Sommige artiesten hebben niet veel nodig om het publiek de hele avond aan hun lippen te doen hangen. In het geval van Randy Newman volstaan bijvoorbeeld een stem, een vleugelpiano, enkele kwinkslagen en drie dozijn liedjes voor een hoogst onderhoudend concert. Of hoe je met voorspelbare ingrediënten toch een succulent gerecht uit de kookpot kunt toveren.
Sommige artiesten hebben niet veel nodig om het publiek de hele avond aan hun lippen te doen hangen. In het geval van Randy Newman volstaan bijvoorbeeld een stem, een vleugelpiano, enkele kwinkslagen en drie dozijn liedjes voor een hoogst onderhoudend concert. Of hoe je met voorspelbare ingrediënten toch een succulent gerecht uit de kookpot kunt toveren.
Newman, 66 inmiddels, is het prototype van de antister. Hij ziet eruit als een zakenman op jaren, heeft een broertje dood aan glamour en maakt volstrekt amodieuze muziek die steunt op de tradities van blues, ragtime en Tin Pan Alley. Maar de atheïstische jood, opgegroeid in New Orleans waar hij als kind de invloeden van Fats Domino en Ray Charles opzoog, is wèl een doorgewinterde ambachtsman die al sinds zijn zeventiende als songwriter zijn brood verdient. Lang voor hij aan zijn solocarrière begon, bedacht hij al hits voor Three Dog Night, Gene Pitney, Alan Price en Judy Collins en dank zij zijn tijdloze stijl wordt hij wel eens de Californische Gershwin genoemd.
Sinds 1968 heeft Randy Newman slechts twaalf langspelers uitgebracht, maar die zijn zo uitgepuurd dat ze haast allemaal het predikaat ‘klassieker’ verdienen. Als de man het al zo lang weet uit te zingen, dankt hij dat echter vooral aan zijn talenten als arrangeur en filmcomponist. Newman heeft al een kleine dertig soundtracks op zijn naam staan en houdt daarmee een familietraditie in ere. Drie van zijn ooms waren immers ook al actief in Hollywood, waar ze orkestrale scores op bestelling leverden.
Randy Newman maakte zijn eerste platen op een moment toen singer-songwriters die het hart op de tong droegen razend populair waren, maar zelf liep hij resoluut de tegenovergestelde richting uit. Tijdens de voorbije veertig jaar heeft de man hooguit drie autobiografische liedjes uit zijn pen geknepen. Wat hem zo uniek maakt, maar ook vaak verkeerd begrepen, is zijn hilarische humor. Als geen ander hanteert hij stijlfiguren als ironie en sarcasme: met een uitgestreken gezicht zegt hij steevast het tegenovergestelde van wat hij bedoelt en kruipt hij in de huid van lieden – slavendrijvers, racisten, perverten- die hij eigenlijk veracht. Zo lijkt de zanger hun daden te verheerlijken, terwijl hij ze eigenlijk onderuithaalt. Newman houdt de wereld een lachspiegel voor en dat is geen voor de hand liggend recept voor commercieel succes. Toch bleek in Brussel zijn aanhang nog altijd groot genoeg voor een uitverkochte zaal.
Tijdens zijn twee sets, gescheiden door een korte pauze, bracht de artiest met 36 songs een gulle selectie uit zijn Verzameld Werk. “Ik begin altijd graag met iets spiritueels”, grijnsde hij na opener ‘It’s Money That I Love’, waarna geestige analyses volgden van de sociaal economische situatie in China (‘Yellow Man’), het bankroet van het marxisme (‘The World Isn’t Fair’) of zijn eigen prestaties als Don Juan (‘The Girls in My Life, Part 1’). Newman stak de draak met overjaarse popsterren (‘I’m Dead’), machtsgeile politici (‘Political Science’, ‘A Few Words in Defense of My Country’), religie (‘God’s Song’), romantiek (‘Love Story’), dwergen (‘Short People’) en zichzelf (het oorspronkelijk voor Sinatra geschreven ‘Lonely at the Top’) en etaleerde tegelijk zijn ambivalente verhouding met het Amerikaanse Zuiden (‘Birmingham’, ‘Rednecks’, ‘Louisiana 1927’). Toch klonken de songs niet altíjd tongue-in-cheek: het donkere ‘Bad News From Home’ was een vroeg hoogtepunt, tijdens ‘In Germany Before The War’, wist de zanger met weinig woorden een gevoel van beklemming op te roepen en met ‘I Miss You’, een lovesong geschreven voor zijn eerste vrouw toen hij met zijn tweede trouwde, greep Four Eyes echt naar de keel.
Toegegeven, Randy Newman is geen grote zanger. In de AB moest hij de hoogste noten noodgedwongen laten hangen, maar zijn vocale imperfecties maakten hem net kwetsbaar en autenthiek en stonden de zeggingskracht van zijn songs nooit in de weg. Het publiek eiste dan ook twee toegiften, wat resulteerde in mooie uitvoeringen van ‘I Think It’s Going To Rain Today’ en ‘Rollin’. Een fijn concert dus van een Grote Meneer die als subversieve entertainer nog altijd méér bewustwording teweeg brengt dan alle protestzangers samen.
Dirk Steenhaut
SETLIST: It’s Money that I Love / Yellow Man / Bad News From Home / Short People / Birmingham / Marie / Mama Told Me Not To Come / The Girls In My Life (Part 1) / The World Isn’t Fair / Real Emotional Girl / You Can Leave Your Hat On / The Great Nations of Europe / Harps and Angels / I’m Dead (But I Don’t Know It) / Political Science / Guilty // Last Night I Had A Dream / Love Story / In Germany Before The War / Baltimore / You’ve Got A Friend In Me / Losing You / Lonely At The Top / Cowboy / Dixie Flyer / Louisiana 1927 / A Few Words In Defense Of My Country / God’s Song (That’s Why I Love Mankind) / Rednecks / I Miss You / I Love L.A. / Sail Away / Feels Like Home // Laugh And Be Happy / I Think It’s Going To Rain Today // Rollin’.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier