Joost Vandecasteele: ‘Ik wil dat je opkijkt: wat heeft hij nú weer verzonnen?’

© Kaat Pype

In zijn nieuwe roman Wraakengel voert Joost Vandecasteele een superheldin op die nu eens niet uit Amerika komt maar naast u had kunnen wonen. ‘De Vlaamse literatuur kan véél leren van Marvel.’

‘Een vrouw staat twee mannen snoeihard in elkaar te slaan wanneer ze wordt opgebeld door de babysit.’ Dat antwoordde Joost Vandecasteele tweeënhalf jaar geleden toen de producer van zijn Canvas-reeks Generatie B hem vroeg wat hij nog op de plank had liggen. In afwachting van die nieuwe reeks, die ergens in het vagevuur van de tv-projecten ligt te sudderen, werkte de schrijver-komiek het idee uit tot een nieuwe roman, Wraakengel, over een vrouw die overdag manuscripten naleest, in de namiddag haar dochter ophaalt aan de schoolpoort en ’s avonds als superheldin grijpgrage mannenvingers breekt. Tot de babysit belt, dus. Noem haar de Vlaamse Jessica Jones, een update van Mega Mindy die u niet zag aankomen.

Een man die zich als feminist out, doet me altijd denken aan die kerel met Hillary Clinton-T-shirt uit Saturday Night Live die op café zijn tong in de mond van een links meisje duwt.

Net zoals Vandecasteeles vorige boek Bella, een strip die je luidop moest voorlezen en waar de auteur ook effectief mee heeft getoerd, en Almost Gone, de literaire game waar hij al jaren aan werkt, beperkt Wraakengel zich niet tot één medium. De roman is al enkele weken in audioversie te koop en is zelfs in eerste instantie geschreven om beluisterd te worden. ‘Korte zinnen zonder ruis, zodat je het verhaal kunt blijven volgen terwijl je afwast of autorijdt’, zegt Vandecasteele.

Dat an sich is niets nieuws voor wie de schrijver kent: al zijn boeken zijn literaire rechtdoortochten die geen stilistische liflafjes kunnen verdragen. Toch is Wraakengel niet alleen meer van hetzelfde. Zowel boek als schrijver gingen door een donkere periode, vertelt hij in zijn appartement in Anderlecht nadat hij zijn twee maanden oude zoontje heeft verschoond. ‘ Wraakengel moest eigenlijk al een jaar geleden uitkomen, maar net toen heb ik een heel donkere periode gehad. Ik zat diep, diep, diep. Het boek was toen nog meer pulp, gewoon een superheldin die van de ene naar de andere opdracht gaat. Ik heb het helemaal herschreven, er is veel meer emotie in geslopen.’

De jongste Vandecasteele laat zich horen. ‘Het ligt niet aan jou, hoor. Normaal houdt hij wel van nerds’, sust Vandecasteele. ‘Moet wel met zo’n vader’, antwoord ik. In de keuken pruttelt een moeilijke Italiaanse koffiemachine, de schrijver schuift een bord american cookies onze kant op. ‘Eet. Ze zijn allemaal voor jou.’

Je staat zelf fysiek een pak scherper dan pakweg een jaar geleden.

Joost Vandecasteele:Een tijdje geleden kreeg ik van een dokter te horen dat mijn lijf op weg was om suikerziekte te krijgen. Als ik bleef leven zoals ik leefde, zei hij, zou ik mezelf permanente schade berokkenen. En daar had ik weinig zin in. Bovendien had ik een excuus nodig om naar nog meer podcasts te luisteren. Zo ben ik door Brussel beginnen te wandelen, de stappenteller bij de hand. En een depressie, dat doet ook veel voor je gewicht.

Ik ben heel benieuwd of Wraakengel zal doen wat ik voor ogen heb, maar ik ga daar niet van uit. Je kunt het als iets lichts opvatten, een snelle hap, maar ik beschouw het als een flinke kroket. Ik misbruik het sjabloon van de superheld om het over relaties te hebben, over ouderschap, verantwoordelijkheid, ambities, persoonlijk falen… Dat is niets nieuw, hè. De Avengers doen dat ook. Marvel slaagt erin om miljoenen mensen naar de bioscoop te lokken voor films over trauma’s, privacy en geweld tegen vrouwen, maar dan aanlokkelijk verpakt. Zo’n personage als Jessica Jones, dat is eigenlijk een Trojaans paard.

Is Wraakengel een feministisch boek?

Vandecasteele:Het is niet aan mij om dat te beoordelen.

Tweede poging: ben jij een feminist?

Vandecasteele: (denkt) Ook dat moet je niet aan mij vragen. Een man die zich out als feminist, doet me altijd denken aan die sketch van Saturday Night Live, waarin een man met een Hillary Clinton-shirt op café zijn tong in de mond van een links meisje duwt.

'Mijn moeder belde me met de mededeling dat ik arm was. Doet ze wel vaker, maar die keer was ik tienduizend euro kwijt.'
‘Mijn moeder belde me met de mededeling dat ik arm was. Doet ze wel vaker, maar die keer was ik tienduizend euro kwijt.’© Kaat Pype

‘Feminism is the radical notion that women are human beings’, las ik ooit. Een vrouw is geen excuus, geen lustobject, niet iemand die vereerd moet worden, gewoon een mens aan wie je dezelfde dingen zou vragen als aan mij. Ik hoop dat ik dat altijd waarmaak. Maar langs de andere kant: wie ben ik om als man te schrijven over vrouwen en wat ze meemaken?

De vraag stellen is ze beantwoorden.

Vandecasteele:Even heb ik een vrouwelijke schuilnaam overwogen. Maar tegelijk dacht ik: dit is literatuur, het draait om verbeelding. Als het daarin niet kan, waar dan wel? Esther leunt als personage ook heel dicht bij mij aan. De twijfels die zij over haar ouderschap heeft, die heb ik ook. Daarom was haar kind in de eerste versies van het boek ook een zoontje, omdat ik zonen opvoeden moeilijk vind. Tegen je dochter zeg je: kom op voor jezelf, laat je niet muilkorven. Maar hoe leg je dat uit aan je zoon zonder dat hij een macho wordt? Het was een dame van de uitgeverij die mij erop wees dat een zoontje met superkrachten de boodschap zou ondersneeuwen: Esther zou dan opnieuw een man als meerdere moeten aanvaarden.

Wat kan de Vlaamse literatuur leren van Marvel?

Vandecasteele:Veel. (denkt na) Véél. De schaamteloosheid om voor de impact te durven schrijven, om je omver te blazen en te verwennen. Enthousiasme, daar gaat het mij om in de nerdcultuur. Geeks zoeken zelfs in de meest banale Transformers-film naar easter eggs. Ik wil dat ze die passie ook voor mijn boeken koesteren. Maar om dat te bereiken moet je hen tegemoetkomen.

Toen ik begon te schrijven, werden de dingen die mij interesseerden – zombies, vampieren en comic books – weggezet als pure pulp. Vandaag kun je alleen maar vaststellen dat de nerds hebben gewonnen, al is het maar omdat er miljarden aan hen worden verdiend en literatuur het moet opnemen tegen Game of Thrones. Je kunt daar twee kanten mee op: schrijven zoals dat soort reeksen, met grootse beelden en veel spanning, of je in jezelf keren en bekentenisliteratuur schrijven. Ieder zijn ding, maar zelf hou ik meer van dit (richt zich op) dan dit (krimpt in elkaar).

Blijft de vraag wat jij daaraan toe te voegen hebt.

Vandecasteele:Nerds worden enorm verwend, maar nog niet literair en nog niet hier. Niet dat ik me zo mordicus aan Vlaanderen vastklamp, maar ik vind het jammer dat meteorieten altijd in New York moeten vallen. Als ik naar The Walking Dead kijk, vraag ik me af wat er in Brussel gebeurt. Dat heeft ook met geldingsdrang te maken: met alles wat ik doe, wil ik de eerste zijn.

Met alles wat ik doe, wil ik de eerste zijn.

En daarom is Wraakengel geen superheldenroman, maar een superheldenroman-met-audioboek.

