Naar de flamencoroots van Rosalía: ‘We hebben onze eigen Beyoncé’

© Sergio Albert

Barcelona houdt van Rosalía, nog net iets meer dan de rest van de wereld. Of het moet blijken dat straks op Werchter de handen even bedreven de maat van de flamenco klappen als eerder deze maand op het Primavera Sound-festival. Knack Focus ging in Catalonië naar de wortels van de nieuwe superster graven.

Barcelona, zaterdagavond 1 juni. Het is de laatste dag van Primavera Sound, het startschot van de Catalaanse festivalzomer. De halve stad lijkt wel samengetroept voor het hoofdpodium. Tienermeisjes in strakke topjes en met gigantische oorringen, staan zij aan zij met gebronzeerde beach boys, nerdy academische types, skaters met een joint tussen de tanden en met tatoeages bedekte hipsters: allemaal willen ze een glimp opvangen van de lokale superster, Rosalía – ‘Diosalía’, zoals haar meest fervente fans haar noemen. Zesentwintig jaar jong en al een goddelijke status, geliefd over alle subculturen en geografische grenzen in haar thuisstad heen. Van de middenklassers in de centrale wijk Eixample, tot de artistiekelingen in het hoger gelegen Gràcia en de sociaal geëngageerde alternativo’s in het ultradiverse El Raval, ze houden allemaal van ‘hun’ Rosalía – klemtoon op de i.

Het soms zo verdeelde Barcelona gaat als één man achter een jonge vrouw staan die de Spaanse folklore een nieuw tijdperk inloodst. Een magisch moment.

Dat wordt prachtig geïllustreerd wanneer de zangeres Di mi nombre inzet, van haar succesalbum El mal querer (‘De foute liefde’). Als op commando gaan voor, naast en achter ons duizenden handen simultaan de lucht in voor de palmas, het snelle, ritmische handgeklap dat kenmerkend is voor flamenco. Het soms zo verdeelde Barcelona, een lappendeken van culturen, identiteiten en overtuigingen, gaat als één man achter een jonge vrouw staan die de Spaanse folklore een nieuw tijdperk inloodst. Het is een magisch moment.

***

De wortels van Rosalía Vila Tobella liggen niet in het centrum van de Catalaanse hoofdstad, maar in Sant Esteve Sesrovires, een kleine randgemeente op veertig minuten rijden van de Plaça de Catalunya. Veel animo heeft het Zelzate van Barcelona niet te bieden, behalve het aangrenzende golfterrein met spa, ver buiten het financiële bereik van haar dik 7000 inwoners, die vooral in de omringende industriegebieden werkzaam zijn. Als jonge tieners zijn Rosalía en haar zus Pili (tegenwoordig als styliste deel van haar entourage) er, samen met hun elf neven en nichten, voornamelijk op zichzelf en hun fantasie aangewezen. Rosalía hangt rond op de pleintjes of cruiset met de oudere jongens over de snelwegen, op de achterbank van hun getunede vierwielers of achter op een opgedreven scooter. ‘Eigenlijk is ze een echte marina, zoals jullie zeggen’, vertrouwt een Catalaanse vriendin die in Gent heeft gewoond me toe.

Op haar dertiende wordt Rosalía voor het eerst getroffen door de kracht van de flamenco, wanneer ze na school vanuit een passerende wagen de palmas en de toonladderacrobatiek hoort waaien. Een openbaring. ‘Ik besefte meteen: dit is mijn pad’, heeft ze daarover in een interview gezegd. Aan The New York Times vertelde ze vorig jaar dat flamenco van geen betekenis was in de mainstreampopmuziek waarmee ze tot dan toe vertrouwd was: ‘Het was muziek van de straat.’

De aha-erlebnis bij de passerende wagen is een vertrouwde anekdote, een vast onderdeel van de zorgvuldig opgebouwde mythologie rond Rosalía. Veel minder bekend buiten Spanje, al dan niet bewust zo veel mogelijk uit de internationale pers gehouden, is haar passage in Tú sí que vales (‘Jij bent de moeite’), een lokale tv-talentenjacht. Rosalía treedt er in 2008, op haar vijftiende, aan met een flamencosong, zichzelf begeleidend op gitaar. De jury is niet overtuigd. ‘Niet genoeg karakter’, luidt het oordeel. ‘Je hebt veel potentieel, maar het komt er nog niet uit. Je moet je eigen stem zoeken.’ Advies dat de jonge Rosalía ter harte zal nemen.

***

Flamenco ontstond niet in Catalonië, maar in Andalusië, de zuidelijkste regio van Spanje. De precieze oorsprong van de muziek en de bijbehorende dansstijl staan nog steeds ter discussie, maar algemeen wordt aangenomen dat ze in de achttiende eeuw bij rondtrekkende Roma ontstond uit een mengeling van Spaanse, Moorse en Jiddische invloeden. Dat Rosalía zich als jonge Catalaanse in haar muziek en in haar imago de traditionele symboliek en het vocabularium van de Roma toe-eigent en zelfs regelmatig de Andalusische tongval durft te kopiëren, wordt haar niet door iedereen in Spanje in dank afgenomen, academici en gitanos op kop. Met die kritiek heeft ze het soms moeilijk. ‘Ik denk dat die mensen het volledige plaatje niet kennen’, zei ze recent aan The Fader. ‘Al het werk, het pad dat ik heb gevolgd, en alle respect en liefde die ik hierin gestoken heb.’ Tegelijk heeft ze begrip voor de verzuchtingen van de nog steeds gestigmatiseerde Roma, die met hun muziek minder of totaal niet aan de bak komen. ‘Ik snap waar het vandaan komt.’

Naar de flamencoroots van Rosalía: 'We hebben onze eigen Beyoncé'
© Sergio Albert

Maar ze heeft haar strepen in de flamenco niet gestolen, benadrukt Raül Refree, de producer en muzikant met wie ze haar eerste album Los ángeles (2017) heeft opgenomen. ‘Ze heeft aan de muziekacademie vier jaar zang gestudeerd onder El Chiqui, een van Barcelona’s vermaardste flamencomuzikanten’, vertelt hij over een kleine kop veel te sterke koffie, vlak bij zijn studio in Gràcia. ‘Je raakt in die richting niet zomaar binnen – ze laten slechts één student per jaar toe – en toen Rosalía twee jaar geleden afstudeerde, was dat met matrícula d’honor, de hoogste onderscheiding.’

Refree, die onder meer met Sonic Youth-gitarist Lee Ranaldo heeft samengewerkt, hoorde Rosalía voor het eerst zingen in Mercat de les Flors, een danstheater op de flanken van Montjuïc, de heuvel die in het westen uitkijkt over de stad. ‘Rosalía was er net als ik door journalist en muziekhistoricus Luis Troquel uitgenodigd op een hommage aan Maruja Garrido, een beroemde flamencozangeres en -danseres uit de jaren zestig. Luis stelde ons aan elkaar voor, omdat hij vond dat haar stem en mijn klankpalet een goede match zouden vormen. Hij had gelijk.’

Voor ze aan de opnames beginnen, spendeert het duo lange avonden rond de stereo, grasduinend door elkaars muziekcollectie. ‘Zij liet me kennismaken met trap en reggaeton, we vonden een gemeenschappelijke interesse in de hiphop van Kendrick Lamar en Kanye West, en ik speelde haar songs van oude flamencozangeressen als La Niña de los Peines, maar ook Bonnie Prince Billy, wiens I See a Darkness we uiteindelijk gecoverd hebben.’ Het album slaat niet bepaald in als een bom, maar de uitgebeende, kale gitaarsound, de grimmige songs over de dood en Rosalía’s ontluikende stem intrigeren wel de muziekpers, en gestaag stijgt de aandacht voor de kleine flamencorebel. ‘In het begin speelden we in kleine, donkere zaaltjes voor tweehonderd man’, zegt Refree. ‘Een jaar later stonden we in theaters voor meer dan duizend toeschouwers.’ Los ángeles bereikt uiteindelijk de Spaanse albumtop 10.

***

‘Ik was gefocust op akoestische klanken, maar tegelijk luisterde ik vooral naar elektronische muziek’, blikt Rosalía in The Fader terug op dat debuut. ‘Ik voelde een clash tussen enerzijds wat ik gestudeerd had en speelde en anderzijds wat ik rond me hoorde. Mijn oren zijn getraind door echte instrumenten, maar voor mijn tweede album wilde ik iets helemaal anders. Ik moest mezelf pushen om iets origineels te doen.’

Ze vindt de ideale handlanger daarvoor in Pablo Díaz-Reixa, El Guincho, een bekend figuur in Barcelona die zijn studententijd in punkbandjes sleet, een bescheiden doorbraak kende met het psychrocktrio Coconot en zichzelf als soloartiest en producer heruitvond. Pitchfork vergeleek zijn plaat Alegranza! (2007) met Animal Collective en Panda Bear en noemde ze een ‘versmelting van melodieuze eenvoud en ongepolijste productiemagie . Met zijn knoppenkennis en muzikale ervaring is hij de geknipte man om Rosalía enkele trapjes hoger te tillen, richting ‘de Rihanna van de flamenco’, zoals stadsfestival Sónar haar in juni 2018 presenteert.

Mijn oren zijn getraind door echte instrumenten, maar voor mijn tweede album wilde ik iets helemaal anders. Ik moest mezelf pushen om iets origineels te doen.

Het is op Sónar, in haar thuisstad, dat Rosalía de wereld voor het eerst – vijf maanden voor het album verschijnt – laat kennismaken met El mal querer. De songs zijn gebaseerd op Flamenca, een anonieme dertiende-eeuwse roman over een vrouw en haar toxische relatie met een ziekelijk jaloerse echtgenoot, maar getransporteerd naar hier en nu. Zo liet Rosalía zich voor Bagdad inspireren door de gelijknamige, bij toeristen beruchte seksclub in El Raval en door de melodie van Justin Timberlakes Cry Me a River. De aquí no sales gaat over huiselijk geweld, een gigantisch taboe in conservatief Spanje, de prominente samples van motoren refereren aan Rosalía’s jeugdjaren. ‘Het visitekaartje van een uniek nieuw talent’, schrijft The Guardian over de plaat, die in 2018 hoog in vele eindejaarslijstjes prijkt. Een nieuwe ster is opgestaan, een ster die koppig haar eigen, met plateauschoenen bewandelde pad heeft uitgestippeld.

En toen volgden een optreden voor elfduizend fans op het historische Plaza De Colón in Madrid, billboards op Times Square in New York, telefoontjes van onder meer Pharrell Williams en James Blake, instagramselfies met Dua Lipa en Billie Eilish, een aanbod voor een filmrol van superfan Pedro Almodóvar, een passage op Coachella en meer dan één miljoen YouTube-streams in 24 uur tijd voor haar nieuwe single Aute cuture.

***

Nog even terug naar Primavera. Na afloop van haar concert, met de internationale hitsingle Malamente als finale, pinkt een van de locals in ons gezelschap een traantje weg. ‘We hebben onze eigen Beyoncé’, glundert ze. ‘Ze is béter dan Beyoncé!’ zegt een ander. ‘Geef mij maar haar klassieke old-school flamencoliedjes’, treitert een derde. Catalanen, even passioneel in hun geschillen als in wat hen verbindt.

Te zien op Rock Werchter op zondag 30.06.2019 in The Barn.

Ook te zien op Down the Rabbit Hole op zondag 07.07.2019.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Rosalía

Geboren als Rosalía Vila Tobella in oktober 1992.

Studeert vier jaar flamencozang aan de Escola Superior de Música de Catalunya in Barcelona.

Debuteert in 2017 met Los ángeles, een akoestische flamencoplaat over de dood.

Breekt door met de single Malamente uit haar tweede album El mal querer (2018), goed voor twee Latin Grammy’s.

Werkt samen met James Blake voor het duet Barefoot in the Park en zat in de studio met Pharrell Williams, Billie Eilish en Oneohtrix Point Never.

Speelt een rolletje in de nieuwste film van superfan Pedro Almodóvar, Dolor y gloria.

Bracht twee weken geleden een nieuwe single uit, Aute Cuture, een ode aan mode en kitsch.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content