Some guys have all the luck. George Clooney oogt even geweldig als de glamoursterren van weleer, wisselt blockbusters af met politiek getinte films die hij zelf produceert of regisseert en is even geloofwaardig wanneer hij Hollywood en de wereld probeert te redden als wanneer hij espresso aanprijst. De superster pendelt doorgaans tussen de droomfabriek, zijn Italiaanse villa en de Afrikaanse vluchtelingenkampen, maar naar aanleiding van de release van ‘Ocean’s Thirteen’ wisten we hem te strikken in … Monaco.

Het is half drie in de ochtend, en George Clooney, de old-school Hollywoodster met een sterke persoonlijkheid en charme in overvloed, ziet een bescheiden vrouwenzee rond zich deinen. Allemaal willen ze een stukje van hem, ze slaan hun arm rond zijn heupen en smelten wanneer hij hen een glimlach toewerpt. Dit is Monaco, meer bepaald de afterparty van de Ocean’s Thirteen-première. Clooney geeft al sinds deze ochtend, toen het gehuil van Formule 1-motoren nog de Monegaskse straten vulde, het volle pond en het zal nog een tijdje duren voor hij zijn bed ziet. Berucht om zijn wilde uitspattingen, zijn posse trouwe vrienden en zijn practical jokes doet hij ook nu zijn reputatie eer aan. Pas om acht uur ’s ochtends laat hij zich door zijn chauffeur naar zijn hotel voeren.

Enkele dagen voordien liepen Clooney en de rest van de Ocean’s Thirteen– sterrencast op de Croisette in Cannes nog te grappen met de verzamelde pers – Matt Damon: ‘We denken dat we hem zullen winnen’ (‘hem’ = de Gouden Palm, waarvoor Ocean’s Thirteen niet genomineerd was). Tegelijkertijd vestigden ze echter ook de aandacht op het vluchtelingenprobleem in Darfoer. Clooney, Brad Pitt, Matt Damon, Don Cheadle en producer Jerry Weintraub richtten de ‘Not On Our Watch’-organisatie op ten voordele van de slachtoffers en haalden op een party in Cannes zomaar eventjes tien miljoen euro steun op – waarvan een miljoen uit Steven Spielbergs portefeuille. ‘Kinderen sterven aan diarree’, zei Pitt. ‘Dat zou in de eenentwintigste eeuw niet meer mogen en het moet veranderen. Genoeg is genoeg.’ ‘We zijn geen politici’, voegde Clooney toe. ‘We kunnen geen beslissingen forceren, we kunnen het probleem enkel onder de aandacht brengen.’

Het typeert en siert Clooney dat hij politiek activisme en glamour (zie kaders) kan koppelen aan een verbluffend palmares. De nu 46-jarige acteur trad op het voorplan met zijn doktersrol in de succesreeks E.R. en baande zich zo een weg in de filmwereld. Hij debuteerde in Robert Rodriguez’ From Dusk Till Dawn (waarin hij samen met Quentin Tarantino op de vlucht gaat voor zombies), ging toen even kopje onder met megaflop Batman and Robin, maar cementeerde nadien zijn plek in de annalen van de Kwaliteitscinema met rollen in Out Of Sight, Three Kings en O Brother, Where Art Thou? Zodra hij voldoende financiële zekerheid had, wisselde hij gewaagde producties als zijn regiedebuut Confessions Of A Dangerous Mind en politiek geladen thrillers als Syriana en Good Night, and Good Luck af met lichtvoetige prenten als de Ocean-trilogie en komedies genre Intolerable Cruelty.

Op zijn lauweren rusten doet de man echter niet. Deze week slaat hij als Danny Ocean voor de derde keer aan het casinoroven in Ocean’s Thirteen, daarna speelt hij een New Yorkse topadvocaat in Michael Clayton en in het najaar waagt hij zich in Leatherheads samen met Renée Zellweger in de keiharde American Footballwereld van de jaren twintig.

Je hebt er een mooi parcours op zitten. Hoe voelt het om je criticasters lik op stuk te geven, nadat ze je de grond in boorden bij je afscheid van ‘E.R.’?

George Clooney: Ik ben katholiek opgevoed en heb Ierse roots, ik worstel dus nog steeds met die aloude Irish catholic guilt. Sinds Batman and Robin heb ik nog altijd het gevoel dat ik iets goed te maken heb .

‘Batman and Robin’ maakte een crash ‘n’ burn, net toen je carrière gelanceerd leek.

Clooney: Weet je wat het probleem was? Joel Schumacher (de regisseur, nvdr. ) vertelde me pas op de set dat hij van Batman een homo wou maken. En hij zette tepels op mijn pak! Ik had hem kunnen vertolken als een getormenteerde ziel, maar… Het was bijzonder erg. Ik heb eigenhandig bijna de hele Batmanserie naar de vaantjes geholpen.

Waarom heb je die rol in godsnaam ook aangenomen?

Clooney: (zucht) Zulke vragen jagen me de daken op. Het gebeurt toch niet elke dag dat je Batman mag spelen? Toen ik hoorde dat ze mij gekozen hadden voor de rol sprong ik een gat in de lucht en belde ik al mijn vrienden: ‘Ik word de nieuwe Batman!’ Terwijl ik eraan werkte, dacht ik nog dat het een goeie film zou worden, al kon ik nauwelijks bewegen in dat loodzware rubberen pak. Als Batman die vijftig kilo echt zou dragen, lag Gotham City binnen de kortste keren in puin. Bij elke scène had ik iemand nodig die me rechthielp ( lacht). Akiva Goldsman, een goede vriend die het script schreef ( en intussen een Oscar won voor ‘A Beautiful Mind’, nvdr. ) en ik lachen nog altijd groen als we aan die opnames terugdenken. Batman and Robin was gedoemd om te mislukken.

Hoezo?

Clooney: Het project was een grote studio-onderneming. We hadden honderdzestig miljoen dollar, ik had mijn eigen jet, het kon niet op. Ondanks al dat geld bleek bij het begin van de opnames dat het script nog niet eens klaar was. Erger nog: op de draaidag zelf zaten ze er nog aan te prutsen. De merchandise stond verdorie eerder op punt dan de film! Ze hadden zelfs al poppetjes gemaakt, gezegend met mijn indrukwekkende kinpartij (lacht).

En ik maar denken: ‘I’ve got it! I’ve got Batman nailed.’ Nu denk ik: ‘What the hell was I thinking?’ Ik was gewoon vreselijk.

Ik heb er echt van afgezien. De film-pers brak de prent tot op de grond af en ik deelde in de klappen. Tot dan had ik nog nooit slechte recensies gekregen, wat het dubbel zo erg maakte. Maar ik heb het overleefd. En de gedachte dat ik in de clinch ben gegaan met Arnold Schwarzenegger (Mr. Freeze in ‘Batman and Robin’, nvdr.) verzacht de pijn. For the record: ik héb The Gubernator in elkaar geslagen op de set. Nog een reden waarom ik beter wegblijf uit de politiek ( lacht).

Hoe komt het eigenlijk dat mensen ten tijde van ‘E.R.’ geen filmacteur in je zagen?

Clooney: Geen idee. Misschien hadden ze wel gelijk? In die tijd kon ik enkel dromen van een filmcarrière. Hoe dan ook: de jonge vlerk die je in E.R. aan het werk ziet, is ondertussen fel geëvolueerd. Een mens leert bij, hé. Iets wat ik de voorbije jaren geleerd heb, is dat succes weinig met jezelf te maken heeft. We denken graag dat we zelf aan de basis van ons succes liggen, maar uiteindelijk komt het neer op puur geluk. De beste acteurs die ik ooit gezien heb, zijn niet verder geraakt dan ons theaterlokaal op school. Je mag dan barsten van talent, zonder dat tikje geluk raak je niet verder dan dat ene toneelstuk in een obscuur zaaltje. Je hebt iemand nodig die je bij de hand neemt.

Robert ‘Sin City’ Rodriguez was zo iemand voor jou. Hij gaf je een rol in zijn actiefilm ‘From Dusk Till Dawn’, waarmee hij je filmcarrière lanceerde. Hoe was het om met hem samen te werken?

Clooney: Fantastisch. Robert is een all-round good egg, zo slim en grappig. En dan te zeggen dat ik het bijna verpestte. Doordat er in alle 150 afleveringen van E.R. een nieuwe regisseur komt aandraven, word je director-proof. Elke keer opnieuw wilden ze dat ik zou wenen wanneer ik een moeder moest vertellen dat haar zoontje kanker heeft. Omdat ik van Doug Ross geen huilebalk kon maken, deed ik mijn eigen zin. Bij Robert probeerde ik hetzelfde te doen, maar als ik zijn aanwijzingen weer eens negeerde, legde hij gewoon de opnames stil. Ik moest echt weer wennen aan het basisconcept van een opname, met een regisseur als dictator die jou gebruikt om zijn ideeën te realiseren.

Vijf jaar lang bleef je het televisiewerk combineren met films. Dat moet toch zijn tol geëist hebben?

