Guido Lauwaert

Theater: Gedoe in bruidsjurken

Guido Lauwaert Opiniemaker

Paula Bangels ensceneert Hugo Claus’ Vrijdag. Ze wringt het stuk bijna de nek om…

‘Het beste toneelstuk in de Nederlandse taal sinds 1836’, schreef Hopper, pseudoniem van Nico Scheepmaker, in de Volkskrant van 16 november 1969. De Mao van het rondzwervend gezelschap De spelerij, Paula Bangels, heeft de 9876ste versie opgezet van Vrijdag ( * * ). Haar concept was er blijkbaar op gericht het stuk de nek om te wringen, maar dat is haar op een haar na niet gelukt.

De korte inhoud is zeer kort. Altijd een goed teken. Een man keert terug uit de gevangenis, na een veroordeling wegens ontucht met zijn dochter, en ontdekt dat zijn vrouw intussen een kind heeft van een jongeman uit de buurt.

De traditionele thema’s van Hugo Claus [incest, christendom, burgerdom en erotiek] komen het sterkst aan bod in dit stuk uit 1969. De oercast was beresterk. Georges werd gespeeld door Fons Rademakers, Jeanne door Elisabeth Andersen, Christinane door Kitty Courbois en Erik door Paul Cammermans.

Claus regisseerde en het is zowat zijn beste regie geweest. De reden is dat de saus van het concept broeierig was. En dat is nu net wat ontbreekt aan de basis van het opzet van Paula Bangels. Waar zij ook niet in slaagt, is de geschiedenis te koppelen aan de aardrijkskunde. De vroege jaren zestig en de West-Vlaamse omgeving, en in het bijzonder de Kortrijkse, zijn levensnoodzakelijk. Het gevolg is een voorstelling die het moet hebben van de tekst en de acteurs.

Hugo Claus is William Shakespeare niet. De stukken van de oerengelse bard zijn niet vastgeklonken aan tijd, plaats en ruimte. Dat is wel het geval met het verdriet van België, zoals vader Claus zijn oudste zoon noemde. Een regisseur is vrij om een concept uit te denken, en heeft er een kans op slagen mee, zolang hij de geest van de auteur en zijn toneelstuk respecteert. Wanneer hij, of in het geval van Paula Bangels, wanneer zij echter toegeeft aan haar eigen pronkzucht, is het resultaat kitsch en quatsch. Haar vuurpijl is bovendien een sisser. Door het trage tempo wordt de voorstelling saai en verliezen de personages heel wat van hun karakter. Er is geen tiktakspel meer en dat is nu net wat het karakter kostumeert, eenvoudig gezegd, persoonlijkheid.

Paula Bangels heeft de vier spelers in bruidsjurken gestoken, ja ook de mannen. Het bovenstuk van de mannen hangt rond hun lenden. De borst wordt bedekt door een marcelleke. Blijft het onderstuk. Met het rokgedeelte en de sleep hebben zowel de mannelijke als de vrouwelijke spelers ontzettende problemen. Hun beweeglijkheid wordt er door gehinderd, wat zich laat voelen in het spel.

De bruidsjurken kunnen ook communiekleedjes zijn. Ter versterking van het incestthema. Maar die link gaat verloren door de nauwelijks aangeraakte symboliek van de vrijdag als dé lijdensweg. Goede Vrijdag wordt binnen de christelijke religie elke vrijdag herdacht, door er een vleesloze dag van te maken. Een supervastendag. Juist daarom heeft Claus zoveel aandacht besteed aan de verwaarloosde tuin tijdens het verblijf van het hoofdpersonage in de gevangenis. Hij heeft dit punt nog scherper gemaakt door ‘de affaire Jules de douanier’. De zaak begint in een korenveld.

De spelers. Hebben zij deze ingezakte taart nog eetbaar gemaakt? Mathias Sercu als Georges redt de meubelen. Hij zet een oermens neer die wel een gedacht heeft maar er geen blijf mee weet. Zijn hele lichaam is een uitslaande brand en zijn toonwisselingen beantwoorden aan de vraag van de partituur. Dat geldt niet voor de andere acteurs. Eva Van der Gucht heeft geen lichaamstaal, iets wat de vrouw van Georges, Jeanne, nu net moet hebben, en zij brengt haar replieken zeer nasaal. Idem voor David Santens die zijn personage, de jonge minnaar, niet meer meegaf dan de uitstraling van een wandelende zoutzak. Lynn Van Royen heeft best wat erotische uitstraling, helaas dacht zij meer aan haar tekst, dan aan het borsten- en billenwerk dat haar personage, de dochter Christiane, vereist.

Het laatste half uur van de twee uur durende voorstelling, is het boeiendst. Dankzij Mathias Sercu. Hij sleurt zijn medespelers mee in zijn drift. Eindelijk wat beweging, letterlijk en figuurlijk. En Paula Bangels? Is er dan geen goed woord over haar regie te zeggen. Toch wel, toch wel. Zij kan als geen ander een repertoirestuk verheffen tot amateurniveau. Terwijl Claus een hoogmis voor ogen zag. Hij legt het Jeanne in de mond: ‘Wij zijn content, gij zijt content. De hoogmis is gedaan.’

Guido Lauwaert

VRIJDAG – Hugo Claus – De spelerij – meer info: www.despelerij.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content