Subsidies in het theater: ‘Wees op tijd en heb een deftig beleidsplan’

© BELGAIMAGE

Vele Vlaamse theaters vallen elke keer naast de subsidiemand. Frederik Beernaert, Adviseur Kunsten van de Vlaamse Overheid: “Nochtans keren we elke 25 tot 30 miljoen euro uit aan gezelschappen.”

Er zijn verschillende manieren om als theater een subsidie te krijgen van de Vlaamse Overheid. Daarvoor moet je wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Frederik Beernaert van de Vlaamse Overheid: “Je moet een vzw zijn, een rechtspersoonlijkheid hebben en een duidelijk beleidsplan kunnen voorleggen. Je moet ons doen geloven in het project. Wat wil je juist bereiken? Uiteraard moet je alle aanvragen op tijd binnen brengen.” Wanneer je ten laatste in oktober 2015 je aanvraag tot subsidiering voorlegt, maak je kans om het geld te ontvangen in 2017.

De ene subsidie is de andere niet

Als alle papieren in orde zijn en je bent op tijd, maak je kans op drie verschillende soorten tegemoetkomingen. “De grootste pot is voor de werkingssubsidies. Die krijg je ofwel voor twee of voor vier jaar. Dat is een vastgelegd bedrag dat elk jaar wordt overgemaakt om de dagelijkse werking van het theater te garanderen. De tegemoetkoming van twee jaar is meer een opstapsubsidie. Als de gezelschappen bewijzen dat ze volwassen en verantwoordelijk met dat geld omspringen, verhoogt dat hun kans om een structurele steun van vier jaar te krijgen.”

Mocht je die potten mislopen, kan je nog steeds een aanvraag indienen voor een projectsubsidie. “Dat is voornamelijk voor kleinere gezelschappen. Die hebben dan een concreet idee dat ze willen realiseren, maar dat niet binnen hun jaarbudget past. Het mooie daaraan is dat je vaak een aantal van die toneelkringen ziet doorstromen naar de werkingssubsidies.”

Het laatste woord

Hoe de beslissing om het geld te verdelen juist genomen wordt, is voor vele theaters nogal onduidelijk. “Er zijn een aantal factoren die meespelen. Het zakelijke aspect van de beoordeling gebeurt door ambtenaren van de Vlaamse Overheid. De artistieke beoordeling is in handen van een commissie, een zogezegde peer-review. Dat wil zeggen, mensen uit het veld, mensen die er wat van kennen. Die groep bestaat uit theaterrecensenten, mensen die vaak naar het theater gaan zien en dergelijke. De uiteindelijke beslissing ligt bij de Vlaamse Minister van Cultuur, tenzij het om enorme bedragen gaat, dan moet zelfs hij ze nog voorleggen aan de Vlaamse Overheid. Het hele proces neemt ongeveer acht maanden in beslag. Zo weten de gezelschappen minstens een half jaar op voorhand of ze erbij zitten of niet.”

Realistisch denken

Waar moet je nu zeker op letten, wil je een werkingssubsidie krijgen? Zorg bij het zakelijke aspect dat alles zeer transparant en haalbaar is. Als je net het gezelschap hebt opgericht, of je speelt maar tweetal producties per jaar, moet je niet proberen een werkingssubsidie binnen te halen. Ga eerst voor een projectsubsidie en bewijs dat je die structurele steun waard bent. Maak ook werk van het kader van je gezelschap. Elke post moet ingevuld zijn, zodat het voortbestaan van de toneelkring verzekerd is. Wees vooral realistisch. Een aanvraag voor een subsidie van 150 000€ per jaar is niet wijselijk als je slechts een paar producties op de planken brengt.

Op artistiek vlak kan je wat creatiever te werk gaan, maar wees toch duidelijk in wat je wilt bereiken. Welke soort voorstellingen wil je maken? Wat is je doelpubliek? Wat ga jij extra doen om die mensen te bereiken? Daarin kan je origineel uit de hoek komen. Je wordt ook beoordeeld op de reikwijdte van je gezelschap, je meerwaarde voor de regio waar je gehuisvest bent en het maatschappelijk of sociaal belang die je voorstellingen met zich meedragen. De kwaliteit van de voorbije producties draagt uiteraard bij aan de geloofwaardigheid van je artistieke ambities. (WH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content