Initiatie dub: Maak je dubtrack in zes stappen

Vanaf 30 augustus zet de Ancienne Belgique met concerten en spreekbeurten de spotlights op dub, het invloedrijke, van reggae afgeleide muziekgenre. Hoe begin je aan zo’n dubtrack? Zes stappen.

Vanaf 30 augustus zet de Ancienne Belgique met een serie concerten en spreekbeurten onder de titel Dub Be Good To Me de spotlights op dub, het van reggae afgeleide muziekgenre dat sinds de late jaren zestig vanuit Jamaica een wereldwijde en radicale invloed op de muziekbeleving heeft gehad.

Tot vandaag hoor je de echo’s van dub terug in hiphop, techno, rock en natuurlijk dubstep. Hoe begin je aan zo’n dubtrack? Deze zes stappen helpen u op weg.

KEN UW GESCHIEDENIS
Dub ontstond eind jaren zestig op Jamaica en is in directe lijn de afstammeling van respectievelijk ska, rocksteady en reggae. De term verwijst naar de dubbing-techniek die pioniers zoals Lee ‘Scratch’ Perry en King Tubby gebruikten om de bestaande mastertape van een opname te bewerken, door bepaalde elementen uit reggaesongs te verwijderen, er meer of minder nadruk op te leggen, of er nieuwe effecten aan toe te voegen. Zo ontstond een nieuwe, hoofdzakelijk instrumentale versie – de eerste dubtracks werden aangeduid met ‘version’ – en ‘verdubbelden’ ze als het ware de muziek. Met andere woorden: met dub werd de blauwdruk gelegd voor wat we vandaag kennen als de remix.

Belangrijk in de opkomst en het promoten van dub waren de rondtrekkende sound systems, concurrerende feestmobielen met een eigen dj (selector) en een mc (toaster) die over de instrumentale dubpassages heen babbelt. Klinkt bekend? Jawel, met dub werden ook de kiemen gezaaid voor hiphop en rap. Vanaf 1973 trokken sommige producers rechtstreeks met een groep de studio in en gold dub als een volwaardig genre.

SPREEK DE TAAL
Om the walk onder de knieën te krijgen moet je eerst the talk beheersen. Dub kent zijn eigen terminologie, vaak met een oorsprong in het patois, het Jamaicaanse dialect. De studioterm ‘dubwise’ is een makkelijke: hiermee worden enkel bas en drum – de ruggengraat van dub – naar voren geschoven in de mix. Die ritmetrack wordt ‘riddim’ genoemd, al wordt de term tegenwoordig vooral geassocieerd met dancehall en ragga, twee andere uitvloeisels van reggae.

Songtitels op klassieke dubalbums – sla er bijvoorbeeld Blackboard Jungle Dub van The Upsetters op na – worden vaak vergezeld van ‘rock’ of ‘skank’. Met ‘rockers’ wordt het meest recente riddim bedoeld, ‘skanking’ is gewoon dansen. Om misverstanden te vermijden: met ‘bad’ bedoelt een Jamaicaan doorgaans ‘goed’, en wanneer hij uw dubvruchten ‘soft’ vindt, is het maar een rommeltje. Hou ook in gedachten dat dub in het patois soms wordt gebruikt om de diepste draai te benoemen. Vraag een flink uit de kluiten gewassen rastaman dus nooit voor de grap ‘of u zijn zus even mag dubben’!

VERRUIM UW HORIZONTEN
Qua invloed reikt dub veel verder dan het reggaewereldje. Ook wie niet hoog oploopt met Jah of Zion, kan ermee aan de slag. Zo bestaat de ep Love And Dancing uit 1982 van het synthpopcombo The Human League uit dubversies van de bekendste tracks van hun succesalbum Dare. Met Screamadelica uit 1991 dichtte de Schotse band Primal Scream de kloof tussen dance en indierock, maar dankzij co-producer Alex Paterson (The Orb) kun je op tracks als Higher Than The Sun de dubinvloeden gewoon niet missen.

In 1997 ging Primal Scream nog een stap verder: producer Adrian Sherwood goot hun album Vanishing Point integraal in een dubversie als Echo Dek. Hetzelfde deden Massive Attack met Protection (geremixt door Mad Professor als No Protection) en Franz Ferdinand met Tonight: Franz Ferdinand (geremixt door Dan Carey als Blood: Franz Ferdinand).

De invloed van dub op techno, house en aanverwanten valt niet in tweeënhalve zin te vatten, maar bedenk dat Underworld hun vierde worp niet zomaar Dubnobasswithmyheadman doopten. Zonder dub ook geen drum-‘n-bass of dubstep, dat spreekt.

GEBRUIK DE STUDIO
Dub is vooral een studiogebeuren waarbij de man met de vingers aan de knoppen het meest in de pap te brokken heeft. Dub is een wetenschap: experimenteren met klanken. Niet toevallig noemt een van de meest prominente dubproducers – én protegee van King Tubby – zichzelf ‘Scientist’. Net zoals hiphop de draaitafel tot instrument verhief, is de mengtafel het middelpunt van de dub.

Stel u daar vooral niks fancy bij voor: King Tubby knutselde bijna alle hardware in zijn Waterhouse Studio zelf in elkaar en de befaamde speeltuin van Lee Perry, The Black Ark, was een veredeld kippenhok in z’n achtertuin met als middelpunt een eenvoudige viersporenrecorder. Perry name het outside the box-denken letterlijk: ooit begroef hij een microfoon aan de voet van een palmboom om daarop vrolijk timmerend het effect van een basdrum te recreëren. Een nieuwe, onbegrensde wereld van geluid ontsluieren, ver hoef je het soms niet te zoeken.

ZET IN OP BAS EN DRUM
Oké, de producer zwaait de plak, maar iemand moet toch die bezwerende baslijnen en diep penetrerende drumritmes inspelen? Een in slome maar meeslepende melodieën onderlegde ritmetandem is dan ook een must om de betere dubkarweien tot een goed einde te brengen. Aspiranten nemen best een voorbeeld aan Aston (bas) en Carlton (drums) Barrett, de innoverende broers die hun strepen verdienden bij zowel The Upsetters als The Wailers.

Keith Hudsons Pick A Dub uit 1974 is een essentieel staaltje van hun kunnen. De Barretts waren het voorbeeld voor Sly Dunbar en Robbie Shakespeare, het duo dat als Sly & Robbie tot ver buiten Jamaica de beginselen van reggae en dub predikte. Grace Jones kan erover meespreken. Eén dubicoon onderscheidde zich zonder bas of drum: Augustus Pablo, meester van de melodica, het plastieken blaasinstrument met pianotoetsen waar u als kleuter menig volwassene mee op de zenuwen hebt gewerkt.

ZOEK EEN GESCHIKTE BIJNAAM
De naam John Wardle doet waarschijnlijk weinig belletjes rinkelen, maar als Jah Wobble kennen we de Brit onder meer als bassist bij PIL, een van de postpunkbands die dubelementen in hun muziek verweefden. We bedoelen maar: niet dat u als pakweg Bob Peeters de grenzen van echo en reverb niet kunt verleggen, maar namen als King Tubby, Prince Jammy, Mad Professor, Mikey Dread, Crucial Bunny of Prince Fatty spreken toch dat tikkeltje meer tot de verbeelding. Wend u desnoods tot de ganja ter inspiratie, maar wees voorzichtig: in 1979 stak Lee ‘Scratch’ Perry zijn Black Ark te Kingston in de fik, zogezegd omdat boze geesten bezit hadden genomen van zijn studiomateriaal. Hij verkeert tegenwoordig permanent in de hogere sferen van Zwitserland. Jah bless!

Jonas Boel

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content