20.00 – BBC2
Tien jaar geleden begonnen Larry Page en Sergey Brin, twee studenten aan de universiteit van Stanford, aan een onderzoeksproject over zoekmachines op het internet. Na afloop besloten ze de resultaten in de praktijk om te zetten en zelf een zoekmachine op te richten. In september 1998 richtten ze in een garage van een vriend het bedrijf Google op en ietsje later ging de gelijknamige website van start. Het was het begin van het grootste succesverhaal uit de korte geschiedenis van het internet. Zeven jaar later wordt Google dagelijks 250 miljoen keer gebruikt en is het bedrijf 120 miljard dollar waard. Een introductie tot Google.
Het project heette oorspronkelijk Backrub, verwijzend naar het procédé dat Page en Brin gebruikten om het internet af te zoeken. Hun machine zoekt niet alleen naar de sites waarin een bepaalde zoekterm voorkomt, maar stelt ook een rangschikking op van de resultaten. Dat gebeurt aan de hand van het aantal links die er bestaan naar die bepaalde site: hoe meer sites ernaar verwijzen, hoe belangrijker de site.
De term Google zelf komt van ‘googol’, de naam voor het cijfer dat bestaat uit een 1 gevolgd door honderd nullen. Dat de namen niet hetzelfde zijn, komt doordat de stichters een spelfout hebben gemaakt.
De homepage van Google wordt alom geroemd om zijn eenvoud, maar eigenlijk was dat een ongelukje. Page en Brin kenden te weinig HTML om een complexe site te schrijven.
Bij de eerste tests zaten de gebruikers gewoon naar het scherm te staren, zonder iets te doen. Toen men vroeg wat er verkeerd was, antwoordden ze: ‘Niets, we zijn aan het wachten tot de site helemaal geladen is.’ Sindsdien staat onder aan de site de copyrightboodschap, als teken dat er niks meer volgt.
De beroemde ‘Ik doe een gok’-knop wordt bijna nooit gebruikt. Toch wordt hij niet verwijderd omdat uit tests blijkt dat hij bijdraagt tot de ‘Google-ervaring’.
Wie bij Google werkt, wordt aangemoedigd om twintig procent van zijn tijd te spenderen aan eigen projecten. Google News en Orkut – een virtuele gemeenschap waarin je vrienden kunt ontmoeten – zijn twee zaken die ooit begonnen zijn als ‘hobbyproject’.
De farao en de showman Portret van Brits-Italiaanse Giovanni Belzoni, de meest flamboyante en kleurrijke figuur in de 19e-eeuwse archeologie van Egypte. Belzoni trok in 1814 naar Egypte om er als ingenieur in de irrigatie te gaan werken. Toen dat mislukte, kwam hij in de ‘handel in antiquiteiten’ terecht (21.15 – Canvas)
S.W.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier