Guido Lauwaert
Theater: Anemone Valcke schittert in eindwerk
Valckes ‘Een lied’ is een maskerade van gevoelens en een vrolijke ode aan de kunst van spel, zang en dans én het levende bewijs dat er zich een pronte, nieuwe generatie theatermakers aandient.
Aan het eind van hun opleiding moeten acteurs in wording een eindwerk tonen. Anemone Valcke van de opleiding Drama van de Gentse Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, bekend als het KASK, heeft een proeve van de musical EEN LIED ( * * * * ) gemaakt, i.s.m. met Lieselotte De Keyzer. Zij heeft dat proces al achter de rug. De samenwerking zorgde voor een verassende voorstelling in theater Nieuwpoort, eerste plateau van Campo.
De musical is een genre van de theaterkunst en het is niet alleen een vorm van die kunstvorm, maar niet eens een gezonde vorm. Musical is in wezen nutteloos. Niets aan het genre is rationeel, maakt deel uit van de firma Logica & Zn. Anemone en Lieselotte hebben dat blijkbaar goed begrepen. Hun proeve is een beschadiging van het genre. Niet met een klacht maar met spot. Alle clichés worden doelbewust aangewend, zonder gebruik te maken van een sluitend verhaal of keiharde argumenten. Die moet de toeschouwer maar zelf vinden. Opdat hij die kan vinden, moet hij wel de pap in de mond krijgen. En daar zijn beide actrices ten volle in geslaagd.
In identieke outfit dansen, springen, zingen zij, tillen naïviteit uit zijn keurslijf, aan een razend tempo en optimaal gebruik makend van de ruimte. Ze zijn zo wijs geweest om er een tiental figuranten bij te nemen. Het geheel zorgt voor een kleurrijk spektakel, met een pracht van een timing. Toetje op de taart is de complexloosheid waarmee ze de publiek benaderen. Om een schuiver zijn ze niet bang. Integendeel. Hij moet, en liefst meer dan één. Om bij de les te blijven.
Ontwikkeling, zoveel is wel duidelijk, dat hebben Anemone en Lieselotte voor ogen gehouden, ontstaat om in verval te raken, maar dat verval kan afgeremd worden door de uitbuiting van het mysterie dat nu eenmaal een theatervoorstelling is. Een lied is in dat opzicht een maskerade van gevoelens die constant afgebroken en weer opgebouwd wordt. De Britse komediegroep Monty Python kwam een paar maal voorbijvliegen, maar ver, over the mountains and over the sea. Beide protagonisten hebben gezocht naar een verdere chaos, een chaos weliswaar met zijn ankerpunten, die echter de artificiële chaos versterken, eerder dan verzwakken.
Van alle eindproeven die ik al heb gezien, is dit de meest verrassende. Omdat naar een gekte werd gezocht, waar ze bij elke nieuwe voorstelling verbaasd over blijven staan. Een lied is het sterkste bewijs dat er zich een nieuwe manifestatie theatermakers aandient. Een die keek naar wat hun voorgangers hebben gepresteerd, maar er niet naar opkeken. De eindproef is een nieuw dada. Hun podium verschilt niet zoveel van dat van het amfitheater van de Atheners, maar het spelresultaat is het zoeken naar het ongetoonde van het al getoonde. Niets moet, alles kan. Halverwege de voorstelling sprong een versregel van Paul van Ostaijen door de geest: ‘Ik wil bloot zijn en beginnen’.
Het moet zijn dat hun zoektocht de grammofoon van de publiciteit flink aan het zwengelen heeft gebracht, want de zaal zat afgeladen vol. En niet alleen met collega’s en verwanten. Een breed publiek, jong en oud, kenners naast barbaren. Maar de vreugde begon al vroeg. Een lied is een ode aan de kunst van spel, zang en dans. Anemone is stemvast, de dochter van Bianca Castafiore, in gunstige zin. Lieselotte is een onbevlekte comédienne. En wie dat kan, kan ook tragedies aan. Ze is een jongere versie van Chris Nietvelt.
De dames denken aan het oprichten van een gezelschap. Daar schuilt een gevaar in. Als ze maar niet vervallen in een format. Ze moeten zichzelf telkens opnieuw uitvinden in een nieuwe kosmos op oude grond. Als dat maar lukt. Ik hoop het. Maar goed. Dat is koffiedik kijken. De productie Een lied is van korte duur. Misschien een herneming volgend seizoen?
Wie niet kan wachten, surft naar Campo. Een absoluut vrolijk spektakel gegarandeerd. Dat blijft nazinderen huiswaarts kerend met een lied in het hoofd. Bij uw dienaar was het een van Dirk Witte met als centrale boodschap: “Vraag niet elke dag van je korte bestaan: / Hoe hebben m’n pa en m’n ma het gedaan? / Hoe doet er m’n neef en hoe doet er m’n vriend? / En wie weet, hoe of dat nou m’n buurman het vindt / En – wat heeft ‘het fatsoen’ voorgeschreven! / Mens, durf te leven!’
Guido Lauwaert
Alle info: www.campo.nu
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier