John Irmongers klimaatroman ‘Het jaar van de doejong’ blijkt papierverspilling te zijn

1 / 5
© Getty

John Ironmonger, Signatuur

Het jaar van de doejong

Oorspronkelijke titel: The Year of the Dugong, 120 blz, 18,99 euro

1 / 5
© National
Roderik Six
Roderik Six Journalist voor Knack

Kun je iemand berechten voor planeetmoord? John Ironmonger zet de mensheid in de beklaagdenbank.

Toby Markham, een succesvolle zakenman van zestig, wordt wakker in een rudimentair ziekenhuis. Het ruikt er naar zwavel en verbrand vlees. Het laatste wat hij zich herinnert: hij was aan het skiën in Val d’Isère. Zijn jongere collega’s hadden hem uitgedaagd om de zwarte piste af te suizen. Dat is blijkbaar fout afgelopen maar het blijft onduidelijk waar hij zich nu precies bevindt. Een verpleegster beweert dat ze in Cambridge zijn maar hoe is hij daar terechtgekomen? Hebben ze hem overgevlogen met zijn privéjet?

Bij nader inzien kan dit geen ziekenhuis zijn. Het wordt er nooit donker, zijn eten bestaat uit een grauwe bouillon en niemand wil of kan hem een telefoon geven. Maar hij krijgt wel bezoek. Niet van zijn ex of zijn dochter, maar van een advocate die hem probeert uit te leggen dat hij wordt aangeklaagd voor terracide en genocide. Zware beschuldigingen, met een zware strafmaat: als hij schuldig verklaard wordt, zal een beul hem langdurig folteren. De techniek heet ‘de langzame dood’ – eerst hakken ze een vinger af en over een paar maand nog één, en daarna een ledemaat, tot er van Markham een minimaal mensje overblijft.

Centrale zin: ‘Laten we deze man veroordelen tot zijn langzame dood en laten we dan verdergaan met onze ellendige levens.’

Markham denkt dat hij het begrijpt. Als CEO van een hedgefund is hij gekidnapt door ecoterroristen die hem een lesje willen leren. Dat zou ook de belachelijke namen verklaren die hij te horen krijgt: Schubdier en Pagevlinder, dat moeten aliassen zijn. Deze groteske beschuldigingen, dit vals tribunaal: het is één grote hippiegrap om hem belachelijk te maken.

Nu, hij zal zich met hand en tand verdedigen. Met zijn hedgefund heeft hij zijn best gedaan om groene investeringen te lanceren, maar die brachten simpelweg niet voldoende op om de investeerders tevreden te houden. Ja, hij kende de alarmerende klimaatrapporten – zakenmensen zijn altijd geïnteresseerd in de toekomst – maar uit de apocalyps kun je geen winst puren. Wel was er dat ene veelbelovende Cambridgeproject waarbij rijkaards via cryogenetica hun eigen dood zouden overleven…

Je hoeft geen bolleboos te zijn om het raadsel van Het jaar van de doejong te ontrafelen. Dat is ook niet het oogmerk van de Britse auteur John Ironmonger, die met De dag dat de walvis kwam een internationale bestseller scoorde. Ironmonger wil zijn lezers wakker schudden: als we zo verder doen, is het einde der tijden nakend. Altijd nobel, een auteur die de klimaatproblematiek op de agenda wil zetten, maar Ironmonger bewijst de groene ridders geen dienst. Zijn apocalyptische sprookjesroman is te pamflettair, het verhaal te dun en de personages overstijgen nooit hun symboolfunctie. Een klimaatroman die papierverspilling blijkt te zijn, veel bijtender krijg je ironie niet.

Het jaar van de doejong*

John Ironmonger, Signatuur (oorspronkelijke titel: The Year of the Dugong), 120 blz., € 18,99.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content