Couleur Café 2014 @ Turn & Taxis, dag 3: Hoe je van iets kleins iets groots kunt maken

Na het regenweer dat twee dagen voor verkleumde festivagangers had gezorgd, was tijdens de slotdag van Couleur Café alsnog de zon van de partij. Onder een heldere hemel was het eindelijk volop genieten geblazen, met de langverwachte live-première van Magnus als absolute uitschieter.

Couleur Café 2014 @ Turn & Taxis, dag 3: Hoe je van iets kleins iets groots kunt maken
© Wouter Van Vaerenbergh

ALPHA BLONDY (Titan, 19u45)

De naam Alpha Blondy viel voor het eerst in onze contreien tijdens de eighties, toen het Gentse duo 2 Belgen een hit scoorde met ‘Opération Coup de Poing’, een bewerking van diens bijtende ‘Brigadier Sabari’. Intussen wordt de Ivoriaan “de Afrikaanse Bob Marley” genoemd -hij werkte ooit samen met The Wailers- en groeide hij, net als zijn landgenoot Tiken Jah Fakoly, uit tot een reggae-superster. Niet alleen op zijn eigen continent, maar ook ver daarbuiten.

Alpha Blondy is bovendien een activist die actief de strijdt aanbindt met onderdrukking en kansarmoede en, met het geld dat hij verdient als muzikant, scholen bouwt en educatieve programma’s opzet. Hij is VN-ambassadeur geweest en zingt in zes verschillende talen, waaronder het Frans, het Engels en het Hebreeuws. Als zoon van een moslimvader en een christelijke moeder pleit hij voor harmonie tussen godsdiensten en volkeren. Alpha Blondy is dus een voorbeeldfiguur, die bewijst dat politiek en kunst, zeker in Afrika, niet te scheiden zijn.

Eén van zijn populairste nummers, het wiegende ‘Jérusalem’, zat al vroeg in de set en ook die andere klassieker, ‘Cocody Rock’, hoorden we algauw voorbijkomen. Blondy en zijn band grossierden in aanstekelijke, goed gespeelde rootsreggae met pop- en rockinvloeden, maar de artiest stak zijn uitgesproken meningen zeker niet onder stoelen of banken. “Terroristen, betrek Allah niet in jullie vuile oorlog”, zei hij, naar aanleiding van zijn song ‘Crime Spirtuel’. “Niemand heeft het recht zijn naaste te doden in naam van een religie.” Point taken, Alpha. Waarna er weer volop met de heupen mocht worden gewiegd.

Couleur Café 2014 @ Turn & Taxis, dag 3: Hoe je van iets kleins iets groots kunt maken
© Wouter Van Vaerenbergh

GABRIEL RIOS (Univers, 20u45)

“Do you think it’s possible to turn something small into something really big?”, vroeg Gabriel Rios aan de toeschouwers in de reusachtige Universtent. Pertinente vraag, want de zanger stond met een akoestische gitaar op het podium, kreeg slechts ruggensteun van een contrabassist en een celliste en werd regelmatig overstemd door Alpha Blondy, die even verderop zijn optreden afrondde. Maar naar het bevestigende gejoel uit het publiek te horen was het Belgische publiek de Puerto Ricaanse Gentenaar, die twee jaar geleden naar New York verkaste om zich muzikaal te herbronnen, nog niet vergeten.

Hoewel Rios zijn set was begonnen met een sobere soloversie van Jimi Hendrix’ ‘Voodoo Chile’, zou hij later occasioneel nog wél worden bijgestaan door drie blazers. Op Couleur Café wisselde hij bekend werk, zoals ‘Straight Song’ en het speelse ‘Angelhead’, af met gloednieuwe songs, waarvan er iedere maand één wordt vrijgegeven op het internet en die samen tegen het eind van dit jaar zijn nieuwe cd ‘The Marauder’s Midnight’ moeten vormen. Het waren sobere vertellende liedjes, zoals ‘Burning Son’ (dat door toedoen van de celliste een barok tintje kreeg), ‘Song No.7’ (waarin de basman het op een fluiten zette) of het folky ‘Madstone’, en ze gaven aan hoezeer Gabriel Rios intussen als artiest is gegroeid.

De klassieker ‘Broad Daylight’ had een drastische transformatie ondergaan en werd geheel ontmanteld, maar dat belette het publiek niet om het nummer uit volle borst mee te zingen. Ook op het prachtige ‘Gold’, dat door de kopers in een elegisch sfeertje werd ondergedompeld, reageerde het publiek behoorlijk emotioneel. Rios eindigde zijn set met ‘El carretero’, een oud Cubaans lied van Guillermo Portabales, dat hij ooit nog van zijn grootvader had geleerd. “Ik heb de laatste tijd veel in kleine cafés gespeeld waar geen hond kwam opdagen”, zei Gabriel Rios. “Het doet me dus oprecht deugd dat jullie met zovelen zijn.” Naar de reacties van de festivalgangers te oordelen, was het genoegen wederzijds.

Couleur Café 2014 @ Turn & Taxis, dag 3: Hoe je van iets kleins iets groots kunt maken
© Wouter Van Vaerenbergh

BOOTSY COLLINS (Titan, 21u45)

Natuurlijk is Bootsy Collins terecht een legende: als gewezen sidekick van James Brown en George Clinton is hij de verpersoonlijking van de funk en een absolute meester van de groove. Hij speelde met iedereen van Talking Heads tot Herbie Hancock en van Fatboy Slim tot Snoop Dogg, maar behoort helaas ook tot het slag Amerikaanse artiesten die van iedere show per se een soort Disneyland willen maken. Dus liet hij zij zich voorafgaan door een aantal mc’s die uitgebreid zijn lof mochten zingen en zijn charity-projecten onder de aandacht brengen. Eén van hen was een nazaat van James Brown, die op de tonen van ‘Sex Machine’ -Collins bedacht de baslijn van dat nummer toen hij 17 was- enkele danspasjes en twee koprollen pleegde. ‘Do You give a funk?’, informeerde dan weer een andere clown zo’n driehonderd keer bij de toeschouwers. Het was het soort poppenkast waar we spontaan haaruitval van krijgen.

Bootsy Collins zelf, uitgedost in een extravagant zilverkleurig glitterpak, een dito hoed en brillenglazen waarin sterren waren uitgespaard, stond op het podium met zijn karakteristieke stervormige basgitaar en liet zich bijstaan door een uitgebreid gevolg van zangeressen en in blauwe NASA-overals gehulde muzikanten. Want, mocht u het nog niet weten, Bootsy is ‘into space’. Maar het hield niet op: “Say ie, say aa, say parallellogram! Are you having a funky good time? Say I luurv p-funk! Make some noise!” etc etc.

Zeker, het gefreak van de groep werkte op de heupen en het publiek was vastbesloten er een feestje van de te maken. Maar funk, jongens en meisjes, hoort strak en spannend te zijn en dat was het nadrukkelijk níet. Toen Bootsy en zijn Funky Unity Band na drie kwartiet nog altijd maar twee nummers hadden gespeeld, dropen we dus af en zagen we nog tien minuten van het striemende, ronduit explosieve optreden van Asian Dub Foundation. Foute keuzes: je ontkomt er niet aan. Ook niet op Couleur Café.

Couleur Café 2014 @ Turn & Taxis, dag 3: Hoe je van iets kleins iets groots kunt maken
© Wouter Van Vaerenbergh

MAGNUS (Move, 23u)

dEUS neemt even rust, maar stilzitten is er voor Tom Barman niet bij: Magnus, zijn dansproject met CJ Bolland, is binnenkort eindelijk aan zijn tweede cd toe. En wat méér is: tien jaar na zijn debuut ontpopt het duo zich nu als een vijfkoppige liveband. Die kreeg zijn officiële vuurdoop tijdens de slotavond van Couleur Café, als afsluiter van het Move-podium. Aanvankelijk leed het optreden nog een beetje onder technische problemen, maar gaandeweg werd duidelijk hoe sensueel, neen, hoe ronduit sexy én funky de muziek van Magnus op het podium klinkt.

Op enkele nummers na liet Barman het gitaarspelen over aan Tim Vanhamel, wat hem volop de ruimte gaf om te bewegen, terwijl de ex (?)-Millionaire regelmatig hoge backingstemmetjes aandroeg. Bolland zat verschanst achter zijn elektronische apparatuur, Joris Calluwaerts liet zijn synth bubbelen en borrelen en drummer Christophe Claeys hield er, meestal rechtstaand achter zijn kit, serieus de vaart in. Nieuwe nummers uit het tegen 1 september aangekondigde ‘Where Neon Goes To Die’ (vraag ons geen titels, we hebben de nieuwe plaat nog niet gehoord), werden afgewisseld met bekende songs uit ‘The Body Gave You Everything’, zoals French Movies’ en het wervelende ‘Soft Foot Shuffle’, waarin Vanhamel zijn gitaar flink liet derailleren. Ook op andere momenten klonk Magnus’ fusie van rock en funk nerveus en broeierig, al waaide ons af en toe ook iets tegemoet dat we bijna als ‘pop’ zouden omschrijven.

Van de gasten, zoals Selah Sue of David Eugene Edwards, die aan de nieuwe cd hun stem lenen, was in Brussel niemand aanwezig, maar dat hinderde niet: Tom Barman kweet zich prima van zijn taak en croonde het in eighties-elektro badende ‘Singing Man’, althans wat ons betreft, beter want minder gezwollen dan Editor Tom Smith.

Occasioneel meenden we in de live-incarnatie van Magnus iets van de energie van dEUS te ontwaren, en jawel, tijdens het voortreffelijke ‘Summer’s Here’ verscheen zelfs bassist Alan Gevaert op het podium. Helemaal perfect was het nog niet, maar laat Magnus nog wat groeien op de podia en dit wordt een knaller die gegarandeerd slachtoffers maakt. Hoogtepunt van de dag? De vraag stellen is ze beantwoorden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content