Guido Lauwaert

Muziektheater: Middle East, LOD

Guido Lauwaert Opiniemaker

De moeite waard, deze voorstelling. Al vergt ze enig voorbereidingswerk van de toeschouwer…

Paroles inutiles

Wie de persmap van Middle East ( * * * ) niet gelezen heeft weet wel wat hij ziet, maar niet wat de bedoeling is. Waar het over gaat, staat halverwege het programmaboekje. Aan te raden valt op z’n minst dat te lezen wil men genieten van de voorstelling. En genieten zit er in. Als één ding duidelijk is, is dat op alle gebied kwaliteit werd geleverd. Muziek, spel, decor, projectie zijn beeldschoon.

Burenruzies

In juni 2000 bracht de Amerikaanse president Bill Clinton Yasser Arafat, Palestijns leider, en premier van Israël Ehud Barak samen in Camp David, in een poging nu eens eindelijk komaf te maken met de burenruzies over en weer die telkens uitmondden in minioorlogen weer en over. Een poging die van bij de eerste zet gedoemd was te mislukken, zoals elkeen weet die een beetje vertrouwd is met de kwestie, maar je weet nooit. De gebeurtenis is de geschiedenis ingedoken en daar blijven plakken door het idealisme van Bill Clinton: zelfs in een strohalm, blowing in the wind, zit nog leven.

Damocles

Boven het decor hangt een zak fijn zand. Tussen het doven van het zaallicht en het opgaan van het toneellicht wordt hij in beweging gebracht. De zak wordt het gewicht van een slinger boven een tafel waarrond kinderstoelen staan, in alle mogelijke vormen en gewichten, de een al iets groter dan de andere. Ze zijn te klein of zitten niet goed voor de zwaargewichten. Zij zijn niet Arafat en Barak, maar de emanatie van de politici. Hadden u en ik daar gezeten, we zouden er ook niet uitgeraakt zijn, met de kennis en de ervaring van wat Israël en Palestina hebben meegemaakt, van wat dreigt een honderdjarige oorlog te worden.

Wij worden vervangen door twee zangers, Ruth Rosenfeld en Thomas Bellinck. Zij dialogeren, al zingend, het is nu eenmaal een opera, maar wat ze zingend zeggen is niet meer dan routinepraat bij een eerste ontmoeting.

A – We zullen? ons zetten.

B – Naast elkaar.

A – Aan dezelfde tafel.

B – We zullen ons zetten.

A – We zullen praten.

B – [Ik zal zwijgen.]

A – We zullen ons zetten.

B – [Dat heeft geen enkele zin.]

A – We moeten.

B – We zullen ons zetten.

A – Waarom gaan zitten?

B – Waarom ?!?

A – We zullen ons zetten.

B – We gaan zitten. We zetten ons.

Wat volgt, is het voorstellen van elkaar. Buiten naam en toenaam summier de fasen in hun leven die hen tot die hoge post hebben gebracht. Maar over de zaak waarvoor ze bij elkaar zitten wordt met geen woord gerept. Om aan de praat te blijven vertellen ze over wat hun als kind het meest geraakt heeft. Dat blijkt de grondlaag te zijn van hun visie, hun koppigheid, hun ambitie. Leuk, maar het brengt geen zoden aan de dijk. In plaats van zoden steekt een zanger een gat in de zak. En nog een gat. Sneller en sneller. Wilder en wilder. Tot het zand de tafel met zijn speelgoedkopjes en alle bijhorende spullen bedekt. Kinderstoelen vliegen in het rond. Aan het eind, een uur die de duur van de onderhandelingen comprimeert, staan ze even ver dan in het begin. Paroles inutiles. Onder het oog van twee kinderfoto’s. Die vanuit de achtergrond halverwege de voorstelling naar voor werden gehaald. Ze staren in het niets.

B – We zullen ons zetten.

A – We zullen ons zetten.

B – Onze rechter armen zullen van gedachten wisselen met onze linker armen. Onze raadgevers zullen onze raadgevers raad geven. Overbodige woorden. En dan de stilte.

A – Ja. De stilte. Eindelijk.

De angst regeert

Eindelijk is het afgelopen. De zinloze bijeenkomst. De lege dialogen. De clichématige beleefdheidsformules. De ingestudeerde beledigingen. De halfafgewerkte bewegingen. Kromgebogen lichaamstaal. De wanverhouding. De medialach. Eigenlijk zegt alles niets. Dat is de essentie van het conflict. Omdat de ene het land wil van de ander. Een morzel grond. De angst regeert. Mijn morzel is niet jouw morzel. Handen af. Vergeet hem. Mijn beloofde land is meer waard dan jouw uitverkoren land. Mijn land is van mijn vaders’ vader. Mijn land is van mijn moeders’ moeder.

Zien, horen… voelen

De dialoog wordt op een panoramisch scherm geprojecteerd. Van de hand van Philippe Blasband. Hij zette zijn libretto om in een grafisch spel dat de gevoelens gestalte moet geven. Onder het scherm zitten de muzikanten. Het Spectra ensemble, o.l.v. Frank Rathé. Rustig maar gedecideerd leidt hij het ensemble door de neo-tonale toonspraak, beïnvloedt door hedendaagse muziekgenres, van Frank Nuyts.

De minimale regie van Johan Dehollander past perfect bij deze voorstelling. Ze is een reflectie op een historische gebeurtenis. Zowel reflectie als gebeurtenis zijn blijven plakken. Hebben zich vermengd. De moeite waard om te zien en te horen, deze voorstelling. En als de toeschouwer zich voldoende documenteert alvorens plaats te nemen, voelt hij ook wat Dehollander bezielde.

Guido Lauwaert

Middle East – productie LOD – info en optredens: www.lod.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content