Hij was dé pionier van de Amerikaanse independentcinema, dé meest geliefde acteursregisseur en dé eeuwige Hollywoodrebel. En toch leverde het John Cassavetes nooit meer op dan de status van cultheld. Hoog tijd om daar alsnog verandering in te brengen, met de nieuwe dvd-boxThe John Cassavetes Collection én met deze zuur verdiende hommage.
De misverstanden
Sinds zijn dood in 1989 is John Cassavetes uitgegroeid tot boegbeeld van de zogeheten Maverick Directors. Komen de man en de mythe echter wel overeen? Een portret aan de hand van enkele hardnekkige misverstanden.
Hij wilde niets met Hollywood te maken hebben
Cassavetes mag dan de filmannalen zijn ingegaan als de ultieme Hollywoodrebel, de Griekse immigrantenzoon uit New York heeft het gros van zijn carrière wel degelijk in de schaduw van Tinseltown gewoond. Zo vestigde hij zich na zijn doorbraak als acteur in de detectiveserie Johnny Staccato (1959) en na het draaien van zijn debuutfilm Shadows in 1959 definitief in Hollywood om daar voor MGM twee studiofilms in te blikken: Too Late Blues (1961) en A Child is Waiting (1963). Beide films werden grote flops, aangezien Cassavetes’ collectivistische ‘home movie’-esthetiek regelrecht indruiste tegen de regels van het klassieke studiosysteem. ‘Aanvankelijk wilde ik Frank Capra-achtige films maken’, gaf hij ooit toe. ‘Maar uiteindelijk bleek ik enkel in staat om zotte, harde films te maken. Je bent nu eenmaal wie je bent.’
Desondanks zou hij Hollywood nooit meer verlaten. Het was niet alleen de plek waar hij als acteur het makkelijkst geld kon verdienen om in zijn eigen films te investeren – denk aan zijn bijrollen in Roman Robert Aldrichs The Dirty Dozen (1967), Polanski’s Rosemary’s Baby (1968) en Brian de Palma’s The Fury (1978). Het was ook de stad waar zijn vaste kliek aan medewerkers woonde – de zogeheten Cassavetes Clan – waardoor hij te allen tijde over gratis acteurs en productiefaciliteiten kon beschikken en dus volledig onafhankelijk van de studio’s kon werken.
Al zijn films waren geïmproviseerd
‘John geloofde niet in het verhaal’, aldus zijn vriend, fotograaf en production designer Sam Shaw. ‘Hij geloofde in personages. Zijn credo was: blijf lang genoeg bij je personages en het verhaal volgt vanzelf.’ Als geschoold methodacteur stond Cassavetes er dan ook op om vooraf intensief met zijn acteurs te repeteren en hen zelf te laten speuren naar de motivatie van de personages, iets wat in het studiosysteem te veel geld zou kosten. ‘Regieaanwijzingen vond John afstompend voor de creativiteit van zijn acteurs’, getuigt Ben Gazzara, hoofdrolspeler uit Husbands (1970) en The Killing of a Chinese Bookie (1976). ‘Vandaar dat hij soms urenlange monologen afstak, terwijl hij gewoon wilde zeggen: beweeg wat meer naar links of naar rechts.’
De zelfstandigheid die Cassavetes zijn acteurs schonk – met habitués als Peter Falk, Ben Gazzara, Seymour Cassel en zijn eega Gena Rowlands als bekendste namen – betekent echter niet dat al zijn films ‘geïmproviseerd’ waren, zoals vaak wordt beweerd. Alleen zijn eerste film Shadows kwam tot stand na improvisatieworkshops. Alle andere waren vooraf lijn voor lijn uitgeschreven, ook omdat Cassavetes weigerde zijn scenario’s in een star productieschema te persen en erop stond om zoals op het toneel telkens in chronologische volgorde te werken. Verschillende van zijn films vloeiden trouwens uit toneelstukken voort – denk aan A Woman under the Influence (1974) en Love Streams (1984). ‘Johns films zijn als hemzelf’, aldus collega-regisseur en filmhistoricus Peter Bogdanovich. ‘Ze ogen spontaan en ongestructureerd, maar zitten heel complex en slim in elkaar.’
Techniek interesseerde hem niet
Cassavetes mag in interviews vaak provocerend hebben beweerd geen ruk in camera- of montagetechnieken geïnteresseerd te zijn, je mag de meester wat dat betreft gerust met een korrel zout nemen. Aan zijn fetisjacteur Ben Gazzara vertelde hij namelijk net het tegenoverstelde, dat hij de cameraman niet als een documentaire registrator zag, maar eiste dat hij in de actie participeerde. ‘Dat klopt’, bevestigt zijn huisproducent Al Ruban, die ook het camerawerk verzorgde voor vier van zijn twaalf langspelers. ‘De camera moest de acteur ruimte geven, maar tegelijk moest je zijn aanwezigheid voelen. Vandaar dat we vaak werkten met lange takes en direct geluid. Het was de bedoeling om het innerlijk van de personages te vatten op een bijna antropologische, maar filmisch dominante manier.’ Bovendien besteedde Cassavetes ook veel aandacht aan de montage, waaraan hij in zijn privémontagekamer vaak maandenlang sleutelde. Meestal waren zijn films immers gebaseerd op rough cuts van tien uur die vervolgens in teamverband werden gecondenseerd tot langspelers van 120 à 150 minuten. Dat neemt niet weg dat Cassavetes zich wel degelijk verzette tegen het professionele overwicht van de techniek waaraan de acteurs meestal ondergeschikt waren. ‘Hij wilde geen mooie gepolijste plaatjes à la Eisenstein’, legt Sam Shaw uit. ‘Het echte leven bestaat tenslotte ook niet uit mooie gepolijste plaatjes.’
Het ging altijd om zelfexpressie, nooit om fundamentele maatschappijkritiek
Politieke films mag Cassavetes dan nooit hebben gemaakt, in zijn rake observaties van de Amerikaanse midden- en arbeidersklasse schuilt wel degelijk een pak maatschappijkritiek. ‘John liet de maatschappij zien in haar meest rauwe, authentieke en ongestileerde vorm’, aldus Peter Bogdanovich. ‘En dat was een maatschappij die helemaal ontregeld was.’ Bovendien liet Cassavetes zich zelden op sociale en culturele clichés betrappen, terwijl in zijn gedetailleerde milieuschetsen doorgaans een mild satirische blik op het stereotiepe taalgebruik en conformisme van Joe Sixpack te detecteren viel. ‘Eigenlijk gingen zijn films altijd over hetzelfde’, aldus Peter Falk, zijn fetisjacteur die vooral faam verwierf met de detectiveserie Columbo. ‘Iemand zei ooit: de mens is de geruïneerde versie van God. En John had nu eenmaal het vermogen om die ruïnes te vatten met een helderheid die jij en ik amper tolereren.’ Voor Falk was Cassavetes een ziener én een cultuurcriticus. ‘Lang voor er iemand van Martin Luther King had gehoord en zwarten nog achteraan in de bus moesten zitten, had hij als jonge blanke artiest al een film gemaakt (‘Shadows’; nvdr.) over de relatie tussen een zwarte vrouw en een blanke kerel. Iemand zei ooit dat John de dageraad een uur eerder zag dan de rest en zo was het ook.’
Hij is altijd een marginaal figuur gebleven
‘Oké, hij heeft nooit het grote publiek bereikt, maar so what?’, liet Ben Gazzara zich ooit verbitterd ontvallen. ‘De mensen willen makkelijke films waarin de held altijd wint. Ze houden van Arnold Schwarzenegger en ik ook. Hij verdient miljoenen en heeft mooie spieren. Prachtig toch? Ach, wat weet het grote publiek in vredesnaam van échte films, van échte kunst?’ Hoewel Cassavetes zijn leven lang diende te schooien om zijn projecten gefinancierd en verdeeld te krijgen en ook nooit een echte hit scoorde, valt zijn artistieke impact niet te onderschatten. Veel New Hollywoodfilmers als Martin Scorsese, Bob Rafelson en Peter Bogdanovich lieten zich rechtstreeks inspireren door zijn dwarse, antropologische oeuvre. Toch was Cassavetes teleurgesteld in de jongere generatie, die hem eerst enthousiast omarmde, maar zichzelf daarna in het uitstalraam van Hollywood zette. Of zoals hij het zelf uitdrukte: ‘Al die jonge mensen met talent die alleen maar wanhopig schreeuwen: Koop me! Koop me!’
Ondanks – of net dankzij – het gebrek aan commercieel succes wist Cassavetes niettemin uit te groeien tot een onvervalste, door cinefielen en vooral acteurs bijna heilig verklaarde cultheld. Tal van hedendaagse filmers zoals Jim Jarmusch, Oliver Stone, Pedro Almodóvar, Lars von Trier en de gebroeders Dardenne prijzen de independentpionier nog altijd als een van hun mentors. ‘John was waarlijk origineel’, verklaart Peter Falk zijn mythische status. ‘Zowel qua inhoud als vorm. Wat hij te zeggen had, had niemand in de Amerikaanse cinema eerder gezegd en al helemaal niet op die manier. Het probleem was alleen dat hij zijn tijd vooruit was en een filmtaal sprak die de mensen niet begrepen.’
Hij was een romantische dromer
Cassavetes mag als filmmaker dan een Don Quichotachtige dwarskop zijn geweest die zijn leven lang tegen de windmolens van de filmindustrie vocht, een naïeve dagdromer was hij allerminst. ‘Hij was enorm koppig en gedreven omdat hij wist wat hij wilde’, aldus zijn oudste zoon Nick, die net als zijn vader aanvankelijk carrière maakte als B-acteur om daarna zelf in de regiestoel te kruipen – zie: The Notebook (2004) en Alpha Dog (2006). ‘Ik kan me niet herinneren dat hij ook maar één keer een compromis gesloten heeft. Als iets strijdig was met zijn karakter, vertikte hij het om toe te geven.’ Bij Peter Falk komt hetzelfde beeld naar voren van een obsessief, bijna maniakaal gedreven entrepreneur. ‘Van tien cent kon hij tien dollar maken. Hij was een keiharde en lepe onderhandelaar. Wat handig was aangezien hij altijd geld te kort had om zijn films te financieren.’
Bovendien bleek Cassavetes ook niet altijd de charmante ladies man uit zijn films of de zachtaardige, door zijn ensemble vereerde filmgoeroe. Zijn Griekse temperament speelde hem meer dan eens parten. ‘Hij was een driftkop en had een grote mond’, aldus zijn weduwe Gena Rowlands, met wie hij van 1954 tot aan zijn dood in 1989 was getrouwd. Dat mocht ook Lynn Carlin aan den lijve ondervinden, de actrice uit Faces (1968) die eigenlijk secretaresse was en nooit eerder voor de camera had gestaan. ‘Ze was er in extremis bijgekomen’, herinnert Sam Shaw zich. ‘Er was geen tijd meer om met haar te repeteren, wat vooral een probleem was voor de emotionele scènes. Op een bepaald moment deed John daarom alsof hij gek geworden was. Hij pakte een mes en dreigde Lynn ermee in stukken te rijten. En of ze overtuigend huilde! En of ze genomineerd werd voor haar rol!’ ‘Soms kon ik hem vermoorden’, geeft zelfs zijn protegé Peter Falk toe. ‘Hij zei nooit wat hij precies wilde en liet je bewust in het ongewisse. Om je van je stuk te brengen en ervoor te zorgen dat je niet op routine zou spelen. Tijdens Husbands had ik het echt met hem gehad en schreeuwde ik: ‘Ik wil gerust nog met je werken als acteur, maar nooit meer als regisseur. Nooit meer!’ Cassavetes overleed uiteindelijk op 3 februari 1989 aan een levercirrose, volgens een enkeling het gevolg van eerder opgelopen hepatitis, volgens de meesten van zijn buitensporig drankgebruik.
The John Cassavetes CollectionUit op 27/10, bij Lumière. Info op www.lumière.be
Win 10 exemplaren vanThe John Cassavetes Collection (6-delige dvd-box). Zie pagina 6.
Trakteert op FOCUSKNACK .BE
Door Dave Mestdach
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier