The Low Anthem @ AB

Met zijn rustieke Americana, voornamelijk gespeeld op akoestische instrumenten, appelleert The Low Anthem aan een publiek dat ook spontaan begint te likkebaarden bij het horen van namen als Fleet Foxes of Bonnie ‘Prince’ Billy. De groep werd in Brussel geestdriftig onthaald.

DA GIG: The Low Anthem in AB, Brussel op 3/4.

IN EEN ZIN: Tijdloze Amerikaanse rootsmuziek, vol verrassende details en subtiele nuances: meer had The Low Anthem niet nodig om het publiek in een behaaglijke roes onder te dompelen.

HOOGTEPUNTEN: ‘Sally Where’d You Get Your Liquor From’, ‘Burn’, ‘Never Saw The Rainbow’, ‘This God Damn House’, ‘Charlie Darwin’… Teveel om op te noemen, eigenlijk.

DIEPTEPUNTEN: geen.

BESTE QUOTE van Ben Knox Miller: “Veel van de songs die we vanavond spelen zijn liefdesliedjes. Maar dan wel van het soort waar iets behoorlijk mis mee is.”

The Low Anthem, afkomstig uit Rhode Island, debuteerde in 2007 met het fraaie ‘What The Crow Brings’ en grossiert sindsdien in sepiakleurige rootsmuziek die steunt op folk, country, blues en gospel. Oorspronkelijk vormden songschrijvers Ben Knox Miller en Jeff Prystowsky een duo, maar met het oog op hun doorbraak-cd ‘Oh My God, Charlie Darwin’ werden ze vervoegd door Jocie Adams en op hun nieuwe plaat, ‘Smart Flesh’, blijkt The Low Anthem, door de komst van Matt Davidson, plots een kwartet te zijn geworden. Als die evolutie zich doorzet is het gezelschap tegen zijn tiende langspeler een heuse big band, al geloven we eerlijk gezegd niet dat het ooit zover zal komen. De groepsleden zijn allemaal beslagen muzikanten die samen zo’n dertig instrumenten beheersen en dat zorgt voor een rijke klankkleur die van song tot song verschilt.

‘Smart Flesh’ werd opgenomen in een leegstaande pastasausfabriek in Central Falls. Die ruimte werd gekozen om haar galmende akoestiek, waardoor de luisteraar het gevoel krijgt dat de muziek in een kathedraal tot stand is gekomen. Maar ook in de AB klonken de songs van The Low Anthem organisch en mooi uitgebalanceerd. De set begon sober en intimistisch met ‘The Ticket Taker’, waarin meteen de diepe, bezwerende stem van Ben Knox Miller opviel. Na vrijwel ieder nummer wisselden de muzikanten onderling van instrument. Miller speelde vooral gitaar en harmonica, maar nam af en toe ook plaats aan het klavier, Prystowsky pendelde tussen contrabas en drums, Adams was even behendig op harmonium en dulcimer als op haar klarinet en Davidson hanteerde vakkundig een viool, banjo en zingende zaag.

De teneur van de set varieerde van ingetogen (‘To the Ghosts Who Write History Books’, ‘A Matter of Time’) tot uitbundig ( ‘Boeing 737’, het scheefgetrokken walsje ‘Hey, All You Hippies’). Toch toonden de leden van The Low Anthem zich in hun profane hymnen aanhangers van de ‘less is more’-ethiek: de songs waren eenvoudig van structuur, maar kregen doorgaans iets bijzonders door de verrassende accenten die erin werden aangebracht: een hakkebord in ‘Burn’, een met een strijkstok bewerkte banjo in ‘Never Saw the Rainbow’, de combinatie van twee klarinetten, een trompet en toetsen in ‘This God Damn House’. Tijdens de laatstgenoemde song vroeg Miller de toeschouwers gelijktijdig iemand op te bellen met hun mobiele telefoon en de wirwar van geluiden die ontstond door interferentie met de P.A. wekte de indruk dat de zaal werd bevolkt door honderden krekels. Een even verbluffend als bevreemdend effect.

Hoewel de leden van The Low Anthem zelf beslagen songwriters zijn, hadden ze enkele sterke covers op hun setlist staan. Het van Reverend Gary Davis geleende ‘Sally, Where d’You Get Your Liqur From’ herinnerde aan de gespierde rootsrocksound van The Band (later op de avond volgde nog een versie van Robbie Robertsons ‘Evangeline’), ‘The Auld Triangle’ was een Iers bajeslied van Dominic Behan en het grofkorrelige ‘Home I’ll Never Be’, een song van beatnik Jack Kerouac die geadopteerd werd door Tom Waits, gaf Adams de gelegenheid zich te manifesteren als een volleerde “country belter”. Maar er waren ook regelmatig intieme momenten waarop de groepsleden zich in een halve cirkel rond één microfoon schaarden en de nadruk kwam te liggen op de fraaie, meerstemmige zangpartijen. Dat was het geval in ‘To Ohio’, ‘Charlie Darwin’ en Leonard Cohens ‘Bird on the Wire’.

Het concert eindigde zoals het begon: verstild en behoedzaam, met ‘Smart Flesh’ als enige bis. Maar na zoveel hartverwarmende schoonheid haalde geen mens het in zijn hoofd daar over te morren.

Dirk Steenhaut

DE SETLIST: Ticket Taker / Ghost Woman Blues / Sally Where’d You Get Your Liquor From / Burn / To The Ghosts Who Write History Books / Burn / Hey, All You Hippies! / Matter Of Time / Never Saw The Rainbow / This God Damn House / The Auld Triangle / Home I’ll Never Be / Apothecary Love / Boeing 737 / To Ohio / Evangeline / Charlie Darwin / Bird On The Wire // Smart Flesh.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content