Vandecasteele:Ik wil voorbij het goedkeurende ‘mmm, interessant’. Ik wil dat er opgekeken wordt: wat heeft hij nú weer verzonnen? Dat prikkelt mij. En ik ben graag geprikkeld. (staart gedurende tien seconden naar mijn handen) Geprikkeld, niet gekieteld. Ik zag je al klaar zitten, met je nagels. Niet gekieteld, geprikkeld. (wordt weer ernstig) Ik wil telkens opnieuw hetzelfde bewijzen, dat het kan, dat we niet tevreden mogen zijn met de beperkte plek die we als schrijvers krijgen toebedeeld.

Waarmee we bij een je stokpaardjes beland zijn: de underdogpositie van de Vlaamse literatuur en hoezeer die zich daar volgens jou in wentelt.

Vandecasteele:Mij hoor je niet zeuren dat literaire krantenbijlages kleiner worden – alles wordt kleiner in kranten, buiten de advertenties – maar ik vind wel dat onze schrijvers heel gemakzuchtig zijn geworden, dat ze te blij zijn met de weinige lezers die er zijn.

Ik kom uit het theater en de comedy en werk nu aan voorstelling voor Bronks en Kaaitheater. In de podiumsector zie je dezelfde mentaliteit: elk voor zich, niks voor een ander en vooral geen kritiek op de mensen die de steeds kleinere subsidiepot beheren. Als ik zie hoe weinig literatuur nog te betekenen heeft in het maatschappelijk debat en in het kunstendebat, dan maakt me dat triest. Dan is het maar aan mij om te tonen dat literatuur nog ellebogen heeft en zich moeien kan.

Bij wijze van uitsmijter: er hangt een bijzondere anekdote aan hoe je bij een van je hoofdpersonages gekomen bent. Iets met een volmacht, een Hollander en een glazen kamertje.

Vandecasteele:Mijn vader kreeg telefoon van een man met een Hollands accent die hem naar de code van zijn bankkaart vroeg. Waarop mijn vader – braaf als hij is – hem die gaf maar toch uit een soort wantrouwen naar de bank ging. Daar konden ze nog net zijn geld tegenhouden, maar niet dat van mij. Jep, mijn ouders hadden nog steeds een volmacht over mijn rekening. Waarom? Weet niemand.

Op dat moment belde mijn moeder naar mij met de mededeling dat ik arm was. Doet ze vaker, ze steunt mijn keuzes niet, maar die keer was ik dus echt arm: tienduizend euro kwijt. Ik herinner me nog dat ik langs één kant niets meer hoorde. Da’s typisch West-Vlaams, dat je fysiek misselijk wordt zodra er wat met je geld gebeurt.

Ik dus naar de bank, waar ik naar een glazen lokaaltje werd geleid. Naast mij, in een andere kamer, zat een jonge vrouw wild gesticulerend te vertellen dat haar kaart geblokkeerd was. Bleek na een tijdje dat mijn geld dus op die kaart stond. Ze was gekomen om de laatste duizend euro op te halen. Het wonderbaarlijke aan de hele situatie was hoe kalm ze bleef, ook al moest ze doorhebben dat ze gepakt was. Ze bleef er zo cool en krachtig onder dat ik er meteen een personage in zag. Ze was voor mij een glimp van een wereld waar je als blanke normaal gesproken nooit toegang tot hebt, als een affiche vol Arabische teksten die plots in het straatbeeld opduikt.

Dus…

Vandecasteele:Dussssssssssss? Je klinkt als mijn therapeut.

Dus nu is het uitkijken naar de tv-reeks Wraakengel. En dat terwijl Bruno Wyndaele pas nog in Humo heeft laten optekenen dat het geld voor Vlaamse televisie op is.

Vandecasteele:Voor Bruno is er geen geld meer, maar voor mij hebben ze nog wat overgelaten.

Wraakengel

Als audioboek, in zes afleveringen, verkrijgbaar op Storytel.com. De papieren versie is uit bij Lebowski.

Joost Vandecasteele

Geboren in 1979 als West-Vlaming, maar al jaren gevestigd in Brussel.

Studeert theaterregie aan het RITCS en speelt tot 2009 bij Abattoir Fermé.

Publiceert boeken als Massa (2012), Vel (2013), Jungle (2016) en, samen met Jeroen Los, de beeldroman Bella (2017).

Heeft als missie om literatuur los te rukken van papier: ‘Ze heeft te veel voor mij betekend om ze te laten verstoffen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content