Het afscheidscadeau van ome Walt – Disneys laatste animatieklassieker in oude stijl herleeft in een feestelijke platina editie.
Film: *** *Extra’s: *** (Disney DVD)
‘Voor mij telt maar één ding. Dat ze me als verhalenverteller herinneren…’, mompelde Walt Disney op zijn sterfbed in het St. Joseph’s Hospital in Burbank, pal tegenover zijn Studio, waar hij enkele dagen later, op 15 december 1966, op zijn vijfenzestigste ten gevolge van longkanker zijn laatste adem zou uitblazen. Alhoewel hij de première niet meer meemaakte, was The Jungle Book de laatste tekenfilm waar hij zijn stempel op drukte.
Toen beschouwd als een relatief goedkoop geproduceerde routineklus, is The Jungle Book intussen uitgegroeid tot de laatste grote klassieker van de Disneystudio. Volgens nieuwe animatiewonderboy Brad Bird ( The Incredibles; Ratatouille) is het zelfs de absolute topper inzake karakteranimatie. Met dank aan ome Walt, zo blijkt uit de vele special features bij deze veertigste verjaardagseditie.
Zelfs al had Disney zelf de animatieafdeling afgeslankt en was hij druk in de weer met de voorbereidingen van zijn futuristisch pretpark EPCOT, toch eiste The Jungle Book zijn volle aandacht op. Al was het maar omdat hij het artistieke fiasco van zijn vorige avondvullende tekenfilm, The Sword and the Stone, een productie waar hij zich niet mee had bemoeid, niet wilde herhalen. Toen de tot regisseur gepromoveerde animator Wolfgang Reitherman hem de storyboards voorlegde van de tekenfilmbewerking van Rudyard Kiplings beroemde bundel, greep Disney in. Hij vond het verhaal te episodisch. De losse avonturen van Mowgli, het jongetje dat opgroeit tussen de wilde dieren in de Indiase jungle, leidden nergens heen. Ook vond hij de tekeningen te somber van toon. Hij drukte de animatoren op het hart om vooral het origineel van Kipling niet te lezen. In plaats van koloniaal avontuur, mysterie en dreiging wilde Disney een opbeurend, vrolijk en uitbundig spektakel zien. Hij vereenvoudigde het verhaal en concentreerde alles op de met veel gevaren en obstakels bezaaide tocht van Mowgli naar het mensendorp waar hij vandaan komt. Het personage van Baloo – de luie, zorgeloze beer met wie Mowgli vriendschap sluit – werd danig uitgebreid, waardoor de film evolueert van een reeks losse anekdotes naar het verhaal van een jongetje en zijn hedonistische mentor – een jungleversie van prins Hal en Falstaff.
De ruimere aandacht voor de beer die zich nonchalant door het leven slaat, maakt de film ook grappiger. Vooral omdat Disney met het idee op de proppen komt om Baloo de stem te geven van de gezellige jazz singer Phil Harris. Jungle Book wordt de eerste lange tekenfilm waarin het vocaal talent zo’n beslissende rol speelde. De acteurs die werden gekozen om voor de dieren uit Kiplings jungle te spreken, hadden allemaal zeer expressieve stemmen die een grote invloed hadden op de animatoren bij het invullen van hun personages. Denk maar aan George Sanders als de listige tijger Shere Khan, Sterling Holloway als de valse, lispelende python Kaa, of Louis Prima als demente apenkoning en King of the Swingers (na het heerlijke The Bear Necessities van de olijke schavuit Baloo de grootse showstopper van de film) .
Patrick Duynslaegher
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier