Guido Lauwaert

Roman ‘Sprakeloos’ wordt onemanshow

Guido Lauwaert Opiniemaker

Een heerlijke voorstelling is het, waarin Lanoye etaleert hoezeer hij een fan was van Freek de Jonge en hoe hij hard hij de nieuwe Toon Hermans wil worden.

Het was te verwachten dat Sprakeloos ooit op de planken zou verschijnen. Na de laaiende boekbesprekingen, goed voor herdruk op herdruk, en de vertaling van de roman in het Frans [La langue de ma mère], begint de verkoop te dalen. Om die weer omhoog te krikken, moet uit een ander vaatje worden getapt. Dus wordt de roman een onemanshow. Eens slagerszoon met een brilletje, altijd het brilletje van de slagerszoon.

Met stijl, nu eens overhellend naar het eerbetoon, dan weer scherend langs het melodrama, vertelt hij het verhaal van de aftakeling, de ziekte en het overlijden van zijn moeder. ‘Eens acteur, altijd acteur’: ma lanoye was zeer bedrijvig in het toneelcircuit van Sint-Niklaas, en bleek ook daarbuiten het acteren niet te kunnen laten. Ze betrok iedereen en alles in haar spel, en verdraaide elke bijrol in haar bestaan tot een hoofdrol.

In haar verhaal zit zijn verhaal. Meer dan een stoel en een projectiescherm op de achtergrond heeft hij niet nodig om het te vertellen.

In het eerste van twee delen concentreert Lanoye zich op het woord. Beeld is er nauwelijks tot niet. Hij wisselt de voordracht af met een stemverbuiging wanneer hij in de huid van zijn moeder kruipt en haar gedrag overneemt. Zo haalt hij het publiek zijn geboortehuis binnen. In haar Grieks theater. Het werkt, maar strompelt af en toe. Door een gebrek aan structuur. Met voordracht en een paar spelmomenten kom je er niet. Er moet, voor welke theatervorm dan ook, een lijn zijn, waar mag van afgeweken worden, zolang de zijwegen logische omwegen blijken te zijn.

In het tweede deel is de structuur van betere kwaliteit. Via een bezoek met zijn ouders aan Amsterdam en haar mening over de Hollandse kroket [Geld haal je uit de muur, toch geen kroket!] kan hij zijn kritiek spuien op het calvinistisch denken dat uitgaat van less is more. Het Vlaamse Nederlands is Breughel én Rubens. Heeft het heerlijke absurde van Panamarenko én Marcel Broodthaers. Handen af, puriteinen!

Even later komt Lanoye terecht in de eindfase van zijn moeders leven. Hij begint met de grote opmaak voor het laatste familiefeest waarin zij centraal zal staan: la femme d’orchestre. Het decor wordt beter benut, een toepasselijk lied zet de eindsprint in, This bitter Earth, gezongen door Dinah Washington. Het wordt abrupt afgebroken. Terecht. De overgang van leven naar dood is ook een breuklijn, waar men niet zomaar overheen stapt.

Sprakeloos op de planken is een ode aan de moeder. En een bewijs dat de schrijftaal bij Lanoye nauwelijks verschilt met de spreektaal. Een heerlijke voorstelling is het, waarin hij etaleert hoezeer hij een fan was van Freek de Jonge en hoe hij hard hij de nieuwe Toon Hermans wil worden. Maar het boek is beter dan de film, pardon, de show. Een cliché, jawel, maar zijn clichés niet de enige en ultieme waarheden?

Guido Lauwaert


Sprakeloos op de planken (***1/2) – van en door Tom Lanoye – productie Behoud de Begeerte & KVS – tot 15 november op reis in België – volgend jaar reisvoorstellingen in Nederland.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content