Clooney: Het was een helse periode, maar ik heb er ook veel door geleerd. E.R. was een fulltimejob, waarin de regisseurs me van dinsdagochtend tot vrijdagavond aan het werk zetten. Op vrijdagavond vertrok ik naar de filmset, waar ik dan tot maandagavond het beste van mezelf gaf. Ik had natuurlijk het geluk dat Robert en Quentin flexibel waren tijdens From Dusk Till Dawn, niet enkel omdat het pendelen veel van me vroeg, ook omdat de pers in mijn nek zat. Daarna werd het wat kalmer rond mijn persoontje en kon ik me concentreren op wat echt belangrijk was.

Na ‘Batman and Robin’ maakte je ‘Out Of Sight’ met je oude vriend Steven Soderbergh. Het werd het begin van een fantastische samenwerking.

Clooney: We klampten ons met ware doodsverachting vast aan Out Of Sight. Batman was geflopt en Stevens The Underneath ging ook de dieperik in. We hadden een stevige comeback nodig. Voor Out Of Sight werkten we samen en voor we het wisten, stond onze carrière weer op het rechte spoor.

Jullie grootste boxofficehit was ‘Ocean’s Eleven’, waarvan intussen het derde deel op de rollen staat. Hadden jullie verwacht dat het concept zo’n succes zou hebben?

Clooney: Toen Steven en ik brainstormden over een remake van Ocean’s Eleven(de originele versie stamt uit 1960 met Dean Martin, Sammy Davis Jr. en Frank Sinatra in de hoofdrollen, nvdr.), was het zeker niet de bedoeling er een trilogie rond te breien. We vonden het verhaal goed: het kon op zichzelf staan zonder dat we ons moesten forceren om even cool als de fantastische originele Rat Pack voor de dag te komen – dat zou ons toch niet gelukt zijn. Nog voor Eleven was uitgekomen, kwam Ste-ven al met zijn volgend idee: wat als we de Brad Pack het noorden doen verliezen? Het leek ons wel een goed idee, al vinden we sequels doorgaans een slecht plan. Laten we wel wezen: meestal is een sequel weinig meer dan een oppervlakkige herkauwing van de dingen die goed werkten in het origineel.

Wat ‘Ocean’s Twelve’ overigens uitvoerig illustreerde.

Clooney: Laat me even uitspreken. ( korte stilte) Natuurlijk heb je gelijk ( glimlacht). We hadden iets te veel plezier op de set, wat de film niet ten goede is gekomen. We verloren het overzicht.

In Thirteen knopen we wél weer aan met de snedigheid en de flair die Eleven typeerde ( niet dus: zie de filmbespreking op onze Cannesblog, nvdr. ). Er werd opnieuw behoorlijk wat afgelachen op de set, maar dit keer bleven we gefocust op het eindresultaat. En de kraak die we in Thirteen plegen, is gewoon verbluffend ( grijnst).

Een van de laatste films die je maakte tijdens je ‘E.R.’-periode was ‘Three Kings’, een magistrale film over een groep mariniers die in de nadagen van de Golfoorlog in 1991 op zoek gaat naar Saddams roofgoud.

Clooney: Ik ben zo trots op die film. Regisseur David O. Russells mantra op de set was: ‘ Every bullet counts‘. Hij bleef het maar herhalen. Hij wilde er zich van verzekeren dat er niet één ongerechtvaardigd schot werd afgevuurd. Telkens wanneer er een schot valt, zie je wat de kogel met de ingewanden van het slachtoffer doet en welke gevolgen dat heeft voor zijn of haar familie. We tonen extreem geweld in haar meest verantwoorde vorm en daar ben ik trots op.

In de film zien we een kogel binnendringen in een lichaam. Hoe hebben jullie dat hallucinante shot voor elkaar gekregen?

Clooney: Het is geen computeranimatie, we hebben die inslag in een echt kadaver gefilmd. De studiobonzen waren er niet gerust op. Ze waarschuwden ons: ‘Als het testpubliek het niet goed vindt, schrappen we het uit de film.’ Maar het publiek vond de beelden fascinerend.

Het jaar nadien kwamen ‘A Perfect Storm’ en ‘O Brother Where Art Thou?’ uit. Hoe vielen de Coen-broers mee?

Clooney: Super. Ze weten héél goed waarmee ze bezig zijn. Vanaf het moment dat er gefilmd wordt, verandert er nauwelijks nog iets aan het script of aan de scènes.

Werkt zoiets niet beklemmend?

