens verwondering voor het leven, voor de natuur en het genot van het stille observeren van de wereld.

Menner gevraagd

‘De voorstelling bezat erg mooie momenten’, zei een matig enthousiaste toeschouwer nadien. We geven hem deels gelijk. De voorstelling bestaat alléén maar uit mooie momenten. Maar, die momenten zijn iets te weinig tot een geheel gesmeed. Defoort en Roofthooft zijn toptalenten. Zulke raskunstenaars moeten zichzelf koesteren én goed laten omringen. Bijvoorbeeld door een regisseur of een coach. Iemand die parelmomenten, zoals deze waaruit The Brodsky Concerts bestaan, iets beter tot een geheel kan rijgen.

Er wordt, bijvoorbeeld, iets te subtiel met licht gespeeld. Heel geleidelijk fadet het zaallicht uit en dompelt het publiek zachtjes onder in de woorden, de beelden en het leven van Brodsky. Aan het eind van de voorstelling glijdt het licht terug zachtjes de zaal in. Alsof de zon weer opkomt na een behaaglijke nacht vol levensverhalen. Mooi maar wat mager. Want het licht speelt tijdens de rest van de voorstelling amper een rol. Net iets meer licht- en acteursregie had de voorstelling nog sterker gemaakt.

Desalniettemin is The Brodsky Concerts een ode aan Brodsky’s te onbeminde lyrische taal én een hulde aan intiem muziektheater waarin niets meer dan een vleugelpiano, een rasmuzikant en een rasverteller hun publiek vleugels geven.

Els Van Steenberghe

The Brodsky Concerts, LOD. Gezien op 22 september 2010. Meer info: www.lod.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content