”Hoe maak je een olifant klaar?’ was wetenschap zoals we ze graag hebben: een vleugje seks, wat menselijk en dierlijk drama, en ook begrijpelijk voor de minder ontwikkelde soortgenoten.’

Spelen met de edele delen van de olifant kan de gezondheid ernstige schade toebrengen. Niet dat we ooit die behoefte voelen, maar het was het minste wat me duidelijk werd in de documentaire Hoe maak je een olifant klaar? in Over Leven op Canvas. Met exotische haute cuisine had dit programma niets te maken, wel met de strijd die de Noorse wetenschapper Thomas Hildebrandt al vijftien jaar voert om olifanten en witte neushoorns van de ondergang te redden. Niet door Gaia-gewijs ons schuldgevoel te bespelen, wel door de koe bij de hoorns te vatten. Of beter: de stier bij de ballen. Want als dieren niet meer zelf aan seks toekomen, omdat ze met te weinig zijn of te ver uit elkaar leven, is alle hulp bij de voortplanting welkom.

Hildebrandt heeft van het kunstmatig verwekken van olifanten- en neushoornjongen zijn vakgebied gemaakt. Bij gebrek aan porno voor zijn doelgroep en omdat olifanten noch neushoorns op commando masturberen en in een potje ejaculeren, heeft hij zich gespecialiseerd in legale bestialiteiten: het manueel stimuleren van de mannelijke geslachtsorganen. Gewoon een kwestie van aan de tweede slurf te gaan hangen, zou je denken, maar dat is buiten de slagkracht van het olifantenlid gerekend. Zo dik de huid van een olifant, zo gevoelig de penis, blijkt. De minste foute aanraking is goed voor een uppercut van anderhalve meter opwinding. ‘Er zijn al collega’s met blauwe ogen thuisgekomen’, grijnsde Hildebrandt, die zich niet meer liet verrassen door een olifantenerectie. Hij stroopte zijn mouw op en verdween zowat tot zijn schouder in de aars van de olifant Jackson teneinde diens pros-taat onder handen te nemen. De klus was niet in een, twee, drie geklaard en na een kwartier beuken op de klier, zweette Hildebrandt als een paard. Meteen begreep ik waarom hij nog geen spermabank voor olifanten heeft opgericht: een olifant bevredigen, is een staaltje fysieke arbeid waarmee je eerder mijnwerkers dan wetenschappers associeert.

‘Ziezo’, glunderde Hildebrandt na afloop. Hij hield een stenen bierpul in zijn rechterhand en liet zijn voet rusten op de koelbox waarin Jacksons kostbare zaad opgeborgen zat. Klaar om verscheept te worden naar het wijfje Christy in de zoo van Utah. Daar zou Hildebrandt het met een speciaal ontworpen katheter in de baarmoeder van de olifantenkoe spuiten. Opnieuw specialistenwerk, want de baarmoederopening van een olifant telt niet een maar drie gaten, waarvan het kleinste het juiste is. Hildebrandt mikte en schoot. ‘Ziezo’, zei hij weer, want hij was een man van weinig woorden, waarop hij naar Tsjechië vertrok om een eicel af te tappen bij een vrouwelijke noordelijke witte neushoorn.

Gefascineerd en vol bewondering keek ik toe. Hier een kwakje, daar een eicel, in de processor en hopla: een olifanten- of neushoornjong. Maar ook deze held van de wetenschap bleek niet onfeilbaar. Christy reageerde niet op het superzaad van Jackson en een vrouwelijk exemplaar van de zuidelijke witte neushoorn in de zoo van Washington bezweek bijna in haar poging om de soort te redden. ‘Spijtig’, mompelde Hildebrandt, de ontgoocheling van zijn gezicht druipend. Maar algauw haalde zijn verbetenheid het weer op zijn teleurstelling. Zijn missie zou niet stranden op die ene tegenslag. Het is wetenschap zoals we ze graag hebben. Een vleugje seks, wat menselijk en dierlijk drama, een vrolijke noot, een tikje spanning en vooral: ook begrijpelijk voor de minder ontwikkelde soortgenoten.

Door Tine Hens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content