Voor improvisatieduo Matterhorn Well is het een compliment als je bij hun muziek in slaap valt

© Jeroen de Wandel
Tobias Cobbaert

Cello en Fender Rhodes komen organisch samen op Sketches for Francis, het debuutalbum van ambientduo Matterhorn Well. Al vinden ze het zelf leuker om te improviseren dan om muziek op te nemen. Wie een kerk ter beschikking heeft waar ze dat live kunnen doen, mag hen altijd bellen.

Wat hebt u al overgehouden aan uw online vriendschappen? In de meeste gevallen leiden die hoogstens tot een nieuwe connectie op LinkedIn of wat extra likes op uw Facebookpost. In het geval van Imre De Cauter en Matthias Dewilde ontstond er echter een nieuw muzikaal project. ‘Door de muziek die we op onze profielen deelden, merkten we al snel dat we dezelfde smaak hadden. Zo kwamen we elkaar ook regelmatig tegen optredens. Dan heb ik Matthias eens impulsief een berichtje gestuurd’, vertelt De Cauter.

En zo ontstond het improvisatieduo Matterhorn Well, met De Cauter op cello en Dewilde op een Fender Rhodes-keyboard. Samen maken ze ambientmuziek waarin ruimtelijkheid erg belangrijk is. ‘De Matterhorn is uiteraard een berg, en “well” verwijst naar een kuil. Onze artiestennaam slaat op de echo’s die ontstaan wanneer je die twee naast elkaar zet, het nauwe en het brede.’

Afgelopen maand verscheen Sketches for Francis, het debuutalbum van het duo. De titel refereert naar Francis Vanhee, de fotograaf voor wiens tentoonstelling Matterhorn Well de muziek oorspronkelijk maakte. ‘Eigenlijk hebben we gewoon vier keer afgesproken om te improviseren met de beelden van Francis in ons achterhoofd. Zo zijn er vier improvisaties ontstaan, die elk een nummer op de plaat zijn geworden’, aldus De Cauter.

Ik ging vragen wanneer je als improvisatieduo de knoop doorhakt om een nummer op te nemen en op plaat uit te brengen.

Dewilde: Dat is het leuke aan Sketches for Francis. Doordat we gewoon vier improvisaties hebben opgenomen, moesten we die knoop nooit doorhakken. Bij die tentoonstelling van Francis hoorde ook een live optreden, en we vroegen ons af hoe we die composities konden herwerken tot nummers om live te brengen, zonder de sfeer van de originele muziek te verwateren. Zo hebben we al snel ontdekt dat we liever telkens opnieuw improviseren, ook tijdens die tentoonstelling.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Wanneer jullie live spelen, beginnen jullie dus telkens weer uit het niets te musiceren?

Dewilde: Ja, we spreken echt helemaal niets op voorhand af. Soms lig ik wel eens in bed en bedenk ik ideeën die ik aan Imre zou willen voorleggen. Maar de dag erop beslis ik altijd om dat niet te doen en een optreden spontaan te laten ontstaan. Al durven we onszelf daar soms wel eens in te verliezen. Onlangs hadden we een opname bij Icarus, een programma op Urgent.FM. We wisten dat ze daar twintig minuten gingen filmen, dus ik had gevraagd of de man in de controlekamer na een kwartier teken wilde doen dat we bijna moesten stoppen. Toen het zo ver was, zat Imre echter met gesloten ogen te spelen. Dan ben ik daar maar in meegegaan, en voor we het wisten hadden we een uur muziek gemaakt. Dan maakten we eens een afspraak op voorhand, om die dus compleet te negeren. (lacht)

Jullie moeten elkaar dus wel goed aanvoelen?

De Cauter: Zeker, al blijft het soms een uitdaging. Qua balans mag ik soms nog net iets meer durf tonen, en Matthias net iets minder. Ik heb nog niet het lef om volledige melodieën te gaan improviseren.

Dewilde: Maar voor de rest voelen we elkaar zeker goed aan. Ik ontdek vaak tijdens de soundcheck pas in welke toonaard we gaan spelen, wamt Imres cello is elke keer anders gestemd. Ook met welke technieken ze deze keer zal spelen, ontdek ik pas tijdens de stemming. Vandaar uit beginnen we te improviseren en kan er van alles gebeuren. Enkel de toonaard ligt dus vast. Wat gevaarlijk kan zijn, want als er een jazzliefhebber in de zaal zit, zal die klagen dat hij een uur lang fa mineur heeft gehoord. (Lacht) Zelf moet ik ook mijn instincten uit mijn jazzopleiding wegsteken, want onze muziek draait meer om variaties in timbre dan om ingewikkelde melodieën.

Jullie brengen als duo ook twee werelden samen: die van de klassieke en die van de elektronische muziek.

