Al sinds 2007 worden Belgische artiesten uitgenodigd om in de concertreeks REWIND van de AB de sleutelplaten uit hun oeuvre integraal tot leven te komen wekken. Dus zette Luc Van Acker, na een hiaat van 28 jaar, zijn kapiteinspet nog eens op en koos hij het ruime sop met ‘The Ship’.
DA GIG: Luc Van Acker plays ‘The Ship’ in AB, Brussel op 17/2.
IN EEN ZIN: Geruggensteund door een geweldige band en een aantal ‘special guests’ speelde Luc Van Acker een overrompelende set die vooral in het teken stond van de groove.
HOOGTEPUNTEN: ‘Heart and Soul’, ‘Keep Talking’, ‘Wild Life’, ‘The Fear In My Heart’…
DIEPTEPUNTEN: geen.
BESTE QUOTE: “Ik kan jullie niet vertellen hoeveel dit concert voor mij betekent. Bij iedere song heb ik het gevoel dat het mijn verjaardag is.”
“A minor masterpiece” schreef het vooraanstaande muziekblad Melody Maker in 1984 over de tweede langspeler van Luc Van Acker. In tegenstelling tot de meeste andere Belgische muzikanten bleef de doe-het-zelver uit Tienen immers niet eindeloos doorleuteren over het buitenland, maar trok hij er gewoon naartoe, in de overtuiging dat wie echt iets te vertellen had vanzelf wel aan bak zou komen.
Tijdens de eighties was Van Acker dan ook vrijwel overal waar spannende dingen gebeurden: hij was lid van Britse bands als Shriekback en Noise Abroad, toerde jarenlang door de VS met Revolting Cocks, speelde bij Arbeid Adelt en hield er cutting-edgeprojecten op na zoals Three Angry Poles, Mussolini Headkick en Danceable Weird Shit. Van Acker was van geen kleintje vervaard, koppelde elektronica aan experimentele noise zonder de dansbaarheid uit het oog te verliezen en legde bij alles wat hij deed zoveel lef en branie aan de dag dat hij zelfs vandaag, op zijn vijftigste, nog altijd als een ‘enfant terrible’ wordt gezien.
‘The Ship’, onlangs heruitgebracht door EMI, klonk destijds al tamelijk ‘leftfield’ en doet dat vandaag nog steeds. “De AB heeft kosten nog moeite gespaard om deze avond te doen slagen”, monkelde Luc Van Acker bij het begin van het concert. Dat was niet gelogen: er stond veel volk op het podium, inclusief een driekoppig koortje. De muzikanten speelden in een decor dat het dek van een schip voorstelde en er werd niet gekeken op een ‘special guest’ meer of minder. Zelfs de Amerikaanse chanteuse Anna Domino en de Britse gitarist David Rhodes (zie ook Peter Gabriel), die destijds op de plaat te horen waren, waren speciaal voor de gelegenheid overgevlogen.
Na een ietwat contourloze intro, waarin een violist (helaas níet Blaine Reininger) en percussionist de hoofdrol speelden, voer ‘The Ship’ de haven uit en werd het publiek vergast op een set waarin vooral de groove de aandacht opeiste. In ‘Rain’ en ‘Heart and Soul’ serveerde de band dus hoekige, futuristische funk die herinnerde aan de periode waarin Talking Heads met ‘Remain in Light’ de Afrikaanse polyritmiek hadden ontdekt. De gescandeerde kreten van Van Acker werden gestut door de krassende no wavegitaar van Rhodes, de vervaarlijk pulserende bas van Geert Maesschalck en een deraillerende sax. Dit was stomende, energieke muziek die een flink deel van de aanwezigen al gauw tot ongecontroleerde spasmen inspireerde.
‘Zanna’, de wereldhit die er geen was omdat het label destijds veel te lang treuzelde om het op single uit te brengen, zat vooraan in de set en bevestigde wat we al jaren wisten: Anna Domino is, althans live, geen erg toonvaste zangeres, al leken de toeschouwers die dit nummer pas onlangs hadden ontdekt in de ‘Music for Life’-versie van Selah Sue, Tom Barman en The Subs, daar niet om te malen. Met het oog op een wervelend ‘Feels Like Love’ introduceerde Luc Van Acker zijn mentor, Jean-Marie Aerts, die met zijn gitaar een bruggetje bouwde tussen Beefheart en Robert Fripp en in geen enkel opzicht voor David Rhodes hoefde onder te doen. ‘Wild and Angry’, doorspekt met rare synthgeluidjes, en ‘Keep Talking’ stuiterden een eind weg en klonken als de soundtrack bij een primitief ritueel, terwijl ‘Wild Life’ een nieuw leven kreeg als opzwepend duet met Johannes Verschaeve van The Van Jets. ‘The Ship’ mag dan al bijna drie decennia oud zijn, de passie en de energie waren intact en de nummers klonken voor geen gram gedateerd.
Ook de toegiften, uit een maxi die Van Acker uitbracht toen hij amper negentien was, wisten de opwinding vast te houden met een even gelaagd als intens ‘The Fear In My Heart’ en prikkelend dansvoer zoals ‘Climbing the Mountain.’ Voor de tweede, aanzienlijk intimistischer bisronde kreeg de zanger het gezelschap van Anna Domino en accordeonist Ad Cominotto. Dat leidde tot een sobereuitvoering van ‘Each Man Kills the Thing He Loves’, dat in Fassbinders film ‘Querellle’ ooit werd vertolkt door Jeanne Moreau, en een sobere reprise van ‘Zanna’. Blij dat Luc Van Acker, ten bate van de vele poseurs in de muzieksector, nog eens even de puntjes op de i kwam zetten, maar eigenlijk is het hoog tijd dat de man nog eens een cd maakt die het niveau van ‘The Ship’ evenaart. Gooi die knuppel in het hoenderhok, Luc!
Dirk Steenhaut
DE SETLIST: Violin intro / The Ship / Rain / Zanna / Heart and Soul / Feels Like Love / Wild and Angry / Keep Talking / Wild Life // The Fear In My Heart / Jump and Shout / Climbing the Mountain // Each Man Kills The Thing He Loves / Zanna (reprise).
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier