Fluitjes, fluoroze hesjes en een ijzersterke K.ZIA: dit was de eerste dag van Paradise City
‘We lijken het feesten een beetje verleerd. Hopelijk komt daar in de festivalzomer verandering in’, zei Froukje in onze festivalspecial toen we hadden over hoe de jonge generaties de verloren pandemiejaren beleven. Wij namen de proef op de som op ’s lands meest ecologische festival: Paradise City, dat elk jaar aan het begin van de zomer plaatsvindt in de tuinen van het idyllische kasteel van Perk in Steenokkerzeel.
‘Respect the nature, respect the castle.’ Met die leuze wil Paradise City haar groene imago onderlijnen. Wie het terrein binnenwandelt, wordt begroet door affiches over de inspanning van het festival voor haar omgeving. Paradise City kreeg de hoogste rating van A Greener Festival, een non-profitorganisatie die festivals wil aansporen om duurzamer te worden. 86% van de energie op het terrein is hernieuwbaar, het bier op de camping wordt emissievrij geleverd en er wordt al sinds de eerste editie in 2015 geen vlees geserveerd.
Er zijn bijna meer vuilniszakken dan mensen en de vrijwilligers van River Cleanup zorgen ervoor dat wat toch niet in een afvalbak geraakt, de mooie tuin van het kasteel, waar overigens echt nog een graaf woont, niet vervuilt. Graaf Paul de Lannoy vindt het trouwens prima dat zijn domein elk jaar wordt ingepalmd door het electronicafestival – alleen van wildplassers houdt hij niet.
Een festival hoeft niet nefast te zijn voor haar omgeving, wil Paradise City bewijzen. Zo scharen ze zich in de lijn van Horst, dat àndere elektronicafestival dat meer wil zijn dan enkele dagen muziek. Dat is trouwens niet de enige gelijkenis: ook op Paradise City lopen er dit jaar stewards rond, vrijwilligers gehuld in fluoroze hesjes, om spiking, seksuele intimidatie en ander ongewenst gedrag tegen te gaan – of op zijn minst de slachtoffers goed op te vangen.
Slaapliedjes
‘Ze heeft nogal een sterk willetje’, vertrouwde Marie Daulne van Zap Mama ons vorig jaar toe over haar dochter K.ZIA. ‘Zodra ze iets besloten heeft, kun je haar maar moeilijk op andere gedachten brengen.’ De Congolees-Martinikaans-Belgische Kezia Quental moest en zou de eerste festivalgangers van Paradise City aan het dansen krijgen. En probeer haar maar eens op andere ideeën te brengen.
Het helpt natuurlijk dat ze een natural op het podium is. Volgens de overlevering corrigeerde ze al op haar vijfde de slaapliedjes van haar moeder. Een jaar later bestormde ze het podium tijdens een Zap Mama-concert in de Verenigde Staten. Op Paradise City liet ze het publiek al tijdens de eerste uren meezingen en dansen. Een hoogtepunt: Sans toi, uit haar in februari geloste debuutalbum Genesis, terwijl de zon door de wolken kwam piepen. Het is waar wat ze zeggen: in het Frans is K.ZIA zo mogelijk nog aanstekelijker. De afwezigen hadden ongelijk.
Het contrast met Ojerime was groot, en dat lag niet per se aan de muzikale kwaliteiten van de Londense zangeres. Haar melancholische r&b nestelt zich ergens tussen Erika de Casier en Destiny’s Child, maar de delivery was nogal droog en ietwat afstandelijk, zeker na het opzwepende charisma van K.ZIA op hetzelfde podium. Het speelde natuurlijk niet in haar voordeel dat het publiek eerder naar Steenokkerzeel leek afgezakt te zijn voor dj-sets, dan voor liveshows.
Terwijl Ojerime voor een handvol mensen optrad, stonden de Woods en Castle Stage vol voor Kiosk-radio resident en de bezieler van de Brussels Spek-feestjes Sixsixsixties en de door Bonobo en Gorillaz gelauwerde tijdloze house van de Londense Tsha.
Bpm’s
Maar een van de meest interessante namen op de eerste dag van Paradise City was Jasss, gestileerd als JASSS, de in Berlijn wonende Spaanse producer Silvia Jiménez Alvarez. Ze staat garant voor compromisloze sets vol techno en deconstructed club music, mag draaien in de legendarische Berlijnse club Berghain en op Spaanse vooruitstrevende festivals als Sónar en Primavera en bracht haar laatste plaat, A world of service(2021), uit op Berghains in-houselabel, Ostgut Ton. In Perk liet ze haar eigen werk, een eigenwijze mix van industrial techno met invloeden van (hyper)pop en trap, jammer genoeg achterwege. Desondanks: sterke set.
Afsluiten deden we bij KI/KI, de 25-jarige Amsterdamse die naam maakte als resident dj op de queer clubnachten van Spielraum, en sindsdien haar harde trance, acid en ninetiesrave ook naar grote festivals brengt – ze stond al op Dour en Lowlands en speelt in augustus op Pukkelpop. Als graag gezien gast laat Kiki Wesselo de Amsterdamse (queer) scene al jaren zweten, op Paradise City doet ze vergeten dat we beter toch die extra trui hadden meegenomen.
Stijgende bpm’s: dat is hoe we graag afsluiten. En als we het enthousiasme voor houselegende Dixon dat van de Castle Stage iets verder overwaait– inclusief iemand die heel hard op zijn fluitje blies – mogen geloven, beleefden de andere bezoekers het ook zo.
Er werd over de brugjes gestrompeld, armen over schouders gelegd en hier en daar moest iemand het haar van een vriend vasthouden. ‘Zijn er clubs in Vilvoorde? Tijdens de terugrit naar het station van Vilvoorde in de elektronische shuttlebusjes, suggereerde iemand dat het publiek er toch niet genoeg van heeft. We verwezen de vier jongens in kwestie voorzichtig door naar Brussel. Weet je, Froukje, we leren het wel opnieuw.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier