Voor het artwork van ‘Pocket Revolution’ deed Tom Barman een beroep op Marc Meulemans, de vormgever van het maandblad Deng die eerder al de roemruchte hoes van 2manydjs bedacht en ook het artwork verzorgde voor ‘any way the wind blows’

EXTRA OP WWW.FOCUSKNACK.BE : OUDE INTERVIEWS MET tom barman.

‘POCKET REVOLUTION’ : 12/9, UNIVERSAL

Hoe waren de reacties totnogtoe?

Tom Barman: Heel positief, maar wel een beetje tegenstrijdig. Duister/troostend, samenhangend/ecclectisch, vernieuwend/ back to basics: blijkbaar hoort iedereen iets anders, net als bij onze vorige platen. Het strafste was een Italiaanse journalist, die zijn interview begon met: ‘Tom, se first song issa commercial suicide! Seven minutes!’ Waarop ik: ‘Do you really think so?’ En hij weer: ‘No no, off course not. Itsa brilliant song! Perfect!’(lacht) Maar voor mij is het allemaal prima. De plaat is er, dat is het belangrijkste.

Mij vallen vooral je teksten heel erg op. ‘Devil’, ‘guilt’, ‘sin’: de Grote Woorden hebben hun intrede gemaakt.

Barman: Het is een moeilijke periode geweest, dat zit er voor veel tussen. Tegenslagen, conflicten, crisissen, personeelswissels – ik heb geen zin om dat hier allemaal weer op te rakelen, maar het lijkt me logisch dat daarvan een en ander is doorgesijpeld naar mijn songs. Ik ben sowieso al niet Mister Pretpunk, hé. Ik graviteer altijd naar donkere dingen, zelfs als ik nummers schrijf in Spanje, zoals voor The Ideal Crash. Geef me een gitaar, ik pak onmiddellijk naar A mineur. En ik ben ook een beetje een drama queen, natuurlijk. Op deze plaat wilde ik geen halfbakken metafoortjes. Een ‘kat’ moest een ‘kat’ zijn – de fuckin’ full monty. Beladen woorden, krachtige beelden: geen ‘foutjes’ maar ‘sins’, geen verleidingen maar ‘devils’.

In ‘Stop Start Nature’ zing je over ‘Camelot in washed out jeans’. Dat is meer dan gewoon ‘beladen’, dat is bijna barok.

Barman:(grijnst) Da’s een metafoor voor iemand die valt, gestolen uit JFK van Oliver Stone. Onmiddellijk na de moord op Kennedy zegt Guy Bannister: ‘It’s all crumbling down for them. Camelot in smithereens.’ Ik vond dat nogal een mooie metafoor. ‘Pocket Revolution’ is ook al zo’n beladen beeld, hé. Maar het past wel mooi in de rij van de tegenstrijdige dEUS-titels: Worst case scenario, In A Bar Under The Sea, The Ideal Crash, Pocket Revolution. Je kan er vanalles in zien – in Les Inrockuptibles noemde iemand het ‘un titre ambitieux en miniature’.(lacht) Maar voor mij gaat het vooral om: ‘Hoe fundamenteel kan een mens veranderen? Zijn de veranderingen die we doormaken geen storm in een glas water? Zijn het niet gewoon revoluties in zakformaat?’

‘Include Me Out’ begint met een meisjesstemmetje dat ‘Hello from the children of planet earth’ zegt. Ook uit een film?

Barman: Nee, dat zinnetje heb ik door een onwaarschijnlijk toeval opgepikt. Ik wilde een radiofragment op de plaat, en dus zat ik ’s nachts wat op de middlewave van een kapotte ghettoblaster te surfen. En plots kwam ik op een programma over een sonde die ze eind de jaren ’60 de ruimte hadden ingeschoten om aan eventuele intelligente buitenaardse wezens uit te leggen wat de mensheid precies was. Er zaten foto’s in, geluidsopnames, een toespraak van de president… Toen ik dat programma hoorde, dacht ik: ‘Dit is het! Dit past perfect bij de plaat, al was het maar voor de hoes.’ En uiteindelijk heb ik dat zinnetje dan nog snel-snel kunnen opnemen op een cassetje dat in de studio lag, vol Duitse schlagers. (lacht)

Barman: Natuurlijk wel. In het dagelijkse leven is zelfrelativering een deugd, maar als je iets aan het maken bent, kan je jezelf niet serieus genoeg nemen. Stel je voor dat je in de studio zou stilstaan bij de complete zinloosheid van het bestaan, of het feit dat je statistisch gezien maar veertig jaar meer te leven hebt. Dan zou je toch niks goeds meer maken? Het is net omdat het allemaal compleet zinloos is, en omdat je statistisch gezien maar veertig jaar meer te gaan hebt, dat je tracht het onderste uit de kan te halen. Je probeert je tijd zo aangenaam mogelijk door te brengen.

Met permissie: bij ‘aangenaam’ denk ik niet aan ’tegenslagen, conflicten, crisissen en personeelswissels’.

Barman: (geïrriteerd)Niets voor niets, zeker? Aan alles zit een prijs, iedere medaille heeft zijn keerzijde. Zelfs fantasie werkt in twee richtingen. Het laat je toe om platen te maken, of een film, maar het kan je ook naar beneden halen. Dan wordt het piekeren – paranoia. It cuts both ways.

‘Typisch voor succesrijke mensen, is de angst om ‘ontmaskerd’ te worden’, las ik ergens. ‘Succes geeft hen een schuldgevoel: ze denken dat ze het niet waard zijn.’ Herkenbaar?

Barman: Absoluut. Er zijn momenten geweest dat ik – letterlijk – alles wat ik op MTV zag beter en interessanter vond dan mijn eigen shit. Dido, Live, Good fuckin’ Charlotte – álles. Een neerwaartse spiraal van zelftwijfel, zeg maar: zelfhaat. Want ook drive werkt in twee richtingen, hé. It gets things done, maar als het slecht gaat, zet het serieus wat PK achter de downward spiral. Ik herinner me dagen dat ik dacht: ‘ This is it, het is ermee gedaan. Dit is Het Einde.’ Drama

queen, daar heb je ’t weer. (lacht) Achteraf denk ik dat veel te maken had met die pauze van zes jaar, misschien was dat wel te lang. Niet dat ik daar spijt van heb – begrijp me niet verkeerd – maar het deed wel rare dingen in mijn kop. Plots kwam ik terug in een wereld die iets voor anderen betekende, waar anderen een visie over hadden. Voordien had ik mij daar nooit iets van aangetrokken, maar nu begon ik me plots vragen te stellen. ‘Wie zijn we?’ ‘Waar komen we vandaan?’ ‘Waar gaan we naartoe?’ Fuckin’ Jambers-vragen. (lacht) En als daar dan nog eens personeelswissels bijkomen, is het hek natuurlijk helemaal van de dam. Op zulke momenten komt alles ook altijd samen, hé. En het één maakt het ander alleen maar sterker. Ik had het bijvoorbeeld ook heel moeilijk met dertig worden. Zo’n gevoel van: ik héb alles al eens meegemaakt: liefde, dood, verlies en succes. Alles wat nu nog komt, kan alleen maar minder zijn, of in het beste geval een herhaling. Onzin, natuurlijk, maar op dat moment leek het allemaal verschrikkelijk dramatisch.

Herinner je je nog het moment van de kentering? Het licht aan het eind van de tunnel?

Barman: Ja, heel stom eigenlijk: een autorit met de Flippi, onze man in Spanje (ex-dEUS-manager Filip Eyckmans, hoteluitbater van En Frente Arte in Ronda; nvdr.). We reden samen naar een voetbalmatch in Malaga en ergens halfweg zette hij een rough mix van de plaat op. Ik was totaal niet in de mood om ernaar te luisteren – ik werd niet goed van het idee alleen al – maar na een nummer of drie was ik toch mee. Ik werd erdoor gepakt, terwijl ik overtuigd was dat ik het zou haten. Hoe lullig het ook mag klinken: vanaf dat moment wist ik dat het goed ging komen. Als je eigen muziek je pakt op momenten dat je het minst verwacht, zit het goed. It’s gotta give back when you least expect it. Da’s mijn nat vingerke, altijd al geweest. (Lange stilte) Ik heb mezelf echt moeten overwinnen om deze plaat te kunnen maken. Ik denk dat ik al mijn angsten en zenuwen heb opgebruikt.

In ‘Sun Ra’ zing je: ‘Making a point in conversations / That I’ll never hold / Protect myself from rumours / That’ll never be told / Choking on beauty / I usually don’t even see.’

Barman: Dat is het helemaal. Voor mij zijn dat de belangrijkste zinnen van deze plaat, zeker ‘Choking on beauty…’Sun Ra gaat over niet kunnen slapen omdat er te veel dingen in uw kop spelen. Je kent dat wel: ‘Waarom heb ik dát toen niet gezegd?’ ‘Waarom ben ik niet zo?’ ‘Waarom heb ik dat mooie moment laten passeren?’ ‘Waarom word ik pas nu ontroerd, terwijl het al te laat is?’ Zelfbewust in bed liggen – dat overkomt me vaak. Overdag ga ik maar dóór, maar ’s avonds komt de maalstroom op gang. Dan zie ik de mooie dingen waar ik geen aandacht voor had, de kansen die ik liet liggen. Pas op, ik vind dat niet negatief, hé. Paranoia is niets anders dan fantasie -omgekeerde fantasie. Maar het kan wel een uitstekende drijfveer zijn. ‘A good propeller’, zoals Beefheart al zei.

‘Stop Start Nature’ gaat over ‘all schemes and programs / You have (…) built in.’ ‘Need a small device to screw it out’, besluit je.

Barman: Da’s een van de weinige stream of consciousness-teksten op deze plaat. Voor The Ideal Crash en Magnus schreef ik bijna al mijn teksten zo. Automatic writing: krantenkop zien, kraan openzetten en schrijven. Maar deze keer wou dat ik dat ze wat meer afgemeten waren. Helder en transparant. In Stop Start Nature vraag ik me af waarom we onszelf bepaalde dingen opleggen. Geen morele gedragscodes – niet racistisch zijn, geen mensen kwetsen – maar principes. Regeltjes waarvan je je achteraf afvraagt: ‘Waarom heb ik daar in godsnaam ooit naar geleefd? Waarom was ik niet vrijer in mijn denken, mijn handelen?’ Ik heb niet direct concrete voorbeelden in gedachten, maar ’t is wel iets dat me heel erg bezighoudt. ‘Waarom doen we wat we doen? Wat bepaalt ons handelen? Zijn we wel wie we denken te zijn? Of zijn we wat we doen?’ Let’s See Who Goes Down First, op The Ideal Crash, gaat daar ook over. ‘I was thinking a million different lives’: niet willen toegeven aan dat ene leven, dat ene pad dat om de een of andere reden voor je werd uitgestippeld.

Je wil niet gedetermineerd worden.

Barman: Voilà! Je hoort dat ook aan de muziek die uit me komt, vind ik. Die laat zich niet zomaar vastpinnen, die wil alle kanten uit. (Denkt na) Ik vind het verschrikkelijk om in een hokje gestopt te worden. Onlangs had ik het nog heel straf, toen ik een boekenwinkel binnenstapte om geld te wisselen voor de kapper. Kwam daar zo’n cultureel verantwoorde trut op me af – type: overgeparfumeerde Klara-luisterares, jaar of veertig, abonnement op Vrij Nederland, duidelijk te veel gelezen – die me had gezien in Zomergasten. ‘Jij doet alles volgens het boekje’, zei ze. ‘Je overdreven motoriek, hoe je je handen beweegt, hoe je door je haar wrijft. Allemaal perfect.’ Iemand anders zou wellicht gewoon zijn schouders ophalen, maar man! Ik ging compleet door mijn dak. Het idee dat zo’n kakmadam me kwam vertellen hoe ik in elkaar zat, het idee dat ze me daar basicallyen plein public stond uit te lachen… Ik voelde me op slag weer op de speelplaats van de kleuterschool. ‘Gij hebt een dikke neus.’ ‘Ja, maar gij hebt een bril.’ Dezelfde onbeschaamde grofheid, maar dan van een volwassene.

Wat heb je geantwoord?

Barman: ‘Er zijn kosten aan, ik weet het.’ En dan ben ik naar buiten gestapt. Woedend was ik, razend – ook al omdat ik geen scherper antwoord kon verzinnen. ’t Heeft met macht te maken, hé. Zulke mensen willen je alleen maar reduceren. Ze doen er alles aan om je kleiner maken, zodat ze zichzelf groter kunnen voelen.

Als je daar zo gevoelig aan bent, waarom ga je dan op een podium staan? Is dat niet vrágen om beoordeeld te worden?

Barman: Ja, maar toch is dat iets anders. Mensen mogen zeggen: ‘dEUS, da’s toch een irritant groepke.‘ Dat is gewoon een kwestie van smaak. Maar ik kan absoluut niet verdragen dat mensen me in een vakje stoppen, of lomp doen tegen mij als mens. Om die reden heb ik ook een ongelooflijke hekel aan televisie-interviews. Als ik thuis televisie zit te kijken, zit ik iedereen constant uit te lachen. Maar ik gruwel van het idee dat anderen dat met mij zouden doen. Mensen die vaak op televisie komen, voor mij zijn dat echt hardcore masochisten. (lacht)

Hoe zit het dan met recensies? Vorige zomer kregen jullie na een paar try-outs de wind van voren in de Belgische pers. Voor het eerst, eigenlijk.

Barman: Ik zat in Portugal, dus heb ik die recensies niet gelezen. Maar ik kreeg wel de hele tijd telefoontjes, so it definitely struck a chord. Mijn zus, bijvoorbeeld, reageerde heel fel. Die was er echt niet goed van. (lacht) Zélf was ik op een vreemde manier eigenlijk opgelucht dat het gebeurde. Ik ken geen enkele semi-interessante artiest die niét ooit met de grond werd gelijkgemaakt. En alles ging toch al hopeloos fout, dus dat kon er nog wel even bij.

Stoorde het je dan niet dat er try-outs werden verslaan? Ik kan me geen enkele andere Belgische groep herinneren bij wie dat ooit gebeurde.

Barman: Ach, weet je: ik probeer dat soort dingen zoveel mogelijk als een badge of honor te dragen. Van hoeveel groepen komen de personeelswissels in het nieuws? In hoeveel groepen wordt openlijk met modder gesmeten? Bij hoeveel groepen gebeuren er fuckin’ drugsarrestaties die alle voorpagina’s halen? Blijkbaar hoort het er gewoon bij – the bad comes with the good. Plus: tegenwoordig is iederéén rockjournalist, hé. Als ik sommige gasten op café bezig hoor: dat zijn gewoon wandelende recensies. Vandaag vinden ze die groep goed, morgen die andere, overmorgen geen van beide meer. Here today, gone tomorrow. Ik kan dat allemaal wel relativeren. Hoewel, gisteren las ik in The Guardian een filmrecensie van Peter Bradshaw. Eerste zin: ‘The very title drains me of my will to live.’ Mochten ze zoiets ooit over mij schrijven… (lacht)

Even tussen haakjes: je stem klinkt on-waar-schijn-lijk mooi op deze plaat. Ik denk niet dat je ooit beter hebt gezongen.

Barman: Merci. Ik heb een bloedhekel aan producen, maar alleen al daarvoor ben ik blij dat we het deze keer zélf hebben gedaan. Mark Lanegan vertelde me een keer dat hij zelf niet naar Bubblegum kon luisteren, omdat hij vond dat zijn stem veel te hard stond. Vroeger had ik daar met onze producers ook altijd ruzie over, maar deze keer besliste ik alles zélf. Onlangs moest ik ook heel hard lachen met Iggy Pop, die in een interview vertelde dat hij The Passenger ooit tientallen keren na elkaar opzette. Elke keer hoopte hij dat het sneller zou klinken, omdat hij het te traag vond. Da’s zó herkenbaar – op de duur ga je over alles zo hard nadenken, dat je er gék van wordt.

In de credits van ‘Pocket Revolution’ maken Stef Kamil Carlens en Tim Vanhamel hun rentree, maar duiken ook namen op als Bill Funk. Who the hell is Bill Funk?

Barman: Da’s een technicus van de Brusselse ICP-studio, met een prachtige, doorleefde bromstem. Hij heeft ook een winkeltje met microfoons en versterkers, en toen ik ‘m daar de eerste keer hoorde praten, zei ik meteen: ‘Bill, you’ve got a fantastic voice, I’ll have to use it some day.’ Dus toen we voor Cold Sun Of Circumstance een duivel nodig hadden, dacht ik meteen aan hem. Het voordeel van een tijdje mee te draaien, is dat je op de duur perfect weet wat je kan en niét kan, en wie je waarvoor kan inzetten. Bij Pocket Revolution – de song – wist ik bijvoorbeeld meteen: backing vocals! En dus belde ik Radio Candip. (De achtergrondzangeressen van onder meer Roland en Zita Swoon; nvdr.)

In een vorig interview met Focus zei je: ‘Ik ben met vrijwel niemand compatibel, maar heel veel mensen zijn wel compatibel met mij.’

Barman: ’t Klinkt vreemd, ik weet het, maar kunnen we het daar niet bij laten? Al dat gepsychoanalyseer

Ik vraag het maar omdat Craig Ward al jaren geleden ‘een PJ Harvey’ in je zag: iemand die zich altijd zou omringen met talentrijke muzikanten, maar nooit voor eeuwig.

Barman:In hindsight lijkt dat zo, ja. Zelfs vóór Rudy (Trouvé), Jules (De Borgher) en Stef (Kamil Carlens) had ik al een heel parcours afgelegd. Drie gitaristen, drie drummers én drie bassisten. Maar ik had dat nooit zo gepland, het is gewoon toevallig zo gelopen. Soms staat er blijkbaar een vervaldatum op samenwerkingen, hoe jammer dat ook is.

Excuus als het cynisch klinkt, maar wént het eigenlijk, groepsleden die opstappen? Zoals in de liefde, waar de eerste exen het meest pijn doen?

Barman: Helaas. Iedere keer is anders, maar dees was toch het hardste. De timing, de omstandigheden, de manier waarop: in vergelijking daarmee was het vertrek van Rudy en Stef a picknick, en nochtans heb ik daar óók hard van afgezien. (Denkt na) Als ik de afgelopen jaren één ding heb geleerd – ook door Any Way The Wind Blows – dan is het wel dat er een tijd is voor alles. A time to play, a time to argue and a time to work. Als je die dingen door elkaar haalt, gebeuren er ongelukken. Anderhalf uur te laat komen op een repetitie mag dan wel rock-‘n-roll zijn, anderhalf uur te laat komen op een filmset kost 4000 euro.

Na jullie tournee voor ‘The Ideal Crash’ zei je: ‘Het staat vast dat de volgende dEUS-tour geen normale tour zal zijn. Het moet een evenement worden, er moeten danseressen bij, blazers…’

Barman: Da’s gelukkig alweer lichtjaren geleden. (lacht) We gaan de dingen supersec houden deze keer. Gericht op de songs, en de mensen die ze brengen. Pocket Revolution wordt ook de eerste plaat die we volledig live spelen. We hebben alle nummers gerepeteerd, plus een hoop oud materiaal. Genoeg voor tweeënhalf uur. (Enthousiast) Onlangs hebben we Serpentine nog eens gespeeld, en dat was zó fijn! Een herontdekking – alsof ik een oude foto bekeek, en dingen zag die ik nooit eerder had opgemerkt. Maar zo gaat dat, hé. Ieder nummer heeft vier fases. De fase van het nieuwe, de fase van de routine en de verveling, de fase van de afkeer en de fase van de herontdekking.

Een quote die me onlangs heel hard aan dEUS deed denken om mee af te sluiten: ‘Le génie n’est pas dans le moment, mais dans la durée.’

Barman: Hmm, zoals de meeste one-liners lijkt het me niet helemaal waterdicht, maar ik vind het wel een mooi idee. Als ik van alle crisissen één ding onthouden heb, dan is het wel dat alles altijd goed komt, hoe uitzichtloos de situatie ook is. Tegenwoordig vind ik de meest sexy gedachte: blijven.

‘ik was opgelucht toen we negatieve recensies kregen. IK KEN geen enkele semi-interessante artiest die nooit met de grond is gelijkgemaakt.’

‘ik draag AL DIE MEDIA-AANDACHT ALS een badge of honor. bij Hoeveel groepen halen drugsarrestaties de voorpagina’s van alle kranten?’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content