Fauve ≠ op Les Ardentes: de stem van een generatie?

Dat niet. Daarvoor was het bij momenten te melig. Maar bij Fauve ≠ rapte iedereen mee. Ondanks breekbare en toch bulderende flow van Quintin Postel.

Dat we naar Fauve ≠ en niet naar D’Angelo & the Vanguard gingen, had twee redenen. Eerst en vooral hadden we heel het weekend al mensen zien rondlopen met T-shirts met zo’n raar is-niet-gelijk-aanteken. Na diepgravende onderzoeksjournalistiek kwamen we niet uit bij een hipsterkledingmerk, maar bij het Parijse Fauve Corp-collectief. Vijf leden daarvan zijn blijkbaar de basis van de rock- en hiphopformatie Fauve ≠. En die groep zou met rauwe, poëtische teksten een boodschap van hoop uitstralen en zo de stem van de opgroeiende, Franstalige generatie vormen. We waren alleszins geïnteresseerd, ook omdat ze in Vlaanderen relatief onbekend zijn. Een tweede reden: toen bleek dat D’Angelo te laat was, bewoog de massa zich massaal naar de HF6-zaal. Die stond een halfuur voor Fauve ≠ moest beginnen al halfvol. En die zou alleen maar voller worden. We zijn er alleszins niet meer weggeraakt, hoewel we wisten dat D’Angelo nog wel zou komen opdagen en een dijk van een set zou afleveren.

We bleven niet alleen door dicht opeengepakte publiek, maar ook door Fauve ≠’s entree. Een lage synth met een strijker werd bijgestaan door een countryachtig tokkelende gitaar. Het gejuich van de menigte nam toe en Quitin Postel begon als een gek door zijn tekst, meestal rappend, soms ook zingend, te razen. Meer dan eens sloeg zijn stem over of schreeuwde hij. Je had direct het gevoel dat hij die teksten wel moést schrijven. Hij wilde het publiek duidelijk motiveren en dat lukte. Ondanks zijn snel en soms neurotisch tempo, kon een groot deel elke zin meerappen. De chaotisch vervormde finale van ‘Nuits fauves’ kreeg iedereen aan het dansen. En dat op een tekst over het zoeken naar een groot moment tussen angsten en vervlogen dromen.

Ook ‘Voyou’, ‘Parafinne’ en ‘Blizzard’ konden ons boeien. Het eerste was rauwer en nerveuzer dan op plaat. Zeker een plus, gezien het vurige betoog van een adolescent tegen een wereld die veel verwacht. Ook ‘Paraffine’ sprong eruit. Hier en daar een triphopinvloedje en de meer ingetogen vertelstijl van Postel, het gaf het nummer met gelijkaardige thematiek als ‘Voyou’ een filmisch kantje. En ‘Blizzard’, dat was blijkbaar hét nummer. Het publiek werd alleszins gek en begon de tekst nu mee te schreeuwen en niet gewoon te rappen. En ze hadden gelijk. Op de achtergrond een projectie van twee jongemannen die op hun bromfietsen het Franse platteland doorkruisen. Je zag de een de ander constant toeschreeuwen, omverduwen en omarmen. Postel knalde er in een fractie van een seconde relatief lange zinnen als alors faut pas pleurer, faut pas pleurer. Parce que ça va aller je te le promets, ça va aller uit. Is faalangst een epidemie van deze tijd, dan was Fauve ≠ hier een vorm van neurotische massatherapie vanop de rand van de afgrond.

Klinkt allemaal positief, maar soms was Fauve ≠ veel te melig. We zullen het niet hebben over ‘Haut les coeurs’, dat ook al die richting uitging, maar over het einde van de set. Dat werd ingezet met ‘Kané’, een nogal clichématig je-bent-mooi-ook-al-heb-je-gebrekentekstje dat ervoor zorgde dat de achtergrondzang van Postels vier bandleden voor het eerst deze avond kitscherig leek. Het refrein werd langer aangehouden, aanstekers en gsm’s gingen de lucht in. We moesten even rillen. Maar als een bulldozer door het publiek naar de uitgang sprinten, dat deden we pas tijdens ‘Les hautes lumières’. Waar die tekst over ging, het boeide niet. De opgezwollen strijkers en het veel te bombastische refrein neigden naar schlager. De stem van de generatie is dus (hopelijk) overdreven. Maar we hoorden ook goede dingen. Toch, het gevoel dat we bij D’Angelo veel gemist hadden, heeft ons op weg naar huis niet meer losgelaten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content