Dit maakt Better Call Saul zo verslavend als crystal meth

Better Call Saul © -
Laurens De Jaegher Medewerker KnackFocus.be

‘Better Call Saul’, de spin-off van ‘Breaking Bad’, slaagt nu al bijna vijf seizoenen lang waarin zoveel andere spin-offs falen: het origineel eer aandoen. Het geheim? De bedenker, Vince Gilligan, die voor beide reeksen veel tijd nam. Maar ook niet te veel.

Dit artikel bevat spoiler over zowel Better Call Saul als Breaking Bad.

We hebben er twee jaar op moeten wachten, maar sinds vorige week kunnen we de immer kleurrijke en charismatische advocaat Saul Goodman (Bob Odenkirk) opnieuw bewonderen in het 5de seizoen van Better Call Saul. Nu de eerste drie afleveringen online staan, is het duidelijk dat de spin-off van Breaking Bad zich meer en meer richting de moederreeks begint te begeven en Goodman zichzelf in putten delft waarvan je als kijker weet: daar geraakt geen mens meer uit. Met de nieuwe reeks komen zoals steeds weer de jubelkritieken en de think pieces over de vraag of Breaking Bad dan wel Better Call Saul de betere van de twee is. Blijft de vraag wat deze reeks zo verslavend maakt als Blue Sky, de crystal meth waarmee Walter White en Jesse Pinkman hun drugsimperium uitbouwen.

1. De tijd nemen

Bedenker Vince Gilligan wist dat hij met Breaking Bad, een vaste klant in de lijstjes met beste reeksen aller tijden, goud in handen had en is met Better Call Saul in hetzelfde universum blijven hangen. Om te beginnen worden beide verhalen over een lange periode verteld. Bij zowel Breaking Bad als Better Call Saul gaat dat telkens over zo’n zestig afleveringen die je als kijker meevoeren in de transformatie van een scheikundeleraar tot crimineel (Breaking Bad) of van advocaat tot tja, criminele advocaat (Better Call Saul). Op die manier kan je investeren in de personages en leef je mee tot op een punt dat je emotioneel ondersteboven bent wanneer je favoriete drugsbaron het loodje legt. Dat heet novelistic storytelling – zie ook Fargo of American Horror Story voor uitstekende voorbeelden – en staat tegenover de case-of-the-weekstructuur. De politiereeks, zeg maar, waarin zich elke week een nieuwe dode aanmeldt.

Better Call Saul durft net als Breaking Bad ook erg traag te gaan en dat voelt goed aan in een tijd waarin snelheid soms voorrang krijgt op kwaliteit. Denk maar aan de onvrede die er was over het laatste seizoen van Game Of Thrones, door de scenaristen op een drafje afgehaspeld. Breaking Bad van zijn kant pakt uit met aflevering als Fly, uit het derde seizoen, waarin de makers vijftig minuten lang de jacht op een vlieg in het drugslab interessant proberen te houden. Ook bij Better Call Saul zijn er veel momenten waarop er niet bijster veel gebeurt, maar dat de dialogen en de cameravoering van Michael Slovis het samen toch boeiend genoeg maken om te blijven kijken.

2. Koud beginnen

Ook belangrijk op vlak van structuur en storytelling: de cold opens. Met andere woorden: de serie starten met een scene nog voor de opening credits te zien zijn. Vooral die in Breaking Bad hebben vernieuwing teweeggebracht in de televisiewereld. De techniek bestaat zelf al sinds de jaren 60, maar waar bij vele series de openingsscène zich focust op bepaalde karakters of één bepaald element (denk bij politieseries aan een lijk dat gevonden wordt) gaat Breaking Bad nog een stap verder: daart zorgen de cold opens ervoor dat we telkens nieuwe hoeken van het universum rond Walter White te zien krijgen. Met andere woorden: we krijgen niet per se te zien wat er in de aflevering zelf zal gebeuren. Van sommige scènes zie je pas afleveringen later wat ze echt betekenen, omdat je tijdens de eerste passage nog niet genoeg weet, bijvoorbeeld over hoe de drugshandel in Albuquerque precies werkt. Dat wordt in heel specifieke scènes omstandig uitgelegd.

Bij Better Call Saul werken de cold opens net dat tikkeltje anders en passen ze eerder bij de desbetreffende aflevering. Maar de openingsscène van elk nieuw seizoen is wel bijzonder te noemen: daarin zien we in een zwart-witscène hoe het met Saul gesteld is na het verhaal van Breaking Bad. De serie speelt hier dus met chronologie. Bovendien zijn de openingsscènes hier soms echt briljant te noemen. Neem de tweede aflevering van het nieuwe seizoen. Op het einde van de eerste scene zien we de camera gefocust op een tuinkabouter die op de weg ligt. De aflevering eindigt met een shot opnieuw gefocust op de weg, maar deze keer ligt er een ijsje.

Wat de cold opens van beide series (en in het algemeen) met elkaar gemeen hebben: ze zorgen ervoor dat je als kijker meteen wordt meegetrokken in de aflevering. Nogmaals, kijk en begrijp meteen waarom Vince Gilligan de meester van de cold opens wordt genoemd.

3. Op tijd stoppen

Michael Slovis is naast de director of photography van Better Call Saul ook die van Breaking Bad en dat merk je: met zijn typische en zeer inventieve point of view-shots drukte hij zijn stempel op beide series en maakte hij van zijn camera een extra personage.

Ook de andere personages voelen erg vertrouwd aan, omdat je ze nog kent van Breaking Bad. Better Call Saul krijgt zo een randje nostalgie mee, én dezelfde meedogenloosheid die van Breaking Bad zo’n succes maalt. Waar de serie ons in de eerste seizoenen vooral nog comedy en drama voorschotelde (hoe kan het ook anders met een personage als Jimmy McGill), wordt er nu meer en meer gefocust op de drugskartels (met fantastische vertolkingen door onder andere Giancarlo Esposito en Michael Mando) waardoor de link met Breaking Bad steeds meer lucide wordt en we stilaan naar het middelpunt van de twee series evolueren. En dat betekent het onherroepelijke einde van Better Call Saul. Niets om over te rouwen, zeker niet in een tijd waarin steeds meer series een onnodig vervolg krijgen. Big Little Lies en The End of the F*cking World iemand?

Gilligan wist zijn succesformules op vlak van narratief, cameravoering en thematiek dus perfect door te voeren in Better Call Saul én in de film El Camino, die focuste op wat er met Jesse Pinkman gebeurde na het verhaal van Breaking Bad. Wie er aandacht voor heeft, ziet de invloed van de twee series overal. Denk maar aan Ozark, de Netflix-serie over een huisvader die in het drugsmilieu terechtkomt. De inspiratie hiervoor is duidelijk het verhaal rond Walter White geweest. Velen zien in de ontwikkeling van Piper Chapman in Orange is the New Black patronen die ze ook in de neergang van Walter White herkennen.

Zeventien afleveringen: zo lang kunnen we nu nog genieten van de wereld die Gilligan wist te scheppen, en dan is het echt tijd om afscheid te nemen van alles wat de onderwereld van Albuquerque ons te bieden had. 2021 wordt niet alleen het jaar om dag te zeggen tegen Saul Goodman, maar ook van een tijdperk dat zo’n dertien jaar gelden startte. Op het punt waar Breaking Bad en Better Call Saul elkaar ontmoeten, is het voor ons als kijker afgelopen. Tenzij Gilligan nog iets briljants uit z’n hoed weet te toveren… Maar tot het zover is, genieten we graag nog even verder van de vele escalaties die onze favoriete advocaat nog te wachten staan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content