Gedaan met de zwartjasserij van Whispering Sons? ‘Stralend? Ik zou eerder zeggen
dat de zon net door de wolken komt piepen’

The Great Calm, de derde plaat van Whispering Sons, brengt zon en onverbloemde liefde mee. Een béétje.

Stilstaan is achteruitbollen, ­dachten ze bij Whispering Sons. Waarna het ­Limburgse vijftal de verwachtingen voor zijn derde album danig ­prikkelde met de single The Talker, die op een jolig countrypunkriedeltje veert. Onder­liggende boodschap: ­deze band kan heus wel meer dan postpunk heruitvinden met een gitzwart krachtenspel tussen synths, gitaren en drums, een benauwend diepe stem en goedgeschreven, somberende ­teksten. Op The Great Calm zet ideeënman ­Kobe Lijnen de omineuze donkerte veelzijdiger aan met forse shoe­gaze- en gothic noisegitaren en ­verstilde ­piano. Zangeres Fenne ­Kuppens kun je ­zowel aan de microfoon als ­achter haar schrijftafel nog altijd geen ­vrolijke ­vogel noemen, maar er zijn wel ­flagrante tekenen dat ze beter in haar vel zit dan ten tijde van Image (2018) en Several Others (2021).

Fenne, jij vertelde vorig jaar in Knack dat je de muziek van Whispering Sons niet zozeer mooi als wel confronterend en ongemakkelijk vindt. Wat dacht je toen Kobe met die luchtige riff van The Talker kwam aanzetten?

Fenne Kuppens: Dat het iets raars was wat niet echt leek te kloppen bij de rest van de nieuwe nummers. We hebben lang gediscussieerd of The Talker wel op de plaat moest. Maar omdat die song bij iedereen zo fel bleef hangen, zou het stom zijn ­geweest om er niets mee te doen. Het is een heel speels nummer en daardoor niet iets wat je met Whispering Sons associeert.


Kobe Lijnen: Vroeger was er een ­bepaalde grens die ik niet overstak, deze keer heb ik álle ideeën die bij mij opkwamen in de groep gegooid. Samen schrijven met Bert Vliegen (producer en nieuwe bassist, nvdr.), die veel studioervaring heeft, leidde ertoe dat sommige van die rare ideeën een andere draai kregen, waardoor ze wél in het geheel klopten.

‘Stralend? Ik zou eerder zeggen
dat de zon net door de wolken komt piepen.’

Fenne Kuppens

Niet alleen The Talker verbaast. In het uptempo Walking, Flying is de stemming zowaar: het leven is mooi op deze stralende dag.

Kuppens: Zeker. Hoewel, stralend… Ik zou eerder zeggen dat de zon net door de wolken komt piepen.

En dat streepje licht en warmte zit wel geprangd tussen de mistbanken die je in Standstill oproept en de sneeuw die over Cold City ligt.

Kuppens: Het weer is heel inspirerend om over te schrijven. Makkelijke metaforen!

Het sneeuwt opmerkelijk vaak op The Great Calm.

Kuppens: Tja, het is een winterse plaat.

Je hebt ooit gezegd dat je de zee het mooiste op aarde vindt. Maar daarvan geen spoor in de songs.

Kuppens: Sneeuw werkt prima als sfeer­schepping en plaats­beschrijving. Je kunt er van alles in lezen: een zacht dekentje over de dingen, of een soort ­bevroren stagnatie.

De plaat is wel deels opgenomen vlak bij de zee, op het Nederlandse Waddeneiland Vlieland.

Lijnen: We zitten graag afgesloten van de rest van de wereld als we aan muziek werken of opnemen. Dat maakt het ­makkelijker om met de band samen naar de afgewerkte plaat toe te ­leven. Vlieland kenden we van het ­festival Into the ­Great Wide Open. We ­kregen via onze ­manager het aanbod om daar in een vakantiehuisje op te nemen, in een bos op amper tweehonderd meter van de zee.


Kuppens: Elke dag een strand­wandeling, dat is echt wel mijn ding. Heel rust­gevend als het even wat stressvol werd. Tweehonderd ­meter ­stappen en je kon je laten overspoelen door het ­geluid van de golven. Prachtig eiland. Aan de kust gaan wonen? Lijkt me heel tof, maar niet aan de Noordzee. Geef mij maar iets blauwers. Als we met Whispering Sons nog wat hitsingles schrijven, dan komt dat er misschien wel van. (grijnst)

Om enigszins in de maritieme sfeer te blijven: Oceanic is de grootste primeur op deze plaat, want het is jouw eerste volbloed liefdeslied.

Kuppens: Ik ben enorm trots op die tekst. Zo eenvoudig en eerlijk. Dat is de manier waarop ik ­altijd zou willen ­schrijven: ­gewoon uitdrukken wat ik voel en niet te veel nadenken over de woorden of opletten dat het niet clichématig wordt. Liefde is een van de lastigste thema’s om mee aan de slag te gaan. Maar omdat het zo oprecht was, ging het schrijven vrij vlot.

Toch roept The Great Calm nu ook weer niet het beeld van een fleurige bloemenweide op. Is deze groep het kanaal waarlangs jullie alle zwaarmoedigheid uit het dagelijkse leven afvoeren?

Kuppens: Pff, totaal niet. Ik denk dat Whispering Sons alles­behalve ­negativiteit of donkerte herbergt. ­Onze grootste drijfveer is het plezier in het creëren. Inderdaad, de teksten gaan misschien over wat zwaardere, persoonlijke thema’s maar… (denkt na) Ik weet het niet. Kobe, fill me in here.


Lijnen: Het is alleszins juist dat wat ik schrijf een reflectie is van hoe ik me voel. Maar Whispering Sons is geen doos waarin we al onze ­duistere ­gedachten steken. Dit is de wereld die we in het begin van de band ­hebben gecreëerd. Daardoor ­hebben we die zwarte stempel op ons gekregen. Uiteindelijk maken we gewoon muziek. Ik moet me niet terugtrekken in een schaars verlicht hoekje om ideeën te krijgen. Dat ­gebeurt altijd spontaan, terwijl ik tv kijk of opruim. Bij Fenne is dat het tegen­overgestelde.

Sporen jullie wat dat betreft al beter dan vroeger?

Kuppens: Hm. Ik heb toch nog altijd mijn tijd nodig. Ik krijg geen invallen tijdens het afwassen of bood­schappen doen. Ik moet achter mijn bureau gaan zitten, nadenken, aanwezig zijn met mijn gevoelens. Wat die ­donkerte en zwaarte betreft: ik denk dat dat ­sowieso iets is waarover ik sneller zal schrijven. Dat zijn de emoties waar ik mee zit en die op papier zullen ­belanden – dat liefdesnummer is een uitzondering – maar het voelt niet als demonen uitdrijven. Het is wat komt en groeit en vloeit.

‘Vroeger was er een bepaalde grens die ik niet overstak, deze keer heb ik álle ideeën die bij mij opkwamen in de groep gegooid.’

Kobe Lijnen

In Standstill rijd je door de stad van je herinneringen, over de ene na de andere betraande straat, ‘same pain, same grief’. Mocht ik jouw vader zijn, dan zou ik misschien denken: waar heb ik gefaald?

Kuppens: Je moet het allemaal niet zo zwartgallig zien. Iedereen zit toch met dingen uit het verleden waarmee je geen vrede kunt nemen? Of die je geen plaats hebt kunnen geven? Meer is het niet. Ik slinger geen verwijten naar mensen. Het is niet van: ik heb de slechtste kindertijd gehad die je je kunt voorstellen. Pijn hoeft niet altijd uit significante gebeurtenissen voort te komen, maar kan ook in heel ­kleine dingen zitten. Ik begin te schrijven vanuit een woord of een vage zin. Al doende kom ik tot een besef van waar het over gaat, aan welke situatie het mij doet denken. Uiteindelijk krijgt zo’n tekst altijd meer geladenheid dan je eerst dacht dat die zou hebben. Een nummer heeft trouwens nooit een eenduidige, vaste betekenis. De kans is groot dat ik de tekst van Standstill over drie jaar heel anders zal inter­preteren.

Op de droefgeestige voorganger Several Others verwoordde je hoe moeilijk je het vond om tegemoet te komen aan je eigen perfectionisme, en dat je niet wilde zijn wie je was. Ben je die fase voorbij? In het slotnummer van de nieuwe plaat, Try Me Again, zing je: ‘I’m more of who I am/ And less of who I wanted to be/ This is me.’

Kuppens: Deze plaat gaat vaak over een soort zelfpositionering: hier ben ik, en dat is goed. Dat hangt samen met een gevoel van aanvaarding, en het besef dat je sommige dingen kunt loslaten. Try Me Again is daar de – ietwat extreme – ­bevestiging van. Dat is waar The Great Calm voor staat: een state of mind waarin je rust kunt vinden, tevreden kunt zijn, jezelf ­begrijpt. Zo kun je zijn wie je bent zonder je daar vragen bij te stellen. Jezelf willen veranderen heeft trouwens geen zin. Inderdaad, daar schreef ik op de vorige platen veel over: ik wil iemand anders zijn, beter worden, want ik ben niet goed genoeg. Nu denk ik: neen, het is oké.

Er zijn intussen wat personeelsherschikkingen geweest in de groep. Drummer Sander Pelsmaekers moest door een neurologische stoornis in zijn linkerarm het spelen opgeven en is een tijdlang jullie tourmanager geweest. Hij staat nu achter de synths, terwijl bassist Tuur Vandenborne hem op de drums vervangt, en Bert Vliegen van Teen Creeps er dus als bassist bij is gekomen.

Lijnen: Sander is altijd deel blijven uitmaken van de band. Het was niet omdat hij live niet meer kon meedoen dat hij buiten de groep viel. Als tourmanager én vriend kon hij nog altijd met ons meegaan zonder iets te hoeven missen.

Mochten jullie om de een of andere reden niet meer tot zingen of gitaarspelen in staat zijn, hoe hard zou dat aankomen?

Lijnen: Als ik nog piano zou kunnen spelen, zou het wel meevallen. (lacht) Zolang als ik me maar muzikaal kan uitdrukken. Want zowel in het ­creëren als live spelen kan ik veel energie kwijt. Na een jaar zonder optredens, zoals nu, mis ik het podium heel erg.


Kuppens: Ja, niet meer op een ­podium kunnen staan zou ik het ­moeilijkste vinden. Zelfs al kon ik dat nog wel met een instrument, dan zou ik nooit ­kunnen overbrengen wat ik al ­zingend doe. Het allerleukste aan de band, zoals Kobe zegt, is dat je er zoveel energie in kunt steken. Op een ­podium breng ik iets diep vanuit ­mezelf naar ­buiten. Ook al vind ik ­teksten ­schrijven soms moeilijk, als ik ze eenmaal heb, komen ze live ­helemaal tot hun recht. Daar léven ze. Ze ­krijgen er ­bovendien een extra betekenislaag. Want iets wat eerst van mij is, wordt van ­iedereen. Er zijn ­zeker al mensen naar mij toe ­gekomen om te zeggen hoeveel troost onze muziek hen brengt of hoe bijzonder ze een show vonden. Zo’n ­complimenten aanvaard ik wel niet gemakkelijk. Ik zeg ‘dank u’ maar het voelt raar. Hoewel het ­natuurlijk wel het mooiste is: iets wat je hebt ­geschreven, resoneert bij iemand ­anders. Ongeacht de interpretatie die ze eraan geven.

The Great Calm

Op 23.02 uit bij PIAS.

Whispering 
Sons

Opgericht in 2013 in Limburg.


Wint Humo’s Rock Rally in 2016.


Brengt in 2018 debuutalbum Image uit, met de hitsingle Alone.


Speelt in het voorprogramma van Editors en Idles.


Bestaat tegenwoordig uit Fenne Kuppens (zang), Kobe Lijnen (gitaar en toetsen), Sander Pelsmaekers (synths), Tuur Vandenborne (drums) en Bert Vliegen (bas).


Staat komende zomer voor de vierde keer op Rock Werchter.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content