EEN ROYAAL SLOT Het einddeel van de meest ambitieuze epische trilogie uit de filmgeschiedenis wordt gedomineerd door special effects, maar terwijl die in ‘The Two Towers’ de film verzwakten, zorgen ze in ‘The Return of the King’ voor ongezien spektakel.
Peter Jackson,met Elijah Wood, Sean Astin, Viggo Mortensen, Ian McKellen, Bernard Hill, en 200.000 digitale elementen
The Return of the King opent met een grimmige flashback naar het ogenblik waarop Sméagol zijn ondergang als Gollem inzette; daarna vervolgt Jackson met herwonnen vertrouwen de drie paden die in The Two Towers zwak naast elkaar liepen: Frodo, Sam en Gollem zijn uiteraard nog steeds op weg naar Mordor, en de last van de ring wordt met elke stap zwaarder; Aragorn neemt dan weer licht het zwaard der koningen op en verenigt met Legolas en Gimli alle mensen tegen de legers die Sauron voor de stad Minas Tirith verzamelt; Pippin en Merry tenslotte laten Isengard voor de Ents – oef – en begeven zich samen met Gandalf weer in het strijdgewoel. Wat vorig jaar mislukte, lijkt dit jaar erg goed geslaagd, want op geen enkel moment voelt het heen en weer snijden aan als een probleem.
De niet aflatende actie rond de mensenhelden blijkt de redding. Zodra de stervelingen hun bek opentrekken, wordt namelijk veel van Tolkiens taal potsierlijk. The Return of the King bezingt trouwens iets te oubollig de heldenmoed voorbij de dood. Eén keer – oké. Twee keer – goed dan. Maar Theoden of Gandalf voor de n-de keer de slag der slagen te zien aankondigen – nou moe. Overbodig zijn ook de panische liefdesblikken van Éowen in de richting van Aragorn: één, tegen Arwens elvenmagie mag geen lelijk mensenkind zijn opgewassen; twee, Éowen blijkt op het slagveld een stuk interessanter, getuige daarvan een magistrale scène met Angmar, Heerser der Nazgul. En zelfs de Shakespeariaanse zijplot van waanzin en zelfdestructie rond Faramir, Boromirs broer, en zijn haatdragende vader is loos kruit vergeleken met de charges van Rohans ruiters of de tegenaanval der Mumakils – reuzenolifanten!
Er zijn beslist scènes waarin de eenvoud de massataferelen overklast, zoals wanneer de vuurbakens van de steden der mensen over bergtoppen heen worden aangestoken, wanneer Aragorn het Pad der Doden betreedt of Frodo een wel heel sinister hol binnenstapt. Maar de stilaan uitgestorven liefhebbers van de klassieke Hollywoodepiek hebben mooi snakken naar niet-virtuele regie met een niet-virtuele camera en niet-virtuele personages: The Return of the King is de triomf van CGI.
De vier sterren gelden niet zozeer voor dit slotluik op zich, als wel voor het titanenwerk dat Jackson, zijn vrouw Fran Walsh, co-scenariste Philippa Boyens en componist Howard Shore ondernamen om ons toch even weer te doen geloven in begrippen als epos en verbeelding. Met andere woorden, om de nare smaak van miskleunen als Braveheart, Gladiator enzovoort met feestdrank uit de Gouw – jakkes – weg te spoelen. Op naar King Kong, Mr. Jackson!
Door Jo SMets
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier