Jelle De Beule, op anderhalve meter van zichzelf: ‘Wij beslissen wat comedy is. Niet jullie’

Kristof Dalle Journalist

Comedy moest de laatste jaren baan ruimen voor het ernstiger acteerwerk (De dag, The Best of Dorien B., Black-out), maar vanaf oktober duikt Jelle De Beule weer in de pruikenkoffer voor De anderhalve meter show. ‘Het afgelikte is helemaal terug in de media. Dat baart mij zorgen.’

Dit voorjaar schreef Jelle De Beule samen met collega-Neveneffect Koen De Poorter en Callboy Rik Verheye naarstig verder aan Nonkels, de achtdelige komische Vier-reeks rond de West-Vlaamse broers Persyn die ze dezer dagen zouden inblikken. Tot Bill Gates iets onbetamelijks deed met een snipverkouden Chinees schubdier en zodoende een teringbesmettelijk virus op de wereld losliet, dat enkel valt te genezen met copieuze hoeveelheden gember. Of zoiets. Wij halen onze duiding ook maar van Instagram.

Hoe dan ook zag De Beule – momenteel naast Sara De Roo en Geert Van Rampelberg te zien in de thrillerserie Black-out – zich genoodzaakt om de opnames met een jaar uit te stellen. ‘Het was dat of concessies doen, en daar had niemand zin in. Bij wijze van boutade had ik wel gezegd dat we nu net zo goed ‘een anderhalvemetershow’ konden maken. We hadden de acteurs toch al geboekt. Al wou ik dat ik dat idee een paar maanden eerder had geopperd, want plots moest alles wel heel snel gaan.’ Zo snel dat ze de hele zwik gemakshalve maar De anderhalve meter show doopten.

Een persiflage op een racist is een commentaar op racisten, niks meer, niks minder. Stop nu toch eens met humor niet te snappen.

‘Voor alle duidelijkheid, we gaan voor sketches die niets met covid-19 te maken hebben’, legt De Beule uit aan een tafeltje in de Vooruit. ‘Coronajokes gaan veel te snel vervelen. Hooguit moeten onze acteurs te allen tijde anderhalve meter afstand houden, en zullen Rik en ik als bevoegde virologen erop toezien dat de social distancing gerespecteerd wordt. Al is dat vooral een excuus om commentaar te geven op de sketches.’

Statler & Waldorf, maar dan levensecht. Of Zinzen & Van Cauwelaert, maar dan levensecht.

Jelle De Beule: Dat, ja. De pure imitaties laten we aan Tegen de sterren op, maar de twee zijn wel geïnspireerd op Marc Van Ranst en Steven Van Gucht. Zij het iets dikker aangezet – de ene iets wereldvreemder, de andere wat flamboyanter -, want de echte liggen als personages nogal dicht bij elkaar.

Vorig jaar verliet je De ideale wereld. Omdat je aan Nonkels wou schrijven, omdat je wou acteren, maar ook omdat je die eeuwige DIW-race tegen de klok wat moe was.

De Beule:Het was ook fijn om gewoon te moeten opdagen op een set, zonder meer. Ik heb me zes jaar met regie, scenario’s, montage, showrunning en sidekicken tegelijk beziggehouden: dat was even genoeg. Op den duur begin je jezelf ook wat te herhalen.

Amper een jaar later draag je alweer meerdere petjes tegelijk in een sketchshow met een extreem krappe deadline. Is dat masochisme?

De Beule:Ik ben er nog niet uit wat het is. Ondertussen weet ik wel dat dat zelfs onder die tijdsdruk zal lukken, maar ik was klaar met dat soort wilde ritten. De heroïsche tijden van overnachten op de redactie zijn echt voorbij, ik wil dat eigenlijk niet meer.

2020 was niet het beste jaar voor sketchshows op Vier.

De Beule: Er is er ééntje niet goed onthaald. Dat is te weinig om er een regel van te maken. En ik hoop niet dat het dit jaar nog een regel wordt.

Heb je Influencers bekeken? Laten we geen dood paard schoppen, maar misschien was comedy over een subcultuur die an sich al tragikomisch en potsierlijk is niet het beste idee, toch?

De Beule: Moet je satire maken over influencers, of wordt dat al snel een zotte hoed boven op een hoed? Kan zijn. Maar ik heb enkel een trailer gezien met Rik als De Bomma. Dat deed hij goed, maar het leek me niet helemaal mijn ding. En dan bescherm ik de mensen die ik graag heb liever tegen mijn mening. Ik weet niet of je dat weet, maar ik kan nogal makkelijk en hard losgaan op alles wat me niet bevalt. (denkt na) Ik merk ook dat ik in een branche ben terechtgekomen die me niet zo bijster hard interesseert. Ik maak heel graag tv, maar kijk niet per se even graag tv. ‘Heb jij eigenlijk ooit al een film gezien?’ vroeg regisseur Anke Blondé me op de set van The Best of Dorien B. (lacht) Ik ben echt onprofessioneel weinig bezig met audiovisuele dingen. Ik hou van goeie comedy zoals Community en animatie zoals Rick and Morty, maar de rest laat ik aan me voorbijgaan. Ik had een hoofdrol in De dag, maar ook dat genre boeit me op zich niet echt. En Jonas weet dat. (zet een pedant stemmetje op) Doe mij dan maar een goed boek.

Bepaalde sketches in Influencers kregen ook kritiek voor hun transfobe en racistische ondertoon. Censureer jij jezelf veiligheidshalve tijdens het schrijven?

De Beule: Ik ben door De anderhalve meter show helaas net weer in die discussie beland. Ik heb namelijk een mop met het woord ‘mongolen’ erin geschreven. En dat is ‘gevaarlijk’, vertelt men mij. (schouderophalend) Nee, dat is gewoon spelen met een spanningsveld. Wie daar moeite mee heeft, begrijpt niks van humor.

'Ik blijf een fusee die elk moment kan afgaan.'
‘Ik blijf een fusee die elk moment kan afgaan.’© JEF BOES

De Influencers-grap in kwestie was matig, dus de kritiek begrijpelijk. Dat een deel van tiener-Twitter onlangs pislink werd over een ‘elke drie seconden’-pastiche van DIW, begreep ik al veel moeilijker. Een filmpje met vingerknippende BV’s over hoe het tijd was dat het door corona gespaarde Afrika eens iets terugdeed voor verveelde Europeanen – Netflixabonnementen bijvoorbeeld -, werd ook als racistisch weggezet. Als voormalige kolonisator mochten we Afrika niet in een grap gebruiken.

De Beule: Wat is het punt op den duur nog? Waar strijden ze precies tegen? En is het niet zinniger om je tijd, energie en invloed aan te wenden tegen echte wantoestanden in plaats van goedbedoelende comedy? Dat was ook het hele probleem met het protest over de kolonialismesketch van John Cleese dit voorjaar. Als je daarop gaat schieten, ben je verkeerd bezig. Een persiflage op een racist is een commentaar op racisten, niks meer, niks minder. Stop nu toch eens met humor niet te snappen.

Comedy is bovendien altijd maatschappijbevestigend. Iets is pas grappig als je met taboes speelt, met onderwerpen waar mensen enigszins moeite mee hebben. Seks bijvoorbeeld, maar net zo goed angst voor het vreemde. Dus ja, soms wordt het eens expliciet. En soms zeggen we eens ‘neger’. Omdat we ons op die grens moeten bewegen. Als je ons dat afneemt, is het gedaan met lachen. Gelukkig is het in wezen simpel: wij beslissen wat comedy is, niet júllie. Ik ben de professional. Blijf uit mijn winkel.

Je hebt niet het gevoel dat dat winkeltje heden ten dage bedreigd wordt?

De Beule: Ik voel me allesbehalve veilig voor lawines aan wokekritiek, maar ik ga me er nu ook niet bepaald naar schikken. Hooguit wil ik toegeven dat ik met de jaren nu eenmaal wat star ben geworden in mijn denken. Niks aan te doen, je hersenen verkalken gewoon. Ondertussen heb ik op mijn 39e beslist wat mijn waardenpatroon is en hoe de maatschappij in elkaar steekt, en daar raak ik nooit meer écht van af. Zo ben ik ondubbelzinnig voor inclusiviteit en positieve discriminatie, maar hoewel ik ernaar streef, zorgt de realiteit ervoor dat het soms niet praktisch haalbaar is. Ze hebben gelijk – de volgende generatie heeft uiteindelijk altijd gelijk -, maar dat klikt niet meer in mijn hoofd. En zo ben je plots een ouwe lul. Terwijl ik er uiteraard niks op tegen heb dat we stilaan tot het schokkende besef komen ‘dat iedereen dingen kan’.

Je bent dezer dagen ook te zien in Black-out. Die reeks komt later op Eén, maar is nu al sneller dan verwacht in preview te bekijken via Streamz.

De Beule: Vreemd hoe de VRT plots leverancier van Striem-Zet geworden is. Een archief ontsluiten en beschikbaar maken, tot daaraan toe, maar fictiereeksen maken voor een commercieel platform? Dat snap ik niet meteen.

In Black-out speel je een medewerker van de premier. Niet bepaald een rol waarin je je helemaal kunt uitleven. Stoort dat?

De Beule: In vaktermen heet dat een Sprechhund, een personage dat je gebruikt om informatie over te dragen. De uitdaging zat vooral in het geloofwaardig uit mijn strot wringen van zaken waar ik de ballen van begreep. (lacht) Fijn wel om naast Sara De Roo te mogen spelen en tegelijk een gratis masterclass te krijgen. Want ik heb nooit een opleiding gehad.

Dus als ik je vraag of je eerder van de school van Stanislavski bent dan wel die van Brecht…

De Beule: Ik ben van de school van ‘oezouikditinhetechtzeggen?’. Soms met een leuk stemmetje erbij, soms niet. Ik speel vooral op intuïtie. Als ik te hard ga nadenken, wordt het alleen maar slechter. Omdat ik niet van het Conservatorium kwam, deed ik er soms wat neurotisch over, maar op een bepaald moment moest ik gewoon erkennen dat ik al lang een acteur was. Ik beheers mijn comedytypetjes, en hoewel die wat dikker aangezet zijn, moeten de emoties net zo goed kloppen. Wanneer ik in De anderhalve meter show een paranoïde cokedealer speel, speel ik die ook serieus. En hoewel het nooit de bedoeling was om voltijds acteur te worden, wou ik wel bewijzen dat ik dat dramaregister ook in de vingers had.

Vorig jaar had je met The Best of Dorien B. je eerste filmhoofdrol te pakken. Klopt het dat het gebrek aan opleiding je tijdens de opnames enigszins parten speelde?

De Beule: Ik moest voor het eerst heel intiem omgaan met een actrice op de set, dus vroeg ik Kim (hoofdrolspeelster Kim Snauwaert, nvdr.) bij alles om permissie. ‘Ik ga je nu aanraken, Kim. Is dat oké?’ Tot op het punt dat ik degene werd die het echt raar maakte. (grinnikt) Een regisseur had me verteld hoe er op Amerikaanse sets, in de nasleep van MeToo, met intimiteitscoaches gewerkt werd en hoe er quota zijn over hoelang je iemand in de ogen mag kijken. Daar staat dus iemand met een chrono klaar: ‘3,5 seconden? 3,5? Verkrachter!’ Op de een of andere manier was dat in mijn hoofd gekropen. Ik was er als de dood voor om de indruk te geven dat ik ergens van profiteerde. Terwijl ik nu weet: alles is gepermitteerd wanneer iemand ‘actie’ roept. (lacht) Zolang je maar stopt als die weer ‘cut’ roept.

Komen er nog ernstige dramarollen aan?

De Beule: Dat ligt even stil, omdat ik de laatste tijd vooral aan Nonkels geschreven heb.

Er blijven steeds minder mediagroepen over en niemand wil zich verbranden. Ik prijs me gelukkig dat ik mijn bakkes nog mag opentrekken.

Je zag Jonas Geirnaert van een afstand vijf jaar ploeteren in een vochtig tuinhok met plotlijnen voor De dag, en dacht: dat wil ik ook?

De Beule: Wanneer jij diezelfde vijf jaar afziet in files richting Vilvoorde, gaat een vochtig tuinhok haast idyllisch lijken. Niet dat ik ooit zo’n doorwrochte puzzel zou willen leggen als De dag. Een sitcom leek me dan toch makkelijker. Léék, want blijkbaar kun je niet zomaar drie personages iets los van elkaar laten beleven en dat aan elkaar kleven. Voor acht afleveringen heb je een dramatische lijn nodig.

Nonkels wordt dus eerder dramady?

De Beule:(nadrukkelijk) Comedy met een dramatische lijn. Dramady klinkt toch altijd als een plan B, een term die je vooral gebruikt wanneer je comedy hebt gemaakt die achteraf gezien niet zo grappig blijkt. Vergeet ook niet dat ik in Nonkels als een dikke West-Vlaamse vijftiger met een hoop latex op mijn kop moet rondlopen: dat is ook niet bepaald het moment om de grote existentiële vragen te stellen. Maar we introduceren wel een nieuw personage, om de boel – The Fresh Prince of Bel-Air-gewijs – wat op te schudden.

Een vluchteling.

De Beule:Een idee van Rik. En zonder dat we daar al te grote politieke statements over willen maken.

Hoe verloopt de samenwerking met Rik Verheye? Ik zeg niet dat hij hyper is, maar zelfs als ik gewoon een interview met hem lees, moet ik daarna even een dutje doen. Een beetje vulkanisch, noemt hij het zelf.

De Beule: Rik is manisch, hyper, en op het einde van de dag doodmoe van zichzelf. (grinnikt) Maar op de set houdt dat de boel gaande, en in brainstorms is het zijn grootste sterkte. Rik denkt zeer divergent en schiet alle richtingen tegelijk uit, terwijl ik nogal op structuur gesteld ben. Dan puzzelde ik voor Nonkels half-autistisch verhaaltjes in elkaar waar niet meer aan geraakt mocht worden, tot Rik kwam aanzetten met tien nieuwe, van de pot gerukte ideeën. Waaronder ook minstens één geniale vondst, waardoor ik de hele structuur weer mocht omgooien.

Schat ik het juist in dat Koen De Poorter de rustgevende scheidsrechter van jullie trio is?

De Beule: Koen is ons kompas. Rustig. Analytisch. Zeer goed in het benoemen van problemen. Of, in mijn geval: zeer goed in het benoemen van waarom iets geen probleem is.

De De Beule-fluisteraar.

De Beule: Ik heb een De Beule-fluisteraar nodig, anders kan ik echt hele dagen blijven zeiken. (lacht) Ik probeer het te onderdrukken, maar ik blijf een fusee die elk moment kan afgaan. Neem nu die ergernissen van daarnet: ik moet daar niet voor graven, die zitten net onder de oppervlakte klaar.

***

Of hij er nog steeds van droomt om een eigen oorlogsepos in te blikken, vraag ik eerder langs mijn neus weg. ‘Ik vrees dat ik het aan mezelf te wijten heb, maar niemand neemt me serieus wanneer ik zeg dat ik “een leuk idee over de Holocaust” heb. Jammer, want ik wil die film nog steeds maken. Al denk ik niet dat ik nu al de man ben die de nieuwe The Pianist zal maken. Ik wil het wel proberen, maar daarvoor moet ik op scenarieel vlak toch eerst nog wat kilometers maken.’

Waarover moet die film dan gaan?

De Beule: Over het Twintigste Konvooi, een van de twee treinen naar Auschwitz die het verzet heeft kunnen tegengehouden. Dat verhaal heeft echt alles. De nazi die het vertrek uit de Dossinkazerne moest goedkeuren, werd neergeschoten op de Louisalaan in Brussel door een Belgische kapitein in een Spitfire. In de kazerne liep een kind van acht rond, opgekleed in een nazi-uniformpje, als een soort mascotte. Een van de verzetsleden ontsnapte uiteindelijk door een bewaker te overmeesteren en diens uniform aan te trekken. En net wanneer de trein moest vertrekken, haalden ze er iedereen weer vanaf en sleepten ze er een afgetuigde verzetsman bij die medestanders moest aanwijzen. Waarop die fluisterde: ‘Je kent me niet. Verraad jezelf niet.’ Sorry, maar kleef die vier scènes aan elkaar, en je krijgt een heel goede film.

Jelle De Beule, op anderhalve meter van zichzelf: 'Wij beslissen wat comedy is. Niet jullie'
© JEF BOES

De vraag blijft natuurlijk hoe snel jij van The Pianist 2.0 naar een Vlaamse versie van Blackadder zou gaan. Kun je de grappendwang onder controle houden?

De Beule: Als dat goed werkt, mag dat toch ook? En waarom daar stoppen? Laten we gewoon helemaal losgaan met die domme Vlaamse canon en De Bourgondiërsverblackadderen. En aangezien het Vlaams-nationalistisch folklorisme nu toch aan het boomen is, gooi er gerust Jan van Eyck en Rogier van der Weyden bovenop. (droog) Ewel ja, laten we dat doen. Dan kunnen we gelijk ook wat subsidies lospeuteren in deze ‘de Vlaamse Primitieven, dat waren pas kunstenaars’-periode.

Je bent ook heel beslagen in alles wat met het Oude Rome te maken heeft. Toen je daar deze zomer op Radio 1 over mocht vertellen, klonk er een verontrustende gelukzaligheid in je stem.

De Beule: Dat maakte mij ook oprecht gelukkig, want ik krijg maar zelden de kans om daarover te praten. Je hebt al een radiopubliek nodig dat niet kan tegenpruttelen. Of – zoals deze week – een Woestijnvisproducer die uit beleefdheid wat interesse toonde, waarop ik hem heb vastgezet tegen de muur. (lacht) Maar verder is die kennis niks waard.

Loont het niet om af en toe eens terug te kijken?

De Beule: Dat wel. Mijn twaalfjarige zoon krijgt dit jaar nog slechts één uur geschiedenis op school, want alle vakken die niet meteen in de praktijk inzetbaar zijn, worden steeds meer teruggeschroefd. Kwestie van zo snel mogelijk Excelsheets te leren maken zodat je in het leger der ambtenaren ingelijfd kunt worden. Dat stoort mij, want zonder enige geschiedkundige kennis ontwikkel je geen bullshitdetector. Ja, je kunt alles online opzoeken, maar zonder basis merk je amper wanneer een of andere opiniemaker of politicus de geschiedenis eenzijdig naar zijn hand zet. Als ik lees hoe ‘de moslims Europa binnenvallen zoals de barbaren destijds Rome’, dan weet ik dat dat onzin is. Maar bij wie nooit die basis aan kritisch denken mee heeft gekregen, loopt dat heel gemakkelijk binnen. Geschiedenis helpt je ook patronen te herkennen. Zitten we opnieuw in de jaren dertig? Nee. Een maatschappij maakt nooit een-op-een dezelfde fouten. Maar je kunt wel leren herkennen op welk moment je het in een democratie te ver hebt laten komen.

Op welk punt bevinden we ons vandaag?

De Beule:(haalt de schouders op) De VS is om zeep en gaat de richting van Rusland uit. En Trump heeft dat zichtbaarder gemaakt, maar niet per se veroorzaakt. De kloof tussen arm en rijk is daar al decennia gigantisch, maar men blijft dat slikken omdat ze iedereen die neppe American dream voorhouden. Het recht van de sterkste? Wie hard genoeg werkt, wordt beloond? Wie arm blijft, heeft het aan zichzelf te danken? Dat is een zeer fascistisch denkbeeld, verpakt als vrijheid.

En in Vlaanderen?

De Beule: Dit lijkt me een goed moment om op mijn woorden te letten. (denkt na) Wat ik wel kan zeggen: het afgelikte is helemaal terug, en dat baart mij best wel zorgen.

Het afgelikte?

De Beule: In de media. Na de Luc Appermonts van de jaren tachtig kreeg je een grungy tegenbeweging – denk aan Tom Lenaerts en Bart De Pauw -, maar ondertussen zijn we terug bij af. En op een gevaarlijker manier dan toen. Iedereen zit in een soort extreem professioneel keurslijf, denkt honderd keer na voor hij iets zegt, en houdt meestal gewoon zijn kop, want er blijven steeds minder mediagroepen over en niemand wil zich verbranden. Ik mag mezelf gelukkig prijzen dat ik mijn bakkes nog mag opentrekken, als die nar van wie ze het net nog pikken.

Black-out

Nu op Streamz, later dit najaar op Eén.

De anderhalve meter show

Vanaf 13/10 op Vier.

Jelle De Beule

Geboren in 1981 in Lokeren.

Studeert animatie aan KASK Gent.

Maakt samen met Jonas Geirnaert, Lieven Scheire en Koen De Poorter deel uit van de Neveneffecten, met wie hij Neveneffecten (2005), Willy’s & Marjetten (2006) en Basta (2011) maakt.

Staat in 2013 mee aan de doopvont van De ideale wereld.

Acteert onder meer in De dag (2018), Callboys (2016), Black-out (2020) en de film The Best of Dorien B. (2019).

Schrijft samen met Koen De Poorter en Rik Verheye aan de komische reeks Nonkels.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content