Guido Lauwaert
Theater: Groeten uit Polen – deel 2
Kunst kan de wereld redden! Polen toont hoe het moet.
Poznan, 27 juni. Maltafestival. Het heeft geen haar gescheeld of u bleef verstoken van deze dagelijkse impressies. De meegebrachte laptop was gisterenmorgen met geen man of paard richting Knack te krijgen. De handleiding voor een aanpassing, hoe secuur ook opgesteld door mijn levenspartner, was waardeloos. Zowat de helft van de staf van het hotel boog zich over het probleem maar kwam er niet uit. Tot de directeur er na een paar uur een eind aan maakte. Er waren nog andere klanten. Mits de aanschaf van een extra programma, zou het probleem waarschijnlijk mogelijk ongetwijfeld opgelost kunnen worden. Waarom niet gekozen voor één systeem door al die computerfirma’s? Een retorische vraag. Het brengt geld op. Als de laatste cent van de consument gepakt kan worden, dan wordt die ook gepakt. Service is enkel show. Maar we hadden ze liggen, gratis en toch voor niks. Persvrouw Jagoda Engelbrecht, van Poolse origine maar getrouwd met een Duitser, vandaar de wat Poolsvreemde naam, kwam kort na de middag met de oplossing. Dagelijks zou ze mijn compositie op een stick zetten, in haar laptop stoppen en naar die goede Els Van Steenberghe sturen, de stille kracht van de recensenten van dit prachtblad. Hoor ik daar een driewerf hoera opstijgen in Vlaanderen en aanpalende straten? Terecht. Voor Jagoda, Els en mijn partner in love and crime.
In natura
Eenmaal tot rust gekomen richting theater gespoed. Eindelijk. Het theater was een zaal van het plaatselijk congrescentrum. Het centrum wordt gratis ter beschikking gesteld. In deze tijd van het jaar zijn er geen congressen meer en in plaats van leeg te staan kan het beter gebruikt worden. Voor artistieke zaken, bij voorkeur. De directie van het congrescentrum stopt geen geld in het festival, maar betaalt met plezier in natura.
De industrieën zijn modieus en verzorgd. Net zoals de hotels en restaurants. Toerisme staat hoog op de politieke agenda. Een groot verschil met overheidsinstellingen. Op weg naar het congrescentrum stak ik het station over en het spoorwegemplacement. Grauw, grijs en groggy. Het bracht de sfeer van Spion aan de muur van John Le Carré in herinnering, zowat het modelvoorbeeld van de spionageroman over de Cold War. Het boek is meesterlijk, maar ook de z/w verfilming is fabuleus, met in de hoofdrol de Ierse versie van Julien Schoenaerts, Richard Burton. Hij was de eerste verteller van het hoorspel Under Milkwood van Dylan Thomas, prachtig vertaald door Hugo Claus en vorig seizoen opnieuw opgezet met Jan Decleir in de rol van verteller.
De ultieme kick
De gekozen voorstelling was Out of context – for Pina van Alain Platel / Les Ballets C de la B. Een anderhalf durende dansvoorstelling met muziek, gaande van Bach tot het via elektronische weg opgeroepen tamtamgeluid, de typische muziek voor megadancings waar duizenden jongeren zoeken naar de ultieme kick [die natuurlijk niet bestaat].Voor mij is de ultieme kick de overgang van het leven naar de dood. Die voor elk van ons verschil en die geen levende ooit zal kennen.
De dansers waren voor aanvang gespannen. De avond voordien zat er nauwelijks volk in de zaal. Wat zal het vanavond zijn? Optreden voor een haast lege zaal op een festival is moordend voor het zelfvertrouwen. Oef! Driehonderd mensen. Een volle tribune. Van baby with dummy tot the old lady in a wheelchair. Veel jonge mensen. Middenklasse. Herken je aan de outfit, geleverd door winkelstraten als de Nieuwstraat, de Veldstraat en de Meir.
Droomnovelle
De voorstelling van Alain zoekt niet naar de ultieme kick. Hij is de incarnatie van zijn droomnovelle, verwekt door de onlangs overleden Pina Baush, de oermoeder van de moderne dans. Er zit geen opgedrongen lijn in de voorstelling. De lijn wordt overgelaten aan de verbeelding van de toeschouwer. In de werftekst wordt wel gesproken over neuroses en lichaamstaal in hysterische staat, maar dat verklaart alles leidend tot niets. Wat mij betreft kwamen er tientallen filmscènes opduiken. Van de apenscène van 2001, A Space Odyssee van Stanley Kubrick over Citta della Donna van Fellini tot rauwe straatfilms over hangjongeren, gebaseerd op het leven in de nieuwe krottenwijken van Parijs en andere grootsteden. Sommige beelden herinneren aan de tekeningen van Roland Topor. Maar nooit wordt het vulgair, obsceen.
Samengevat zou je kunnen stellen dat deze voorstelling een Zoo Story in een Cuckoo Nest is. Eenvoudig gezegd: de evolutieleer à la manière de la carrière de Alain Platel.
Wilder, woester, wervelend
Het publiek was aanvankelijk argwanend. De voorstelling begint tergend langzaam. De dansers komen van achter het publiek, betreden het toneel, ontkleden zich aan het achterdoek tot op het ondergoed, met de rug naar het publiek en slaan een oranje deken om. De deken is hun enige attribuut doorheen de voorstelling. Via kreten van nachtdieren in de brousse worden ze [gespeeld] moeizaam actief. Zoals bij het ontwaken. Gaandeweg wordt de voorstelling wilder, woester, wervelend. De muziek is wondermooi. Van Bach tot Glass. Kort voor het einde slaat de vlam in de pan bij het publiek. Kreetjes. Gelach. Open doekjes. Je voelt duidelijk dat dit werkelijk nieuw, ongezien is. Een openbaring. Overgelukkig verlaat het publiek de zaal. Waar het meteen verwoed begint na te praten, sigaret in de ene hand, biertje in de andere. Tot het uit elkaar rafelt. Elk zoekt zijn weg. Alleen of met twee, drie. De opkomende nacht in. Hun gelaat wordt bleker. Hun benen nemen de volgende bestemming van hen over. Zoals overal ter wereld. De mens heeft een vrije wil, maar hij wordt gedomineerd door voorgeprogrammeerde automatismen. Wat mij meeneemt naar het hotel is de opmerking van een jong koppel, regelmatige theaterbezoekers: Dit soort [dans]theater behoort tot de top van wat momenteel te zien is, waar ook ter wereld.
Envoi
Wil het Vlaamse theater standhouden, dan moet er nog meer dan momenteel het geval is geld worden geïnvesteerd in buitenlandse optredens. Kunst creëert respect en goodwill. Dat heeft Vlaanderen dringend nodig. Nu de indruk over ons land door het politieke wanbeleid van de laatste jaren internationaal tot een dieptepunt is gedaald, zouden de culturele attachés van Vlaanderen eens uit hun sloffen moeten schieten. Zij voeren een luierend beleid. Terwijl ze de markt op zouden moeten gaan. Zoals een straatventer. Want zoals dit festival aantoont kan kunst de wereld redden. Dus ook Vlaanderen, Wallonië… en België.
Guido Lauwaert
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier