21.45 – Canvas
Spraakmakers legt voor zijn olympische reeks een gastenlijst voor waarop het gemiddelde sportgala jaloers zou zijn. IOC-voorzitter Jacques Rogge mag als eerste op de koffie bij De Morgen-journalist Hans Vandeweghe, dan volgen zwemmer Pieter van den Hoogeband, hoogspringster Tia Hellebaut en voorzitter van de coördinatiecommissie van deze Spelen Hein Verbruggen. ‘Twee topsporters en twee bobo’s’, vertelt Vandeweghe – ‘bondsbonzen’ in dit geval, naar de afkorting van Ruud Gullit.
Laat de voorzitter in het interview het achterste van zijn tong zien?
Hans Vandeweghe: Van iemand als Jacques Rogge moet je geen wereldschokkende uitspraken verwachten.Als ‘paus van de sport’ kan hij het zich niet veroorloven al te expliciete standpunten in te nemen. Geloof me: dat vindt hij jammer. Het is de klassiekevragenronde geworden, met dus onder meer aandacht voor de mensenrechten in China, de evolutie van de Spelen en zijn toekomst bij het IOC. En natuurlijk hebben we het gehad over de zwakte van de Belgische ploeg en de redenen daarvoor.
Aha! Die zouden we ook wel willen horen.
Vandeweghe: De verklaring is politiek: er is te weinig geld en ons land is te verdeeld. Overal wordt verkondigd dat onze delegatie zo groot is, maar het aantal individuele sporters is niet groter dan vier jaar geleden. Als je weet dat een op negen olympische sporters een medaille wint, kan je besluiten dat de Belgen ongelooflijke underperformers zijn. Rogge zal het zo niet zeggen, maar sommigen denken meer aan hun statuut dan aan hun prestatie.
Ziet Rogge zichzelf na Peking nog IOC-voorzitter blijven?
Vandeweghe: Na deze Spelen zal hij kenbaar maken of hij zich volgend jaar in oktober opnieuw voor vier jaar kandidaat stelt. Ik zie twee redenen waarom hij het niet zou doen: zijn gezondheid of een gigantische ramp in Peking. Al zal hij ook dat nooit zo uitspreken.
Tia Hellebaut maakt als een van de weinige Belgen wél kans op een medaille. Wat had zij nog te melden?
Vandeweghe: In principe zou Tia inderdaad zilver of brons moeten kunnen halen, Vlasic lijkt me te sterk voor haar. Heel bijzonder vond ik haar breekbaarheid. Als kind durfde ze niet eens een brood te bestellen bij de bakker, vertelt ze, terwijl ze nu op ’s werelds grootste toernooien springt. Hetzelfde met Pieter van den Hoogeband, die nog huilend het zwembad is uitgelopen. Vreemd toch dat ze allebei zulke bange kinderen waren.
(B.D.C.)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier