‘ZELFS IN HET VATICAAN MAKEN MIJN VERKRACHTE NONNEN IETS LOS’

Regisseuse ANNE FONTAINE. 'Ik heb niets aan het toeval overgelaten: voor LES INNOCENTES ben ik zelf in twee kloosters op retraite gegaan.'

De Franse regisseuse Anne Fontaine weet haar onderwerpen te kiezen. In Two Mothers begonnen twee hartsvriendinnen een amoureuze relatie met elkaars zoon. Les innocentes gaat over Poolse benedictinessen die verkracht zijn door het Rode Leger en op het punt staan te bevallen. ‘Niets is zo moeilijk voor kloosterzusters als verzaken aan het moederschap.’

Doet de naam Anne Fontaine een belletje rinkelen? Het is zomaar mogelijk dat u haar niet kent en toch haar films gezien hebt. Een stuk of vijftien heeft de Frans-Luxemburgse regisseuse er al gemaakt. Daaronder het licht erotische Nathalie… (2003) met Emmanuelle Béart, een thriller en een komedie met Benoît Poelvoorde (Entre ses mains en Mon pire cauchemar), de biopic Coco avant Chanel (2009) en Two Mothers (2013), een adaptatie van Doris Lessings kortverhaal over twee hartsvriendinnen (Naomi Watts en Robin Wright) die in een paradijselijk Australië naar bed gaan met elkaars zonen.

Anne Fontaine valt niet op. Ze drijft het drama zelden op de spits, beent haar onderwerpen niet vaak uit en kiest voor een stijl tussen degelijk en deftig. Maar ze weet haar onderwerpen te kiezen. In het in Frankrijk door pers en publiek omarmde Les innocentes vertelt ze het verhaal van een jonge Franse geneeskundige die zich in december 1945 in het grootste geheim ontfermt over de zwangere zusters van een afgelegen Pools klooster. De nonnen zijn zwanger geworden na ongewenst bezoek van soldaten van het Rode Leger, maar houden dat liever geheim.

Ik heb een donkerbruin vermoeden dat je dit verhaal niet uit je duim gezogen hebt. Waar eindigt de werkelijkheid en begint de fictie?

ANNE FONTAINE: We baseren ons op een dagboek van Madeleine Pauliac, een jonge Franse arts die door het Rode Kruis in 1945 naar Polen gestuurd werd om Fransen te repatriëren. Eigenlijk is het meer een logboek dan een dagboek. Pauliac noteerde elke dag heel sober en laconiek wat ze daar gedaan had. Op een bepaald moment heeft ze het over kloosterlingen die meermaals verkracht zijn door soldaten van het Rode Leger en op het punt staan te bevallen. Veel meer weten we niet. Het dagboek leert je niet wat er precies gebeurd is, hoe de verstandhouding tussen de zusters was of hoe ze tegenover hun geloof en tegenover het nakende moederschap stonden. Een Poolse historicus heeft voor mij de authenticiteit van de feiten gecheckt. Hij bevestigde dat zulke zaken effectief gebeurd zijn. Ook in Silezië zijn nonnen verkracht door het Rode Leger. Sommigen lieten er het leven bij, anderen raakten zwanger. Uit die feiten hebben we een romanesk verhaal gedestilleerd.

Waren de hiërarchische oversten op de hoogte van die verkrachtingen?

FONTAINE: Ik ben geen expert, maar ik weet wel dat de militaire leiding sovjetsoldaten heeft aangemoedigd om te verkrachten. Ze waren de enigen niet. Op het einde van de Tweede Wereldoorlog zijn er verschrikkelijke dingen gebeurd. Verkrachtingen zijn altijd al een oorlogswapen geweest. Vandaag komt die praktijk nog altijd voor, in tal van oorlogsgebieden. Vooral religieuzen lopen een risico, wegens hun status. Geestelijken verkrachten is het meest grensoverschrijdend en opwindend.

Die Poolse benedictinessen staan ver van ons af. Ze leven in een andere tijd én in een andere wereld. Hoe heb je die kloof kunnen overbruggen?

FONTAINE: Mijn film is totaal geen documentaire, maar het was belangrijk dat ik die gemeenschap zo authentiek mogelijk probeerde te schetsen. Drie weken geleden was ik in het Vaticaan en alle mensen in de omgeving van de paus waren zeer geraakt door de waarachtigheid van de film. Ik heb niets aan het toeval overgelaten. Om een kloostergemeenschap van binnenuit te leren kennen, ben ik op retraite gegaan in twee kloosters. Ook al ben ik geen praktiserende gelovige, ik heb exact als de zusters geleefd. Dat was razend interessant. Ik leerde hoe het voelt om in een gemeenschap te leven en hoe broos hun geloof wel is. Hun relatie met God is mysterieus. Hun dagen staan volledig in het teken van contemplatie. Ik heb daar formidabele vrouwen leren kennen, met wie ik heel intieme gesprekken kon voeren.

Over zwangere zusters?

FONTAINE: Ook. Niks is zo moeilijk voor kloosterzusters als verzaken aan het moederschap. Dat valt hen nog veel zwaarder dan verzaken aan hun seksualiteit. Ik kan daar wel in komen. Beslissen om nooit moeder te worden is voor een vrouw zeer aangrijpend. Die zusters zijn vaak op een andere manier moeder, ze zorgen voor mensen, maar dat blijft toch eerder symbolisch. Veel zusters sukkelen rond hun veertigste, wanneer de theoretische mogelijkheid om nog zwanger te worden vermindert, met depressies. Het onderwerp lag voor hen dus heel gevoelig.

Ben je in de film niet te begripvol voor de moeder-overste? Ze wil de feiten geheimhouden ten koste van de gezondheid van de kloosterlingen en de baby’s. Dat is toch heel lelijk?

FONTAINE: Ik maak toch geen engel van haar? In die tijd werden er in naam van het geloof of religieuze dogma’s dingen gedaan die we vandaag aberrant vinden. Je kunt haar niet verdedigen, maar wel begrijpen. Op het einde offert ze zichzelf op, zonder overleg met de gemeenschap. Dat is een autoritaire, duistere en tegennatuurlijke beslissing. Ze gelooft in de voorzienigheid en ze redeneert dat de zusters een vogel voor de kat zijn als ze blootgesteld worden aan de publieke schande. Alles geheimhouden en alle sporen uitwissen is volgens haar de weg van het minste kwaad. Wij vinden dat uiteraard abnormaal, maar ik heb haar logica en haar interne tweestrijd willen tonen. ‘Ik heb mezelf verloren om jullie te redden’, zegt ze. Ze is haar eigen slachtoffer. Sommige kijkers vinden haar daarom aangrijpend.

Volgend jaar sta je vijfentwintig jaar in het vak. Film nummer vijftien is aangekondigd. Niet slecht voor iemand die geen filmopleiding heeft genoten.

FONTAINE: Op mijn twintigste was ik danseres en daarna actrice. Op mijn 22e, 23e ben ik daarmee gestopt omdat ik me niet op mijn gemak voelde op een podium of voor de camera. Dat was niks voor mij. Ik heb diverse dingen gedaan om mijn brood te verdienen tot ik op een blauwe maandag aan een filmscenario ben begonnen. Het leek me heel onrealistisch dat dat scenario ooit verkocht zou raken. Mensen moedigden me wel aan om het project verder te zetten. Voor ik er erg in had, was alles klaar om te draaien. Ik voelde me daar niet meteen op mijn plaats. Ten eerste was het nooit een droom geweest om te regisseren. Ten tweede kende ik er niets van. Ik ben niet naar de filmschool geweest. Over de decoupage wist ik zo goed als niets. Maar Les histoires d’amour finissent mal… en général (1993) werd geselecteerd voor Cannes en won de Prix Jean Vigo. Verhaal na verhaal heb ik me het beroep eigen gemaakt en stilaan heb ik een eigen stem gevonden. Al vind ik regisseren nog altijd een vreemd beroep. Ik heb me in Polen afgevraagd of ik niet zot geworden was: een film draaien met een crew die Engels noch Frans praat. Wie niet zorgeloos genoeg is, begint daar niet aan; wie niet volhardend genoeg is, haalt de finish niet.

LES INNOCENTES

Vanaf 9/3 in de bioscoop.

DOOR NIELS RUËLL

‘VERKRACHTINGEN ZIJN ALTIJD AL EEN OORLOGSWAPEN GEWEEST. EN GEESTELIJKEN VERKRACHTEN IS HET MEEST GRENSOVERSCHRIJDEND EN OPWINDEND.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content