Clooney: Neen, want ze zijn zeer gemakkelijk in de omgang en hebben enorm veel vertrouwen in hun eigen kunnen. Ze filmden amper drie à vier takes per shot, een verademing vergeleken met regisseurs die je tot dertig keer toe hetzelfde laten doen. Het is een plezier om met hen te werken.

‘O Brother Where Art Thou’ is een bijzonder goede film. Bestaat er een verband tussen het plezier tijdens opnames en de kwaliteit van een film?

Clooney: Neen. Een prent opnemen is een hachelijke onderneming: het ene moment zit alles mee, het volgende moment gaat alles fout. Het is erop of eronder. Ik heb aan films gewerkt waarvan het opnameproces heel erg leuk was, maar die op een flop uitdraaiden, terwijl er ook prenten waren waarvan de opnames een martelgang waren, maar die uiteindelijk heel goed bleken te zijn. O Brother is een uitzondering op de regel. Leuk om te maken én – zoals met alle Coen-films – een prent die steeds beter wordt naarmate je hem vaker bekijkt. Hun films zijn echt grappig. De eerste keer dat je The Dude ( Jeff Bridges, nvdr.) in The Big Lebowski aan het werk ziet, vind je de prent goed, na de vijfde visie aanbid je hem.

Net als in ‘Three Kings’ komt er in ‘O Brother’ een knotsgekke mix van personages aan bod – stuk voor stuk perfect gecast.

Clooney: De Coens zijn inderdaad meesters in het uitdiepen van personages. Zelf speelde ik een Southern guy, ik moest met zo’n typische Southern drawl spreken. Ik ben in Kentucky opgegroeid, maar mijn accent is weggedeemsterd met de jaren. Ik stuurde dus een kopie van het script en een tape- recorder naar mijn oom, een tabaks-kweker in Kentucky, en ik vroeg hem om mijn dialoog in te spreken.

Een week later krijg ik de recorder terug, en hij begint te babbelen: ‘ Look George, I don’t think the folks around here talk like that, maar ik doe mijn best.’ En toen begon het (met een perfect zuiders accent): ‘I said, where the heck, what the durn, where the durn heck are ya?‘ ( lacht). Ik leerde mijn lijntjes netjes uit het hoofd, maar toen de opnameperiode voor zowat twee derde achter de rug was, vroegen Ethan en Joel ( de gebroeders Coen, nvdr. ): ‘Hoe komt het dat je alle woorden uitspreekt zoals we vroegen, maar je wel heck in plaats van hell zegt en durn in plaats van damn?’ En toen begreep ik wat mijn oom bedoelde met ‘ the folks around here don’t talk like that‘: het zijn mensen uit de Bible Belt en die zeggen geen vuile woorden.

Twee jaar later stond je zelf achter de camera’s voor je regiedebuut ‘Confessions Of A Dangerous Mind’. Wanneer kreeg je voor het eerst zin om zelf een film te regisseren?

Clooney: Ik heb altijd al graag rondgelopen op de set. Ik zit niet graag in mijn trailer: ik volg liever een filmcrew om te kijken hoe ze werken. Ik kom uit Kentucky en daar proberen we ons hele leven weg te blijven uit de trailerparken. Geef toe: acteurs proberen hun hele bestaan op een set te raken en dan zouden ze in hun trailer gaan zitten? Komaan! Ik hou ervan om goede regisseurs aan het werk te zien: Soderbergh, de gebroeders Coen, van hen heb ik enorm veel geleerd.

Op een dag kreeg ik het script van Confessions of a Dangerous Mind in handen. Ik probeerde het verfilmd te krijgen, maar de ene na de andere regisseur haakte af. Toen besefte ik dat ik het zelf zou moeten doen. Ik kwam samen met Steven en Harvey ( Weinstein, producer van o.m. ‘Pulp Fiction’ en ‘Kill Bill’) op de set van Ocean’s Eleven. Harvey zei: ‘Steven, als George het verknalt, neem jij over, goed?’ Ze vertrokken, ik kreeg een budget van zeventig miljoen dollar en vijfenvijftig draaidagen – veel meer dan gewoonlijk voor een debuterende regisseur – en ik heb ze niet teruggezien op mijn set. Ze lieten me mijn gang gaan – fantastisch.

Je had het zelfs voor een luttele dollar willen regisseren.

Clooney: We deden het allemaal voor een dollar. Grant Heslov en ik schreven het script voor een appel en een ei, ik regisseerde voor een symbolische dollar en Grant verdiende zelfs nog minder voor zijn productiewerk.

In 2005 werd je dan het nieuwe uithangbord van het liberale Hollywood met politieke films als ‘Syriana’ en je eigen ‘Good Night, And Good Luck’. Wat bracht je op het idee van die film?

Clooney: Ik ben opgegroeid in een journalistiek milieu. Ik heb ooit zelf geprobeerd om te schrijven, maar dat is in tranen geëindigd wegens een schrijnend gebrek aan talent ( lacht). Jaren geleden speelde ik met het idee om een rechtstreeks uitgezonden tv-film te maken over het leven op de CBS-redactie, maar toen ik ermee naar het station stapte, stuurden ze me meteen wandelen. Hun reactie: ‘Ben je gek? Daar doen we niet aan mee.’ Ik droop af en stopte het scenario in de koelkast.

Daar bleef het liggen tot in 2003. George Bush stuurde dat jaar aan op een invasie in Irak en ik riep overal luidkeels dat ik dat geen goed idee vond. Het kwam me op een magazinecover te staan, waarbij de uitgevers het woord ‘VERRADER’ over mijn voorhoofd hadden gedrapeerd. Daar kon ik absoluut niet mee lachen. Ik weet ook wel dat je moeilijk kan ijveren voor freedom of speech en tegelijkertijd eisen dat niemand slechte dingen over je vertelt, maar dit vond ik erover.

De dag voor de Oscars kwam ik in een hotel samen met Michael Moore, Gore Vidal, Susan Sarandon, Tim Robbins, Sean Penn en Eddie Vedder. Michael, die ik bewonder – maar niet omwille van zijn bulldozerpolitiek – vertelde ons dat hij een speech had voorbereid. Ik vond dat geen goed idee omdat ik meer een voorstander ben van een subtiel debat waaraan iedereen kan deelnemen. Daar en toen bedacht ik dat een film eigenlijk wel een geschikt middel was om mensen aan het denken te zetten. En dat werd dan Good Night, And Good Luck.

Veel mensen gaan zweven wanneer ze beroemd worden. Hoe wist jij je voeten op de grond te houden?

Clooney: Ik had het geluk dat ik pas op latere leeftijd succesvol werd. Als iedereen je zegt dat je goed bezig bent, geloof je dat ook – al lijkt je acteerwerk nergens naar. Toen ik in de tv-reeks Sunset Beat een undercoveragent speelde, reed ik overdag rond op mijn Harley-Davidson en hing ik ’s avonds de rockster uit. Ik was een vat vol zelfvertrouwen, wat ik combineerde met een gruwelijk gebrek aan metier. Mijn vertolking was vreselijk. Als ik toen beroemd was geworden, hadden ze me waarschijnlijk uit de goot kunnen rapen met een crackspuit in mijn voorhoofd.

Je bekende familieleden hebben je waarschijnlijk wel wat over roem geleerd.

Clooney: Juist. Mijn tante, Rosemary Clooney, was een bekende zangeres in het begin van de jaren 50. De wereld lag aan haar voeten. Maar ze werd omringd door jaknikkers, mensen die haar de hemel inprezen terwijl ze haar eigenlijk hadden moeten pushen om mee te evolueren met de muziek. Toen de swingin’ sixties arriveerden, lustte het grote publiek haar oubollige liedjes niet langer en kwam ze in de vergeethoek terecht. Tot ze vijftien jaar later haar comeback maakte, werd ze gekweld door de gedachte dat het aan haar lag. En dan mijn vader, mijn held. Hij (Nick Clooney, nvdr.) was ook een bekendheid – zij het meer in Kentucky, waar ik opgroeide. Hij was een journalist die geen blad voor de mond nam. Door zijn activisme werd een krakkemikkige kerncentrale langs de Ohio River gesloten. Overal waar we kwamen, was het van: ‘Nick! Nick!’ Mijn vader ging daar zeer elegant mee om. Hij wist dat het op een dag uit zou zijn met zijn populariteit. En inderdaad: ik herinner me dat we al eens uit een restaurant werden gezet en dat we vaak moesten verhuizen omdat pa zijn mond niet kon houden.

Wat is het meest wijze dat je vader je bijgebracht heeft?

Clooney: Hij bezweerde me om nooit green and grape met elkaar te mengen (lacht). Echt waar. Mijn pa is een grote inspiratiebron voor me. Hij zei altijd: ‘Word niet wakker op je vijfenzestigste om te beseffen dat je je leven vergooid hebt.’ Dat heb ik altijd in mijn achterhoofd gehouden.

‘OCEAN’S THIRTEEN’

Vanaf 13/6 in de bioscoop.

Door Robert Hayes; © IFA / Vertaling en bewerking: Dieter Moeyaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content