All-round presentator

Koninklijk Museum voor Schone Kunsten

Leopold De Waelplaats, 2000 Antwerpen

tel. 03 238 78 09

http://museum.antwerpen.be/kmska/

De Roma

Turnhoutsebaan 286, 2140 Borgerhout

tel. 03 235 04 90

www.deroma.be

Acteur/monument

Het Toneelhuis/Bourla schouwburg

Komedieplaats 18, 2000 Antwerpen

tel. 03 224 88 44

www.toneelhuis.be

1 Lied Van De Neus Wannes Van de Velde 1969

’t Is niet alleen de Reep/maar heel ons schoon sinjorenstad/van hier tot ’t Sint Andries/die wordt gedaan om zeep

De Neus is een van de figuren uit de Poesjenellenkelder, een poppentheater in de Sint Andries-wijk, in de schaduw van het Vleeshuis. Met dit lied klaagt de volkszanger de teloorgang van het authentieke karakter van deze buurt aan.

2 There’s A Road (Noorderlaan) Admiral Freebee 2003

Here, you got your victory/ go ahead and take it, I don’t need it/cause there’s a road out in the North/I took it several times/and I might take it tonight

De Noorderlaan is voor Tom Van Laere een vluchtroute. De baan, die de haven doorklieft en bijgevolg veel vrachtverkeer te slikken krijgt, verbindt het centrum met de gemeenten benoorden de stad, zoals Brasschaat, waar Van Laere opgroeide.

3 The Rabbit Field Zita Swoon 1998

There’s a town with a fancy goal/it’s all so/smoggy around there/ain’t no room for tree to grow/although the sun it glows/every day

Toen Stef Kamil Carlens nog op het Zuid woonde, liet hij zijn hond graag uit op de Konijnenwei. Dit zeldzame stukje groen tussen Singel en Ring, dat ook vaak als buitenlocatie dienst deed tijdens de Zomer Van Antwerpen, is intussen ingepalmd door het nieuwe Justitiepaleis.

4 The City Is Dead The Kids 1978

Saturday night, I don’t know where to go/the Cinderella’s closed, it’s not open till eleven/there’s nothing left, that is worthwhile

De Cinderella, een berucht danscafé in de punktijd, had zo’n reputatie dat zelfs hanenkammen uit Frankrijk en Nederland ervoor naar de Stadswaag kwamen afgezakt. De keet was, net als de punk zelf, een kort maar heftig leven beschoren.

5 De Handwerpenaar Pieter Embrechts 2004

Deze stad waant zich de wereld/maar is in feite maar een dorp/de mensen kijken niet veel verder/dan de afstand van een handworp

De Kakkewiet ventileert zijn gemengde gevoelens: hij belijdt zijn liefde voor de stad, maar hekelt de zelfgenoegzaamheid en onverdraagzaamheid van menige inwoner.

6 De Lichtjes Van De Schelde Bobbejaan Schoepen 1958

Zie ik de lichtjes van de Schelde/dan gaat mijn hart wat sneller slaan/ik weet dat jij op mij zult wachten/en dat je aan de kaai zult staan

Een schipper stuurt een liefdesbrief aan zijn vrouw. Na een lange reis kijkt hij uit naar het uitzicht over de gaslantaarns langs de oever bij zijn thuiskomst.

7 Thuis Ben Hans de Booij 1997

Als ’s middags de kathedraal staat te lonken/naar de overkant, de Linker Oever/als ’s middags de diamanten vonken/en de viswijven elkaar overtroeven/dan weet ik dat ik thuis ben

In de liveversie die de Nederlandse zwerver in ’97 opnam, brengt hij een ode aan de stad waar hij als student zijn nest bouwde en zijn eerste succes boekte als zanger/acteur in De Avonturen Van God, een theaterproductie van De Zwarte Komedie.

8 Stad Stef Bos 1992

En in mijn buurt lopen de hoeren/op het grote Astridplein/ze zijn zo dicht bij het station/maar ze nemen nooit de trein

Nog een Nederlandse inwijkeling: deze vond aan Studio Herman Teirlinck zijn eerste grote liefde (Ingeborg) en zijn lotsbestemming als zanger.

9 Rode Lampen En Havenvampen Guido Belcanto 1990

Des avonds op de trottoirs in de straten van het havenkwartier/loopt een eenzame man op zoek naar ondeugend vertier/achter roodverlichte ramen lokt onweerstaanbaar het vleselijk schoon

Belcanto bezong de charme van de rosse buurt – het Schipperskwartier – vóór die tot het strijdtoneel van maffia en politie werd herschapen.

10 Represent 2000 Antwaarpe Sint Andries MC’s 1999

Ik spreek plat want ik kom van ’t stad/ik maak van m’n gat over dit en dat/wijven worden nat van mijne chat

Een groot bakkes opzetten, dat kúnnen de sinjoren en bijgevolg is het, zoals deze hymne bewijst, lekker rappen (lees: pochen) in dit harde dialect.

Peter Van Dyck

Kurt Van Eeghem – Koninklijk Museum Voor Schone Kunsten

‘Ik moet voor De Roma kiezen, want als er in Antwerpen al iets spectaculairs is gebeurd op cultureel gebied, dan is het wel de verrijzenis van de Roma, dankzij de aan de waanzin grenzende energie van Paul Schyvens en zijn team. Wat enkele jaren geleden een schijtplaats was voor duiven en ratten, hebben ze omgetoverd tot een prachtige zaal die de grandeur van weleer doet heropleven. Bovendien is hun programmering enorm sterk. Je kan er zowel naar klassieke concerten gaan kijken als naar volkse theatervoorstellingen van een kwalitatief hoogstaand niveau. En dan is er natuurlijk nog – veel belangrijker – de impact van de Roma op de buurt, die nog steeds te makkelijk als probleemwijk wordt gecast. Je ziet dat de zaal de buurtbewoners verenigt en trots maakt, en een dynamiek ontwikkelt waaraan in de toekomst nog veel moois zal ontspruiten. Uit het klassieke cultuurpatrimonium kies ik minstens even graag voor het Museum voor Schone Kunsten. Het is niet alleen een prachtig gebouw, het herbergt ook een fabuleuze collectie die volgens mij te weinig bekend is, zeker onder de Antwerpenaren. Want geef toe: in welk ander museum kun je topwerken vinden van de Vlaamse Primitieven, over de brillance van de Gouden Eeuw tot die geweldige zaal met schilderijen van Ensor? Je zult een eindje moeten stappen, vrees ik.’

Het monumentale, kosmopolitisch ogende gebouw uit 1810 is op zich al een bezoekje waard, maar dé troef van het Koninklijk Museum Voor Schone Kunsten is natuurlijk de indrukwekkende collectie schilderijen, beelden en tekeningen. Al bijna twee eeuwen geeft het statige museum een representatief beeld van de klassieke kunstproductie uit onze streken, van de 14e eeuw tot nu: van de Vlaamse Primitieven Van Eyck en Memling, over de Antwerpse barok van Rubens, Jordaens en Van Dyck tot het modernisme van Ensor, Wauters, Permeke, Magritte of Delvaux. Is je kunsthonger daarmee nog niet gestild, weet dan dat het KMSK ook onderdak biedt aan tijdelijke tentoonstellingen. Zo kun je er momenteel gaan kijken naar ‘Rijksmuseum aan de Schelde’, een veertigtal doeken uit de 16e en 17e eeuw, ontleend aan het nog tot 2008 gesloten Rijksmuseum Amsterdam, of naar ‘Het Allermooiste uit het Prentenkabinet’, een per kwartaal wisselende selectie tekeningen en schetsen van onder meer Ingres, Degas, Spilliaert en Ensor. Nog wat kunst, iemand?

De Roma

Na de sluiting in 1982 stond Cinema Roma twintig jaar lang te verkommeren in het hartje van Borgerhout. En dat voor een ooit legendarische filmtempel, met zijn 2000 zitjes zelfs lang de grootste bioscoop en de hipste concertzaal van de metropool. Toch wist de Roma de leegstand, de ratten en de lethargie uiteindelijk te overleven. En dat dankzij Paul Schyvens, vzw Rataplan, talloze buurtbewoners en nog meer vlijtige vrijwilligers die de Roma, een prachtige bioscoopzaal met decoratief stucwerk en gulden ornamenten, een flinke poetsbeurt, een nieuwe privé-eigenaar én een nieuw leven gaven. Sinds de heropening in 2004 swingt de Roma stilaan terug als in het glorieuze verleden en is de zaal opnieuw het culturele kraaiennest van een buurt die het de jongste decennia bepaald niet makkelijk heeft gehad. Een successtory in onvervalste Hollywood-stijl dus. En dan te bedenken dat de laatste renovatieronde, waardoor het multifunctionele complex eindelijk ook het ganse jaar door kan worden geopend, nog moet volgen. ‘Bangelaaik’, heet zoiets volgens de inboorlingen.

Jan Decleir – Bourla

‘Als cultuurconsument maak ik de jongste tijd nogal wat momenten van ontroering mee dankzij de Roma. Ik heb ongelofelijk veel bewondering voor de vrijwilligers die daar een cultureel centrum uit de grond hebben gestampt. Door en voor de mensen: zo hoort een cultureel centrum te zijn. Vaak zijn dat loze woorden, maar daar hebben ze het gewoon gedáán. Aan de Roma hangen voor mij ook nogal wat nostalgische herinneringen vast. Mijn grootmoeder nam me er na de oorlog geregeld mee naartoe voor het Belgavox-nieuws en tekenfilms. Prachtige momenten waren dat. Daarom kies ik voor de Roma, al had het evengoed de Bourla kunnen zijn, want tenslotte ben ik daar mijn carrière begonnen en heb ik er evengoed een sentimentele band mee. Ik heb er nog met mijn broer zaliger gespeeld, ik ben er weggegaan om er vervolgens weer terug te keren, ik heb er mooie en minder mooie dingen meegemaakt. In de Bourla wordt trouwens aan een nieuwe start gewerkt en daar sta ik nogal positief tegenover, ook al leent dat prachtige, traditionele gebouw zich niet steeds voor modern theater. De vorige coalities hadden vooral aandacht voor het pluche en de fresco’s, maar vergaten het gebouw aan te passen aan een jong en hedendaags publiek. Jammer, want de Bourla blijft een monument.’

De Bourla, een schouwburg die niks dan kosmopolitische luxe en eerbiedwaardige cultuur uitademt, werd in 1834 feestelijk geopend, maar heette toen nog het Théâtre Royal Français. Toenmalig stadsarchitect Pierre Bruno Bourla haalde zijn inspiratie bij grote Europese schouwburgen – vooral die uit Parijs – en tekende een neoclassicistisch bouwwerk. Let bijvoorbeeld op de mooie rotondegevel op de Komedieplaats, met een beeldengalerij die Apollo en de negen muzen voorstelt. Tegenwoordig fungeert de gerenoveerde Bourla als thuishaven van Het Toneelhuis, Vlaanderens grootste toneelgezelschap dat in 1998 ontstond na de fusie van de Antwerpse KNS en de Gentse Blauwe Maandag Compagnie. Onder het artistieke leiderschap van Luk Perceval gaat het ruimdenkende theatergezelschap geen risico uit de weg: van Shakespeariaans koningsdrama tot plassende cherubijntjes.

Dave Mestdach

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content