Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Geert Zagers
Geert Zagers Journalist bij Knack Focus

Hoe een tienerreeks 450.000 Vlaamse jongeren aan zich wist te binden, de talk of the town op de speelplaats werd en in één moeite toonde dat je jongeren wél nog met televisie kunt bereiken. En dat allemaal zonder dat u het doorhad.

‘Binnen enkele dagen’ begint wtFock aan zijn derde seizoen. ‘Binnen enkele dagen’, want Ils Neuts en Rutger Beckers hebben liever niet dat we de precieze datum meedelen, ook al circuleert die ondertussen al op het internet. Neuts is hoofd entertainment bij Telenet, Beckers producent bij Sputnik, het productiehuis dat samen Telenet en SBS wtFock maakt.

Het zegt veel over wtFock. De reeks, een adaptatie van het Noorse Skam, is een van de grootste succesverhalen van het jongste jaar binnen de Vlaamse televisie. Misschien wel hét grootste. Bij het tweede seizoen haalde wtfock.be, het platform waar je de reeks kunt volgen, tot 450.000 unieke bezoekers per week, hoofdzakelijk tieners. De Instagram-accounts van de personages hebben tienduizenden volgers, grote plottwists worden als events besproken op Tienertwitter. Na Friends en Game of Thrones is het de populairste reeks onder Vlaamse jongeren, zo bleek uit onderzoek van Telenet. Dat is geschift. Vooral dan omdat het nagenoeg stiekem gebeurde. Tenminste: stiekem voor wie niet tot de doelgroep behoort.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Mocht dat laatste bij u het geval zijn: wtFock is een Vlaamse remake van Skam, een tienerreeks van de Noorse publieke omroep NRK die daar vier seizoenen liep en het midden hield tussen Friday Night Lights en Dertigers. Ze deed dat met verhalen recht uit de leefwereld van Noorse jongeren, over racisme, seks, naaktfoto’s en vriendinnen die achter je rug geen vriendinnen zijn, maar ook met een nieuwe visie op wat televisie is. Skam werd niet in afleveringen op een klassieke zender uitgezonden, maar was online te volgen in een soortement realtimescènes. Speelde een scène zich af tijdens de middagpauze, dan verscheen het fragment – qua duur doorgaans tussen de dertig seconden en de vijf minuten – ook dán online op de website van NRK. Ondertussen leefde de reeks voort op Instagram en Snapchat, waar de personages zich als echte mensen gedroegen en zo ook interageerden met de fans. Aan het einde van de week verscheen een compilatie van de verschillende scènes voor wie alles liever in één keer zag. (Ter info: in Vlaanderen volgt de helft van de kijkers wtFock in real time, de andere helft bekijkt de compilaties.)

Realtimefictie, fanbeleving, event-tv, online-only content: Skam liet zien dat buzzwoorden ook tot goede en vernieuwende televisie kunnen leiden. Populaire televisie ook: op het hoogtepunt keek één op de vijf Noren naar de reeks. De reeks werd na vier seizoenen stopgezet, naar verluidt omdat ze té populair was en acteurs en makers naar rust snakten.

Het succes stopte dan ook niet in Noorwegen. Twee jaar geleden groeide Skam uit tot een internationaal fenomeen. Wereldwijd ontstond een internationale fancommunity, waarbij jongeren uit verschillende landen de afleveringen zelf gingen ondertitelen. Maar ook in de tv-wereld ging Skam over de tongen. Het werd een stichtend voorbeeld van wat de tv van de toekomst zou kunnen zijn. Zeven landen, waaronder Nederland, Duitsland, Frankrijk en de VS, leverden al remakes af. Met wisselend succes. Verschillende internationale versies flopten. Skam Austin, de Amerikaanse remake waar Facebook Watch zijn schouders onder had gezet, zag zijn cijfers na enkele weken al gedecimeerd worden.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Wat het allemaal des te indrukwekkender maakt dat het wtFock wél lukte. Iets wat bij de start van dit derde seizoen – ‘binnen enkele dagen’ dus – pas echt opvalt: voor het eerst willen de makers zelf over de reeks praten, iets wat ze tot nu toe systematisch geweigerd hebben.

Zo wéínig mogelijk aandacht willen: het is iets nieuws in de tv-wereld.

Ils Neuts (Telenet): Het is niet dat we geen aandacht wilden voor wtFock. We wilden gewoon dat jongeren de reeks zelf konden ontdekken. Het moest iets van hen zijn. En dus moesten we zoveel mogelijk uit de traditionele media blijven.

Rutger Beckers (Sputnik): Ik heb zelf een tiener thuis. Zeg tegen hem wat hij zou moeten kijken, en hij zal het vooral níét doen.

Neuts: Ik moet wel zeggen: daar is veel discussie aan voorafgegaan. De verleiding was groot om er een klassiek promobudget tegenaan te gooien. Dat geeft meer garantie op goede kijkcijfers vanaf de eerste aflevering. Ik ben blij dat we het zo niet gedaan hebben: de reeks zou nooit zo zijn gaan leven bij jongeren.

Beckers: Het heeft wel een raar neveneffect: wtFock is al twee seizoenen een groot succes, maar als ik met vrienden praat die niet in de tv-wereld zitten, weet niemand waar ik het over heb. ‘WtFock? Wat is dat?’

Neuts: Je ziet dat ook in de statistieken. Vanaf de leeftijd van 35 zie je de naambekendheid een duik naar beneden nemen en vervolgens volledig crashen. Mensen ouder dan 35 kennen de reeks niet, simpelweg omdat ze er niet mee in contact komen.

Hoe vind je in het geheim kijkers voor een tv-reeks?

Beckers: We hebben geen grote dingen gedaan. Het is allemaal heel rustig en geleidelijk verlopen. Om een voorbeeld te geven: vier maanden voor de reeks begon, hadden de personages hun eigen accounts op Instagram. Ze hadden nog geen volgers, maar ze maakten wel al kleine dingen mee – fictieve dingen dus, voor alle duidelijkheid. De personages waren al maanden in leven op het internet voor de kijkers ze ontdekten.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Neuts: In de weken voor wtFock van start ging hebben we een paar clips en trailers online gezet en die filmpjes via Facebook en Instagram bij tieners gepusht. We hebben ook met influencers gewerkt en sommige personages in hun posts laten opduiken. Er is een kleine campagne geweest met stoepkrijt in Antwerpen, waarin referenties aan de reeks herkend konden worden. Kleine ingrepen, maar allemaal dingen die in hún leefwereld zitten.

En de rest was simpel word of mouth. We waren zelf ook heel benieuwd, maar wtFock heeft heel snel zijn publiek gevonden. Tijdens het tweede seizoen haalde wtfock.be, het platform waarop je wtFock kunt kijken , tot 450.000 unieke bezoekers per week.

Komt dat overeen met 450.000 kijkers?

Neuts: Onlinecijfers zijn heel moeilijk te vergelijken met kijkcijfers op tv. Maar ik denk dat het wel duidelijk is dat 450.000 unieke bezoekers een heel mooi aantal is.

Ook de andere cijfers van wtFock zijn indrukwekkend. Misschien is het wat te veel marketingtaal, maar het socialmediaengagement dat we online zien, is enorm hoog. Als een normaal merk iets op Instagram post, zal maximaal twee tot drie procent van de volgers dat liken, erop commenten, klikken of het doorsturen. Bij wtFock is dat 19 procent. Dat is ongezien.

WtFock is niet iets wat jongeren zien passeren op Instagram, waar ze twee seconden naar kijken en weer wegklikken. De reeks leeft. Acht op de tien tieners geven aan dat er op school over de reeks gepraat wordt.

Beckers: Ook dat zie je aan de statistieken. Tijdens de speeltijd gaan de bezoekersaantallen van wtfock.be steil de hoogte in.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Dat is geen kleine verdienste.WtFock is iets aan het doen waarvan niemand wist of het nog kon: jongeren bereiken met Vlaamse televisie.

Neuts: Dat was ook de grote test voor ons. Jongeren kijken geen tv: dat hebben we veel te horen gekregen. Ze kijken alleen nog YouTube en Netflix, heette het, vergeet het dat je hen met lokale programma’s kunt bereiken.

Beckers: Niemand leek het ook nog te proberen. Het is een vergeten generatie, hè. Als jongeren Ketnet ontgroeid zijn, wordt er nauwelijks nog iets gemaakt dat voor hen is. Iedereen gaat ervan uit dat je ze niet kunt bereiken, dus investeert niemand er nog in.

Neuts: Maar het kan dus wel – of dat is toch wat wtFock bewijst. Ze willen wél nog naar lokale programma’s kijken. Tv-makers kunnen hen wel nog bereiken. Maar het volstaat niet om gewoon een reeks te maken en die uit te zenden of online te zwieren. Als we één ding geleerd hebben met wtFock is het dat: wil je jonge mensen bereiken, dan moet je het op hún manier doen. Op alle vlakken.

Waarover heb je het dan concreet?

Beckers: In eerste instantie over wat je vertelt. Je kunt dat vanuit je ivoren toren doen, maar dan ga je iets heel gewrongens krijgen. Voor Skam, het Noorse origineel, is Julie Andem een half jaar door Noorwegen getrokken om met jongeren te spreken. Ze wilde hun leefwereld kennen voor ze aan het scenario begon. Met wtFock hebben we dat opnieuw gedaan voor Vlaamse jongeren. We hebben honderden jongeren geïnterviewd, de meest uiteenlopende vragen gesteld. Van algemene zaken als hoe ze social media gebruiken en welke muziek en brands ze écht cool vinden tot erg persoonlijke zaken over druggebruik, geaardheid en religie. Wat we daarvan geleerd hebben, hebben we verwerkt in de scenario’s. WtFock is niet over de hoofden van de jongeren heen geschreven.

Die lijn hebben we de hele productie aangehouden. Onze scenario’s worden nagelezen door een groepje jongeren. De acteurs hebben ook inbreng: klopt er iets niet volgens hen, dan kunnen ze zelf suggesties doen tijdens de lezingen of op de set – de meesten zijn zelf ook maar zeventien of achttien jaar. Als je iets voor jongeren wilt maken, moet je met jongeren werken. Anders krijg je geen jongerenreeks, maar een jongerenreeks zoals een volwassene denkt dat een jongerenreeks eruit moet zien.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Is generatie Z een fundamenteel andere generatie?

Beckers: Niet als je naar de thema’s kijkt. Het gaat nog altijd over groepsdruk, seksualiteit, drugs, alcohol, gender… Dat zijn allemaal thema’s die al speelden toen wij zelf tieners waren. Alleen worden ze vandaag heel anders beleefd. De connectiviteit van vandaag maakt dat alles zich op een andere schaal afspeelt.

De sociologen die voor ons de interviews afnamen, waren 23. Wel, zelfs zij zeiden achteraf dat ze de jeugd van tegenwoordig niet meer snapten. Ik denk dat die smartphones daar een rol in spelen. Dit is de eerste generatie die opgegroeid is met betaalbare data-abonnementen en smartphones waar je de hele dag online mee kunt zijn. Dat is een verschil. Zelfs mensen van 24 zijn opgegroeid met 2G of 3G en hebben zoveel mogelijk vermeden om filmpjes te kijken zodat hun datarekening niet te hoog opliep en hun batterij niet plat zou gaan.

Bestaat er zoiets als ‘mobile natives’?

Neuts: Dat was een van de dingen die we gemerkt hebben: wil je jongeren bereiken, dan moet je ze ook mobiel laten kijken. Filmpjes kijken op hun smartphone is voor hen natuurlijk gedrag. Ze denken er niet meer bij na. Het is een evidentie.

Is de reeks gemaakt om op een mobiel scherm bekeken te worden? Om de een of andere reden komt wtFock minder geloofwaardig over op televisie dan op een gsm-scherm.

Neuts: Ik stel vast dat mijn dochter thuis in de zetel ook op haar gsm kijkt, terwijl er een tv voor haar neus staat. Het is intiemer op gsm. Je zit meer in een cocon.

Beckers: De beeldtaal en de structuur is bedacht met mobiele schermen in het achterhoofd. Dat is een nieuwe manier van denken – ook voor ons. Door de week maken we kleine scènes van enkele minuten die in onze feed verschijnen, aan het einde van de week wordt daar een compilatie van gemaakt. Wel, in het eerste seizoen werkten we nog meer in functie van de compilatieafleveringen. Die moesten rond de 25 minuten afklokken, simpelweg omdat we dat gewoon waren als makers. In het tweede seizoen hebben we dat losgelaten. We draaien in functie van wat het verhaal nodig heeft.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

Neuts: Het is een nieuwe wereld voor tv-makers. Neem nu iets als in realtime: dat is een nieuw gegeven. Als een scène zich afspeelt tijdens de middagpauze op school of tijdens een feestje op zaterdagavond, dan verschijnt de clip ook in de feed op de middag of om twee uur ’s nachts. Een tv-reeks als wtFock eindigt niet bij een uitzending op televisie. Het gaat veel ruimer.

Op dat vlak gaan jullie veel verder dan Skam, het Noorse origineel. De grens tussen fictie en realiteit is opvallend flou bij wtFock.

Beckers: De real-life extensions, bedoel je? Skam deed dat al tot op zekere hoogte, maar met wtFock zijn we daar inderdaad nog verder in gegaan. We hebben de story world helemaal opengetrokken op social media en de echte wereld. Je hebt het hoofdverhaal in de scenario’s en de afleveringen, maar daarrond zit nog een hele wereld op de sociale media.

Neuts: Als pakweg het personage Zoë zegt dat ze die avond naar een concert van Angèle gaat, dan laten we haar in het echte leven ook naar dat concert gaan en foto’s op Instagram posten. Seizoen twee begon met een scène waarin Jana en Zoë in de Wasbar zitten. Wel, toen dat fragment online kwam, zaten ze daar ook echt.

Beckers: Op een bepaald moment ging Milan in de reeks door de kleerkast van Zoë, zogezegd omdat hij bezig was met een liefdadigheidsactie. Die scène hebben we naar het echte leven doorgetrokken: Milan heeft via zijn Instagram opgeroepen om je oude kleren naar de kringwinkel te brengen. De zaterdag erop was hij ook in de kringwinkel.

Hebben jullie ook niet ergens een fiets verstopt in Antwerpen?

Beckers: Klopt. Jens had op een zaterdagavond te diep in het glas gekeken en vond zijn fiets niet meer. Hij is te voet naar huis gegaan, maar ’s anderendaags had hij op Instagram een foto van zijn fiets gezet en er een nummer bij gezet als je hem vond. We hadden een voicemail gemaakt voor dat nummer. De persoon die de fiets gevonden heeft, heeft ook echt een meet-and-greet gehad met Jens.

Met Jens of met Nathan Bouts, de acteur die Jens speelt?

Beckers: Dat was onduidelijk. (lacht) In het begin was het veel makkelijker om de personages in de echte wereld te laten opduiken. Niemand herkende Zoë op dat Angèle-concert. Ondertussen is dat anders. De hoofdacteurs kunnen niet meer op straat lopen zonder onmiddellijk selfies te moeten geven. Dat heeft de dingen wel wat gecompliceerder gemaakt.

Tienerreeks wtFOCK doet wat de rest niet kan: jongeren bereiken met Vlaamse tv

The New Yorker noemde Skam een detectiveserie: ‘Kijkers worden aangespoord om zich te ontwikkelen tot onlinestalkers.’

Beckers: Bij de gewone kijker zal er weinig van blijven hangen, maar de fans merken het op. Fandom is ontzettend belangrijk in de tv-wereld van vandaag. Je moet maar eens kijken hoeveel fanaccounts er van wtFock zijn op Twitter. Internationale zelfs. We zijn gestopt met tellen omdat het er te veel waren.

Dat is ook waar we zelf het trotst op zijn. We hebben niet gewoon Skam opnieuw gemaakt, we hebben er met die uitgebreide story world en die real-life extensions onze eigen laag aan kunnen toevoegen. Dit is meer dan een simpele remake.

Veel adaptaties – zelfs de Amerikaanse – zijn mislukt. Die van jullie niet. Is dat een van de verklaringen?

Beckers: Ik denk dat dat meespeelt, ja. Je merkt dat ook aan de Noren: ze zijn heel geïnteresseerd in die real-life story world en hoe die precies werkt.

Neuts: Veel buitenlandse makers hebben de reeks vertaald en met een grote promocampagne aan de man gebracht. Zo werkt het niet. Het is wat ik daarstraks zei: je moet in hun leefwereld zitten en je moet het ruimte geven om te groeien.

In de VS is mobile video content de voorbije zomer in heel korte tijd een ding geworden. Snapchat heeft zijn eigen mobiele reeksen. Volgend jaar wordt Quibi gelanceerd, een streamingplatform van Jeffrey Katzenberg dat mikt op korte video’s voor mobiele apparaten – reeksen zouden in afleveringen van 7 tot 10 minuten beschikbaar zijn. Steven Spielberg is er een horrorreeks aan het maken die enkel na zonsondergang te bekijken zal zijn. Is mobiele, korte fictie de toekomst van de televisie?

Beckers: Het is één toekomst. Het lineaire zendschema is vandaag niet meer de enige manier om een publiek te bereiken. Dat maakt dat er veel mogelijk is. Lineaire zenders hadden bijvoorbeeld veel programma’s van 25 minuten nodig om de puzzel te kunnen leggen. Die dwang valt nu weg, wat betekent dat er plaats is voor veel verschillende vertelvormen. Je ziet nu meer en meer shows van wisselende lengte, meer en meer experimenten met interactiviteit, meer en meer experimenten met realtime. De toekomst van tv zal sowieso hybride zijn.

Neuts: Ik geloof ook nog altijd in het grote scherm en grote programma’s. Friends is de populairste reeks bij tieners, De mol wordt zeer goed bekeken bij jongeren. Televisie heeft dus zeker nog een toekomst. Maar je moet wel openstaan voor hoe jongeren straks naar televisie willen kijken.

Beckers: Het is geen geheim dat onze business al jaren een zware disruptie doormaakt. Ik ben een producent: zeker op dat vlak is het een moeilijke markt. Maar de laatste jaren zie ik voor het eerst weer meer kansen dan bedreigingen. Het zijn boeiende tijden voor tv-makers.

wtFock – seizoen 3

‘Binnen enkele dagen’ op wtfock.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content