De Cauter: Ik vind het mooi wanneer de twee samensmelten en je niet meer hoort welke klank precies akoestisch dan wel elektronisch is. Ons doel is om de twee organisch in elkaar te doen overlopen.

Dewilde: Voor mij zijn dat ook niet per se twee verschillende werelden, maar een vanzelfsprekende combinatie. Onze eerste liveshow ooit was bijvoorbeeld in de MIRY-zaal in Gent, waarna Maria Horn en Mats Erlandson speelden. Zij kroop achter het orgel en hij achter de elektronica. Na tien minuten was je alweer de oriëntatie kwijt: welke drone kwam uit welk instrument. Dat zijn voor mij de mooiste momenten.

© Jeroen de Wandel

De Cauter: Eigenlijk vind ik genres ook maar iets eng hebben. Wanneer ik spreek over ‘elektronische muziek’ tegen iemand die alleen maar klassieke muziek luistert, stelt die zich daar waarschijnlijk iets helemaal anders bij voor dan ik. Genres hebben dan ook duizend verschillende aftakkingen.

Dewilde: Inderdaad. Je zou onze muziek ambient kunnen noemen, maar als je daar 90% van de bestaande ambient naast legt, passen we daar niet per se tussen. En zo zijn er veel artiesten. Ryuichi Sakamoto gaat zijn piano binnen een elektronisch universum plaatsen, Tim Hecker doet wannzinnig veel crossovers, Fennesz is een gitarist die niet als een gitarist klinkt,… Ik weet niet waar je ons precies op dat muzikale spectrum moet plaatsen.

Hebben jullie wel een ideale setting in gedachten om jullie muziek te luisteren?

De Cauter: Eergisteren heb ik mijn vader voor het eerst naar Sketches for Francis laten luisteren, en daarbij is hij op de bank in slaap gevallen. Dat mensen zo tot rust kunnen komen door onze muziek vind ik een heel mooi compliment.

Dewilde: We zijn ook op zoek naar aangepaste concertzalen om onze muziek in te spelen. Imre en ik hebben samen Fennesz gezien in een kathedraal in Brussel. Zulke muziek in die ruimte, dat was waanzinnig mooi.

Hebben jullie zelf een droomkerk om nog in te spelen?

De Cauter: Ik zou heel graag in de Sint-Michielskerk in Gent spelen. Ik zie het al helemaal voor me: Matthias en ik in het midden, met rond ons allemaal bedden en kussens waar het publiek moet slapen op onze muziek.

Dewilde: Ja, zalig. Max Richter heeft volgens mij ook al zulke slaapconcerten gedaan. Zelf heb ik al enkele supermooie middeleeuwse kerkjes gevonden op vakantie in Italië en het zuiden van Frankrijk. Ik zou al bijna naar de plaatselijke burgemeesters willen bellen om te vragen of we daar mogen spelen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Het klinkt alsof jullie nog veel toekomstplannen hebben.

Dewilde: Ja, en de tijd gaat heel rap. De muziek op ons debuutalbum is eigenlijk al twee jaar oud, en het voelt alsof we ondertussen al veel verder staan als groep en die muziek niet representatief meer is. Een heel raar moment was toen mijn zus de muziek voor het eerst de muziek hoorde. Toen we de plaat maakten zat zij op Erasmus in Milaan, dus tot nu had zij eigenlijk geen idee wat wij precies deden. Plots stuurde ze me dat ze de muziek op Spotify had geluisterd en dat de cello haar aan Game of Thrones deed denken. (lacht)

De Cauter: Het is inderdaad een momentopname, al denk ik dat de plaat toch vrij representatief is. Voor ons is de essentie nog steeds de ruimtelijkheid van elektronische muziek, en hoe indrukwekkend die kan zijn. Muziek moet niet altijd mooi of virtuoos zijn.

Dewilde: Die frictie heb ik ook gevoeld. Tijdens mijn jazzopleiding waren er altijd wetten en regels die ik moest bestuderen, maar ik heb vrij snel beseft dat ik die virtuositeit toch nooit ging halen.

De Cauter: Maar wilde je dat zelf wel? Ik denk dat jij gewoon een dromer bent die moet creëren.

Dewilde: Daar heb je gelijk in. Voor mij is het mooiste om een bepaald geluid te maken en te denken ‘dat was een mooie klank, wat word de volgende?’ Soms betwijfel ik ook of je binnen die jazztraditie nog iets nieuws kan betekenen, want veel beter dan Bill Evans kan je toch niet spelen. Al kan je bij Matterhorn Well natuurlijk dezelfde vraag stellen: kunnen wij nog iets mooier dan Fennesz of Ryuichi Sakamoto vertellen?

Sketches For Francis

Nu te beluisteren via de gebruikelijke kanalen.

Matterhorn Well

Op maandag 13 februari live te zien in de Minardschouwburg te Gent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content