Een ex-omroeper, een ex-bokser, ‘de vrouw achter’ (zoals Damienne Anciaux subtiel werd omschreven): het werd van bij het begin duidelijk dat voor het tweede seizoen van Stanley’s Route opnieuw het kruim der BV’s is komen opdagen. Ofwel zijn de kandidaten relikwieën uit het verleden, ofwel zijn het bekende mensen met heden noch toekomst, zoals Joyce Van Nimmen. En diegenen die van VT4 wel een jobomschrijving hebben meegekregen, moeten het doen met op zijn zachtst gezegd vage begrippen als ‘nachtburgemeester’ (Vitalski) of ‘paardenkenner’ (Jaak Pijpen). Het is logisch dat de echte BV’s zich ver van het programma houden. Terwijl het bij Dancing on Ice of Sterren op de Dansvloer gemakkelijk is om tien weken lang de glamour op te houden, ligt dat ietsje moeilijker als je je in de brandende zon een weg moet banen door de Afrikaanse jungle. Het schouwspel dat zich dan voltrekt, is niet echt bevorderlijk voor het imago.
Behalve dan voor diegenen die op dat vlak weinig te verliezen hebben: het eerste seizoen van Stanley’s Route heeft immers getoond dat deelnemers die zichzelf tussen alle geklaag door toch enige standing kunnen aanmeten, zoals de latere winnaar Guy Swinnen, op een hoop sympathie kunnen rekenen. Na de eerste aflevering van het tweede seizoen is het echter niet meteen duidelijk wie er ditmaal die rol van lichtend baken op zal nemen. Ex-bokser Freddy De Kerpel is er iets te veel op gebrand om – in navolging van Luc Appermont – te bewijzen dat de derde leeftijd zijn plaats heeft in dit soort programma’s. Toen hij een machete in de handen kreeg, ging hij de jungle zodanig te lijf dat ik even vreesde voor een tussenkomst van Greenpeace. Met als gevolg dat hij tegen het einde van de eerste dag nauwelijks nog zijn armen kon bewegen en tegen de camera piepte dat hij zo vlug mogelijk naar huis wou.
Andere deelnemers slaagden er dan weer opmerkelijk snel in om zich compleet onuitstaanbaar te gedragen, wat doet vermoeden dat ze zoals elke rechtgeaarde realitykandidaat gewoon zichzelf bleven. Jaak Pijpen wou vooral voor wat plezier zorgen in de groep omdat ‘humor altijd een belangrijke rol gespeeld heeft in mijn leven’ – wie zou er Jaaks komische hoogstandjes uit Zeg ‘ns Euh kunnen vergeten? – maar kwam niet verder dan zeuren en zagen. Vitalski van zijn kant gedroeg zich meteen als een diva. Eerst stelde hij onomwonden: ‘Zelfs als ik met blote handen tegen een tijger moet vechten terwijl ik malaria heb, is dat een lachertje vergeleken met hoe ik leef in Antwerpen.’ Toen de expeditie enkele uren later op zoek moest naar een eerste slaapplaats, vond hij de voorgestelde plekken achtereenvolgens te nat, te hard, te afgelegen en te weinig beschut. En na de eerste nacht had de auteur al last van hongervisioenen, waarin komkommers een hoofdrol speelden.
De Flor Koninxprijs voor meest foute deelnemer gaat echter naar Paul Codde, die als jongeman fris geknipt en gewassen als omroeper aan de slag was bij de toenmalige BRT en nu een baard meedraagt waar Antoine Denert jaloers op zou zijn. Codde sprak bij de start de vrees uit dat hij te vaak zijn mond open zal doen zonder dat iemand dat gevraagd heeft, en dat zijn tegenstanders hem daarom ’te slim’ zullen vinden. Nu: hij doet inderdaad te vaak zijn mond open, alleen is de kans klein dat hij herinnerd zal worden om zijn intelligentie. Toen de deelnemers hun overlevingspakket moesten samenstellen, drukte Codde bijvoorbeeld iedereen op het hart om toch maar zoveel mogelijk blinkende dingen mee te nemen, want ‘ik denk dat zwarte mensen dat graag zien’. Die denkt al helemaal in de geest van Stanley.
Het schouwspel dat zich in ‘Stanley’s Route’ voltrekt, is niet echt bevorderlijk voor het imago van de kandidaten.
Door Stefaan Werbrouck
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier