‘Tous ensemble? Presque’
‘Ik mag dat zeggen, hé, dat ik werk zoek?’ dixit Luc Dufourmont, Roste Luc uit Bevergem en de brulboei van het onvolprezen ID!OTS, begin dit jaar in Knack Focus. En kijk, voortaan leest u hier elke vrijdag een al even onvolprezen column van hem: De Hoek van Luc Dufourmont. Daarin becommentarieert hij de actualiteit aan de hand van een song. Deze week legt hij de link tussen Jamawin!, het eigenzinnige EK-lied van Freddy De Vadder en Mourade Zeguendi, en die ene dag in Rijsel die als een feest begon maar in mineur eindigde.
Ik beschouw mezelf als een vriend van Bart Vanneste. Zijn alter ego Freddy De Vadder daarentegen is een cafégabber waar ik graag eens mee door het lint ga, zolang het maar geen gewoonte wordt.
Vorige week vrijdag vroegen Freddy en Mourade Zeguendi me om hen te vergezellen op hun Hot In Frankrijk-tour, waarmee ze op een eigenzinnige manier zo goed en zo kwaad mogelijk dagelijkse videoverslagen maken van het EK voetbal en hoe zij dat voetbalbal beleven. In opdracht van een dagblad bewegen ze zich door Frankrijk in een Mercedes Marco Polo met Freddy’s gezicht op de flanken geprint. Rijsel – Lille pour les francophones -, vlak bij de Belgische grens, was the place to be. We gingen op zoek naar aanhangers van Wales en uiteraard ontbraken ook de Belgische supporters niet in het straatbeeld.
Zelf ben ik verre van het olé-olé-type. Ik sta dus mijlenver verwijderd van alles wat te maken heeft met fanatiek supporteren en andere uitbundige randverschijnselen die al dan niet rechtstreeks verwant zijn met het voetbalspel.
En toch, nu zat ik er middenin en viel het me op hoe fantastisch de ambiance in Rijsel was. Er heerste een echte love and peace-sfeer. Belgen vielen Welshmen in de armen, de politie liep breed glimlachend door de overvolle straten. Deuren van cafés en restaurants stonden wagenwijd open. We werden er met een welgemeende bienvenue onthaald, en toen we de zaak verlieten vlogen de bon match-wensen ons rond de oren. Schoon allemaal, heel schoon. Als ik dan toch enkele minpuntjes moet aanduiden, dan zijn het de prijs van de pinten en de parkeerboete die tussen de ruitenwisser van de Fredmobiel zat.
Rond zes uur, na een selfie-calvarietocht die maar bleef duren, leek het ons toch verstandiger om Rijsel discreet te verlaten en de leuke edoch zware dag te beëindigen ergens in een veilig dorpje net over de Franse grens. En weg waren we. ‘Welkom in België’, stond in het groot op een bord toen we de grens naderden. We kwamen mooi op tijd aan in een café met een groot en een klein scherm. Het was al goed gevuld, maar nog altijd comfortabel toeven. Ideaal voor een droge worst, wat pinten en een voetbalmatch. Mourade schoof bij aan mijn rechterzijde, Bart aan de andere kant.
Aan de toog had Mourade al een paar opmerkingen opgevangen van een luidruchtige tooghanger, dit omtrent zijn aanwezigheid en vooral gebaseerd op zijn huidskleur. Mourade is een echte Brusselse ket, hij werd geboren in Sint-Joost Ten Node. Een Belg pur sang, en ook in hart en nieren. Hij was al te zien in Belgische en internationale filmproducties zoals Dikkenek en Offline, en dan gebeurde dit. ‘Negeer die gast’, zei ik. ‘Let the game begin’.
Freddy De Vadder is een cafégabber waar ik graag eens mee door het lint ga, zolang het maar geen gewoonte wordt.
En zo geschiedde. Na 13 minuten viel de eerste goal van Radja Nainggolan. Het kot barstte uit zijn voegen. Ik bleef er kalm bij, maar mijn twee compagnons, die al twee weken rondjes op de olé-olé-molen hadden gemaakt, dansten als uitgelaten kinderen in het rond. ‘Tous ensemble, tous ensemble, hey hey!’
En dan kwamen de opdoffers. 1-1, 1-2, 1-3, getekend Wales. Nog zwaardere dompers op de feestvreugde: de opmerkingen aan het adres van mijn vriend Mourade, die tijdens de tweede helft steeds feller werden: ‘Die scheidsrechter is van Molenbeek zeker?’ ‘We zijn hier in Vlaanderen, hé!’
Een kwartier voor het einde van de match sprong Mourade recht en verliet hij de zaak, gevolgd door Bart. Na vijf minuten hield ik het ook voor bekeken en ging ik de jongens buiten opzoeken. De straten waren leeg en het motregende. Eén enkele wagen met Franse nummerplaat reed toeterend voorbij. Mourade had tranen in de ogen en vroeg zich luidop af hoe lang zulke toestanden hem nog zouden blijven achtervolgen, en hoeveel dagen in zijn leven nog verpest zouden worden door gefrustreerde eenzaten. Zijn dit racisten of is het uit pure dwaasheid?
De dag die als een feest begon, eindigde in mineur, en dat had uiteindelijk weinig met de uitschakeling van onze Rode Duivels te maken. Het EK-lied van Freddy en Mourade is door de feiten inmiddels achterhaald, maar de onderliggende boodschap blijft brandend actueel. ‘België verenigt, we gaan winnen, ja we gaan winnen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier