Beck @ Vorst Nationaal: Een spervuur van hits

© Reuters

Jarenlang had hij de Europese podia links laten liggen, maar dat maakte Beck nu in één klap goed met een geweldig concert in Vorst Nationaal. Twee uur lang bouwden de muzikale duizendpoot en zijn band een feestje en trakteerden ze het publiek op een dodelijk spervuur van hits.

DA GIG: Beck in Vorst Nationaal, Brussel op 10/9.

IN EEN ZIN: Een avondje pretentieloos maar hoogwaardig entertainment, met als hoofdrolspeler één van de veelzijdigste artiesten van dit tijdsgwricht.

HOOGTEPUNTEN: Teveel om op te noemen. Zie de setlist onderaan.

DIEPTEPUNTEN: geen

BESTE QUOTE: “Ik ben zo blij dat jullie gekomen zijn. We zijn hier al heel lang niet meer geweest. Bedankt dus dat jullie ons niet vergeten zijn.”

Hij mag intussen dan 44 zijn, Beck Hansen staat nog altijd op het podium als de jonge spring in ’t veld die precies twee decennia geleden de wereld aan zijn voeten kreeg met ‘Mellow Gold’. Vandaag blijft hij nog altijd even ongrijpbaar en dat komt omdat er niet één maar meerdere artiesten in zijn bast huizen: deltabluesmuzikant en hiphopper, Prince-acoliet en erfgenaam van Nick Drake, sampledelische collagekunstenaar en tropicaliafan. Want waarom zou je kiezen als je het net zo goed allemaal tegelijk kun zijn?

Na zes jaar stilte waarin hij geteisterd werd door chronische rugpijnen, bracht Beck de jongste maanden twee nieuwe cd’s uit: het even ingetogen als melancholische ‘Morning Phase’ en ‘Song Reader’, een uitloper van een boek met twintig partituren dat hij in 2012 publiceerde, waarop diverse artiesten elk op hun eigen manier zijn liedjes interpreteren. De laatstgenoemde plaat kwam in Brussel niet aan bod en de eerste was slechts goed voor een vierde van de setlist. Tot groot jolijt van de toeschouwers kwam de zanger met een soort ‘greatest hits’-show op de proppen, die hem toeliet zijn muzikale veelzijdigheid nog eens nadrukkelijk in de verf te zetten. Daartoe werd hij begeleid door een uitstekende zeskoppige band, waarin we onder meer het snarenfenomeen Smokey Hormel (een ex-werknemer van Tom Waits en Johnny Cash) en twee oudgedienden van Jellyfish (gitarist Jason Falkner en toetsenman Roger Manning) aantroffen.

Zodra de even aanstekelijke als energieke groovepop van opener ‘Devil’s Haircut’ uit de luidsprekers spatte, viel de trein niet meer te stoppen. Meteen herkende je de koebel en de funky bas van ‘Black Tambourine’ en de exotische mandoline van ‘Loser’, de hiphopklassieker die in 1993 het begin van Becks carrière inluidde. De meeste andere artiesten zouden dat moment op zijn minst als bis hebben opgespaard, maar door het zo vroeg op de avond al los te laten gaf de Californische wonderboy te kennen dat hij het zelf niet als een ‘big deal’ beschouwde. En inderdaad: het was lang niet het memorabelste nummer uit het concert.

Spinazie

Vrijwel alles wat volgde werd door de aanwezigen op euforische kreetjes onthaald: de dansbare elektrofunk van ‘The New Pollution’, het stuiterende ritme van ‘Gamma Ray’, de borrelende synths en handclaps van ‘Hell Yes’, dat in Brussel van een inleiding was voorzien waarin Beck een Amerikaanse televisiepredikant imiteerde. “Let’s get loose for a second”, stelde de zanger voor, en méér aanmoediging had het publiek niet nodig om uit de bol te gaan, want het op een Moroder-beat geplante ‘I Think I’m In Love’ mondde zowaar uit in de van Donna Summer geleende discokraker ‘I Feel Love’.

In het tussen glam en psychedelia laverende ‘Soul of A Man’, met echo’s van David Bowie en Syd Barrett, liet Beck zijn gitaar vrolijk uit de bocht scheuren, maar vervolgens nam hij even gas terug. Het zo goed als volledig akoestische ‘Lost Cause’ was voller gearrangeerd en werd iets haastiger gespeelde dan op ‘Sea Change’. Eerder had Beck overigens ook het introverte ‘Blue Moon’ al een poppy make-over gegeven, wellicht omdat hij besefte dat zijn intimistischer materiaal in de grote arena’s waar hij momenteel speelt, toch niet tot zijn recht zou komen. Niettemin kondigde hij, haast verontschuldigend, méér songs uit ‘Morning Phase’ aan. “And then we go loco”, voegde hij eraan toe, zoals tegen een kind aan wie je een snoepje belooft nadat het zijn spinazie heeft opgegeten. ‘Unforgiven’, ‘Heart is A Drum’ en het statige, op een bed van synthetische strijkers uitgestrekte ‘Wave’ waren bloedmooi, maar je zag aan de ongedurige reacties in de zaal dat de fans stonden te wachten tot de fun weer in alle hevigheid zou losbarsten.

Kangoeroes

Van een donkere ballad als ‘Warning Light’ naar de frivole synthpop van ‘Girl’ was een grote stap. Toch kwam Beck ermee weg, net als met de bluesy akoestische gitaarsolo die halverwege opdook. Zoals de meeste alchemisten vermengt de artiest graag dingen die ogenschijnlijk niet samengaan, tot er iets ontstaat dan volkomen vanzelfsprekend lijkt. ‘Timebomb’, een springerige single uit 2007, had hij naar zijn eigen zeggen al in geen lichtjaren meer gespeeld. “Maar ik voel me hier zo op mijn gemak dat het lijkt alsof ik in jullie huiskamer sta te spelen”, legde hij uit. “Dus waag ik het erop. We’ll stay relaxed, but also a little agitated.” De regel “There’s a timebomb ticking” blijft razend actueel, maar de boodschap was: als het dan toch al vijf voor twaalf is voor de wereld, kunnen we maar beter feestend ten onder gaan.

Met het exuberante ‘E-Pro’ (een van de vele nummers uit ‘Guero’ in de set) ging de groep helemaal los en hopten de muzikanten als loopse kangoeroes door elkaar heen. Daarna werd over de hele lengte van het podium een geel lint gespannen, van het type waarmee doorgaans een rampgebied wordt afgebakend.

Tijdens de eerste bis haalde Beck een oude bekende op het podium: de al jaren in Antwerpen wonende trompettist Jon Birdsong, die ooit een belangrijke rol had gespeeld op ‘Midnite Vultures’. Dat leidde in Vorst tot een kolkend ‘Sexx Laws’ (“het soort wet dat ik graag overtreed”). In de loungy r&b van ‘Debra’ stak de zanger met zijn gave falset Prince naar de kroon, terwijl hij ‘Where It’s At’ vooral als alibi gebruikte om op een hilarische manier zijn bandleden voor te stellen. Want Beck Hansen beperkt zich al lang niet meer tot “two turntables and a microphone”.

En zo kwam er, veel te vroeg, een einde aan een avondje pretentieloos maar hoogwaardig entertainment, gedirigeerd door een artiest die zijn allerhoogste piek wellicht nog niet heeft bereikt. Het lijkt een overbodige mededeling, maar mocht u er nog aan twijfelen: Beck is -helemaal- back.

Dirk Steenhaut

DE SETLIST: Devil’s Haircut / Black Tambourine / Loser / The New Pollution / Blue Moon / Gamma Ray / Hell Yes / I Think I’m In Love + I Feel Love / Soul of a Man / Lost Cause / Unforgiven / Heart Is A Drum / Wave / Waking Light / Girl / Timebomb / E-Pro // Sexx Laws / Debra / Where It’s At.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content