Kunst met Berlijnse link tentoon in Gent

Het multidisciplinaire festival Berlinaire brengt de Gentse Vooruit in Berlijnse sferen.

Sinds een aantal jaar beschikt Berlijn over een bloeiende kunstscene, die van over de hele wereld jonge creatievelingen aantrekt. En ook jonge galerijtjes springen er als paddenstoelen uit de grond. Daarom brengt Berlinaire naast muziek en film ook een stukje van die hedendaagse kunst uit Berlijn naar Gent.

Rode draad in het expoluik, dat de titel ‘When The Circus Leaves Town’ meekreeg, is de transdisciplinaire werkwijze van de kunstenaars. Dit typische fenomeen uit de Berlijnse kunstscene transformeert curator Steve Schepens voor de gelegenheid naar het kader van de Gentse Vooruit. Voor zijn expo selecteerde hij naast zichzelf nog twee Belgische kunstenaars, twee Duitsers en één Amerikaan, die elk op hun beurt een specifieke band met Berlijn hebben.

Centraal staat het werk van Steve Schepens zelf, die Gent in 2007 definitief inruilde voor Berlijn. “Toen ik door Jan Hoet in 2006 uitgenodigd werd om een installatie te bouwen in Marta Herford, bevond ik me al halverwege tussen Gent en Berlijn. Ik ben toen verder doorgereisd en had de smaak meteen te pakken”, vertelt Schepens.

Aangezien Schepens in Berlijn woont en recent een toolgids over het hedendaagse kunstlandschap in Berlijn op de markt bracht, was hij de geknipte curator voor de Berlinaire. Doordat zijn eigen performances en video’s opgesteld staan in de traphal tussen de drie foyers, vormen ze als het ware de ruggengraat van de expo. “Mijn werk bestaat uit zeer eenvoudige acties met een kartonnen doos, die het midden houden tussen slapstick à la Charlie Chaplin en horror”, stelt Schepens.

Berlijnse leeuwen

Op de bovenste verdieping van de Vooruit heeft de Belgische beeldhouwer Johan Tahon een statige totem, met wild om zich heen grijpende tentakels geïnstalleerd. Op die tentakels van ‘Waq Waq’ staan keramische hoofden. “Het bezoek aan het Berlijnse Pergamon Museum vormde voor Johan Tahon een belangrijke inspiratiebron voor de beestachtige figuren in zijn oeuvre”, aldus Schepens.

Als Belgische vertegenwoordiging is er tot slot de video ‘Weight’ van de in Gent werkende kunstenaar Michael Borremans. Die debuutfilm ging in 2006 in première op de vierde Biënnale van Berlijn, terwijl we Borremans in ons land vooral als schilder kennen. Denk maar aan de kunstwerken die koningin Paola vorig jaar voor het Paleis bestelde.

Daarnaast presenteert de Berlinaire voor het eerst werk van de rockfotograaf Olaf Heine, die kunst, fotografie en muziek verbindt, in ons land. En brengt Schepens het werk van de in Berlijn wonende Amerikaan Matt Mullican mee naar de Arteveldestad. Mullican verwierf vooral met zijn hypnoseperformances bekendheid. “Tijdens die performances stelt hij zichzelf als kunstenaar in het openbaar in vraag. In wereldprimeur presenteert hij in Gent een video die één welbepaalde actie, bijvoorbeeld zingen, uit die performances van de afgelopen 25 jaar bundelt”, vertelt Schepens.

Attitude

Naast het dynamische tentoonstellingsgedeelte is er een, om het met de woorden van Schepens te zeggen, statisch gedeelte. Daarin staat het werk ‘Good Boys, Bad Boys’ van Bruce Nauman uit de collectie van het S.M.A.K. centraal. “Dit werk houdt het midden tussen hoge en lage kunst en tussen serieuze kunst en niet-serieuze kunst. En net dat aspect sluit perfect aan bij de attitude die we met de Berlinaire willen overbrengen. Bovendien stelt Nauman in zijn oeuvre, net als Mullican, voortdurend de positie van de kunstenaar vanuit zijn atelier in vraag”, stelt Schepens.

Tot slot staan er enkele paneldiscussies op het programma. Vrijdag discussiëren mensen zoals S.M.A.K.-directeur Phillippe Van Cauteren en de Duitse kunsthistoricus Mark Gisbourne over de linken en verschillen tussen de Gentse en Berlijnse kunstwereld. Zaterdag komen twee verzamelaars, namelijk Walter Vanhaerents en Axel Haubrok, aan het woord.

Elien Haentjens